Anda di halaman 1dari 22

Afrika de bakermat van de mens en civilisatie

Inleiding
Vrijwel iedereen is het eens over het feit dat Afrika de Bakermat is van de mens. Zoals je zo kunt lezen in het eerste gedeelte de eerste mens en vormen van civilisatie is de mens ontstaan op het Afrikaanse continent. Wat, vermoedelijk, niet veel mensen weten is dat Afrika ook de bakermat is van civilisatie, religie, wetenschap, kultuur en nog veel meer. In de westerse samenleving, wordt er bijna altijd teruggegrepen op Europese geschiedenis, personages en gebeurtenissen, om kultuur aan te spiegelen, wetenschap te verklaren of puur als basismodel. Denk bij dat laatste voornamelijk aan het oude Griekenland, waar zo ongeveer het hogere onderwijs op gebaseerd is. Maar in hoeverre zijn de oude Grieken genspireerd door de oude Egyptenaren, die ik hierna liever, Kemetianen wil noemen. Sterker nog, waar hebben de Grieken gestudeerd en wie waren die Kemetianen. Waarom grijpt het onderwijssysteem niet terug naar het oude Kemet, waar kennis, religie, kultuur, sport, wetenschap, medicijnen, ethiek, krijgskunst, bestuurskunde etc., misschien wel op de piek van de menselijke beschaving zijn geweest in de antieke wereld. Naast het bouwen van civilisaties en het ontwikkelen van de mensheid zijn Afrikanen over de hele wereld geweest. Dit komt niet in dit stuk aan bod, maar ik wil het toch benadrukken. Afrikanen zijn vanaf de oudheid over de wereld geweest. Afrikaanse gelaatstrekken zijn te zien in oude sculpturen vin het Pre Colombiaanse Amerika en in het oude Azi. Onderzoek hierover is voornamelijk gedaan door de Historicus Runoko Rashidi. Voor meer informatie: http://www.cwo.com/~lucumi/runoko.html Maar ook Europese geschiedenis is doorspekt met Afrikaanse invloeden en personages. Om maar wat voorbeelden te geven. Was Ludwig van Beethoven een witte Europeaan of had hij Afrikaans bloed door zijn aderen stromen? Wat is de invloed geweest van de Moren op de verlichting van Europa? Heeft Edison de gloeilamp uitgevonden? Wie heeft eigenlijk Washington en het witte huis ontworpen en waarom staat daar een obelisk. Maar dit alles voor een andere essay. De natuurlijke vraag die rijst is natuurlijk. Als Afrika dan zo een rijke geschiedenis heeft en de mensen zoveel invloed hebben gehad op de wereld, waarom is Afrika dan nu zo arm? Een zeer goede vraag. Om deze te kunnen beantwoorden zullen we een nieuw stuk moeten schrijven. Om te beginnen bij het begin raad ik je aan om het volgende boek te lezen. Destruction of Black Civilization: Great Issues of a Race from 4500 B.C to 2000 A.D Geschreven door Chancellor Williams. Maar uiteraard verdient dit vraagstuk een volledige essay. Maar dit alles terzijde. We gaan beginnen bij het begin. Het enige wat ik bij deze duidelijk wil maken is dat ik absoluut niet pretendeer een volleerde scholar te zijn. Dit essay of lieve Blog is geschreven met in de achtergrond alle kennis die ik in de afgelopen 10 jaar op dit onderwerp heb opgedaan, maar als uitgangspunt van deze verhaallijn heb ik het volgende boek gebruikt:

Robin Walker, roots of black history Robin Walker is naar mijn mening een fantastische historicus, onderzoeker en schrijver en heeft met dit boek een goede basis vastgelegd voor de Afrikaanse geschiedenis. Mijn Blog is slechts een samenvatting en verklaring in dat op zicht, maar ik heb ook gebruik gemaakt van andere bronnen, vooral bij de Nijlvallei, en deze worden ook vermeld. Daarnaast blijf ik altijd openstaan voor theorien, ideen, en nieuwe kennis, dus deel vooral want ik ben hier om te leren en niet om te vertellen hoe het is!

De eerste mens en vormen van civilisatie


Zowel onder geleerden als bijna onder de rest van de wereldbevolking is het eens over het feit dat de mensachtigen hun oorsprong hebben in Afrika. Het gaat hierbij om de Australopithecus Ramides (ong. 4,4 miljoen jaar geleden) die evolueerde tot de Australopithecus Aferensis (4 miljoen jaar geleden). Hierna volgde de Homo Hablis (2,5 miljoen jaar geleden). Hierna verscheen de reiziger Homo Erectus (1,7 miljoen jaar geleden). Dit was de eerste mensachtige die zich verspreidde buiten Afrika. Dit waren de mensachtigen waarvan wordt gedacht dat zij voorouders zijn van de huidige mens, de Homo Sapiens Sapiens. Vandaag de dag onderschrijven de meeste geleerden de Out of Africa theorie. In deze theorie gaat men ervan uit dat de eerste Homo Sapiens Sapiens uit Afrika kwam en vandaar uit migreerde over de hele wereld. Vanaf ongeveer 100.000 50.000 jaar geleden migreerde deze over de rest van de wereld. De eerste kwamen in Azi aan en vervolgens 40.000 jaar geleden in Europa en Australi en 20.000 jaar geleden in Amerika. Op dit moment is de gehele wereld dus bevolkt met zwarte Homo Sapiens Sapiens. Voor de komst van de Homo Sapiens in Europa waren daar al wel de Neanderthalers, die ongeveer 35.000 jaar geleden zijn uitgestorven. De eerste moderne mens in Europa was de Grimaldi. Bij het analyseren van de skeletten schok men van het feit dat deze nogal leken op Afrikanen. Deze zwarte Europeanen veranderde ongeveer 25.000 tot 30.000 jaar geleden tijdens de laatste ijstijd. Tijdens deze periode is de Grimaldi gemuteerd naar de Cro Magnon (prototype witte mens). Deze mutatie zou in Zuidwest Rusland hebben plaatsgevonden al dacht Cheikh Ante Diop dat dit in Zuid Frankrijk was gebeurd. De vermenging van witten en zwarte mensen in een koud klimaat (6.000 jaar geleden) zou tot het mongolode ras hebben

geleid en uit bescherming tegen de koude wind zouden de karakteristieke Aziatische ogen zich hebben ontwikkeld. Het Afrikaanse, tevens oudste, ras is dan ook het meest gemuteerd. Er bestaan hierin dat ook de meeste verscheidene types wat zich uit in verschillende soorten, huidskleur, haarstructuur en fenotypes. Behalve in Afrika zijn deze ook aanwezig, en voorheen dominant, in grote delen van Azi, zoals in Papua Nieuw Guinea, delen van Sumatra, de gehele Indische oceaan, Filipijnen, China, Indo China en India. De eerste Homoniden in de Amerikas waren van het Australoide type, gevolgd door een Twa type (kan ook andersom zijn geweest) 20.000 jr. geleden. Belangrijker waren de immigraties van het mongolode type beginnende 2000 jaar voor de jaartelling. De eerste bevolking is dan ook door hen geabsorbeerd en wij kennen die volk nu als de Oorspronkelijke Amerikanen (Native Americans)

Ishango bot De oudste menselijke cultuur heeft zich ontwikkeld bij Katanda, een regio in noordoostelijk Zare. Archeologen hebben hier vooral harpoenpunten gevonden. Volgens de archeologen zou deze cultuur 70.000 jaar geleden zich zijn gaan ontwikkelen. Een mijn van 43.000 jaar oud is gevonden in Swaziland (inclusief duizenden stenen mijn gereedschap). De Ishango bot die gevonden is aan de oever van het Edwardmeer is de oudste wiskundige vondst. Men schat de bot op ongeveer 20.000 jaar oud. De eerste ontwikkelingen in akkerbouw begonnen meer dan 12.000 jaar geleden. Gewassen van tarwe, gerst, linzen, kikkererwten en dadels In 1978 kondigde antropologie professor, Peter Schmidt, en hoogleraar techniek, Donald Avery, beiden van Brown University, aan de wereld dat tussen 1500 en 2000 jaar geleden Afrikanen aan de westkust van het Victoriameer in Tanzania koolstofstaal hadden geproduceerd. In 1980 maakte Dr. Charles Nelson via de New York Times wereldkundig dat hij en zijn team bewijs hadden dat in Lukenya Hill district in Keny Highlands, ongeveer 40 kilometer van Nairobi a dat Afrikanen vee hadden gedomesticeerd 15000 jaar geleden. Bronnen: Djehuti Ankh Kheru, de andere kant van het verhaal, blz 15-19 Scientific Amercia, we were not alone, januari 2000 issue Robin Walker, roots of black history, blz 14-16 http://www.kennislink.nl/publicaties/oudste-wiskundige-geheim-ontcijferd Ivan van Sertima, Blacks in science: Ancient and Modern, blz 9-26

De Nijl vallei Nubi

Het oude Egypte, Kemet zoals zij hetzelf noemde, is de meest bekende en grootstee civilisatie in de Nijlvallei en Nijldelta die we kennen en waar we veel informatie over hebben. Maar Kemet is noch de enige noch de oudste civilisatie daar. Het meest zuidelijke gedeelte van het hedendaagse Egypte en het Noordelijke Sudan heette Nubi. Een van de meest oudste en bekendste namen van Nubi in het Mdw Ntr (Hirogliefen) is Ta Seti wat betekent: Het land van de boog. Mogelijk was dit alleen de benaming van laag Nubi, maar de reden van deze naam was dat de Nubirs bekend stonden als goede boogschutters. In Qustul een plaats in Laag Nubi vlakbij de grens van Egypte en Sudan heeft, in 1962, Bruce Williams en zijn team een ontdekking gedaan van een nieuw koninkrijk. Deze Nubische dynastie is ongeveer 300 jaar voor de eenwording van Kemet door de eerste koning Narmer. Naast Koninklijke tombes, wierook branders en potten zijn er ook geschriften in het MDW NTR gevonden op sommige potten. Nubi is daarmee op dit moment het oudste koninkrijk dat we kennen met tevens het oudst bekende schrift. Concluderend zou je kunnen zeggen dat Nubi de moeder van Kemet is en ook heeft Nubi en hebben Nubirs tijdens de dynastien van Kemet een belangrijke rol gespeeld. Voornamelijk tijdens de 25e Dynastie, tevens de 4e en laatste Golden Era van Kemet, wat volledig werd beheerst door Nubi. Tijdens 900 tot ca. 350 B.C.E (Before the Common Era) heette Nubi ook wel het koninkrijk Kush. In die periode waren er twee belangrijke steden namelijk Napata en Meroe. Tijdens deze periode heeft Kush ook Kemet heroverd van 750 tot 656 BCE. De eer van eerste Farao van de 25e dynastie wordt voornamelijk gegeven aan Shabaka die een zoon was van Koning Kashta van Kush. Een andere zoon Piankhi was de volgende die de troon besteeg van deze Kushite/Kemetic dynastie en die op dat moment veel faam verkreeg als veldheer. Dezelfde eer kreeg ook zijn zoon Tarkarka toebedeeld.

Napata was de originele religieuze hoofdstad, maar was later in Meroe gevestigd. De periode vanaf Farao Natasen 328-308 BCE was zeer opmerkelijk. Beroemd om haar originele architectuur en aardewerk en daarnaast hadden de Kushite ook een ander schrift, algemeen bekend onder de naam het Meriotische schrift. De laatste koning van Kush was Netakamani (c 15 BCE). Kush verviel rond 200 AD (anno domini) Nomaden vanuit de woestijn belemmerden belangrijke handelsroutes invielen ook het land binnen. Nog belangrijker was een invasie van de legers van Axum (Ethiopi en Eritrea) rond 350 AD. Kush viel na ongeveer 1000 jaar en daarmee eindigde ook de 6.000 jarige Faraonische cultuur.

Kemet

Kemet is het land dat we kennen onder de naam het oude Egypte. Kemet is hoe de Kemetianen of Kemmioe het land zelf noemden en daarom alle reden om deze naam te hanteren. Het woord Kemet betekent: Het land van de zwarten Om de geschiedenis van Kemet weer te geven heeft, de inmiddels overleden, Dr. Asa G Hilliard III een prachtig model geschapen. Hij noemt het The Master Keys to the Study of Ancient Kemet op de volgende website staan er negen uitgeschreven en tevens kun je er een map vinden met de chronologie van de zowel, culture als politieke tijdlijn van het oude Kemet: http://www.cwo.com/~lucumi/kemet.html Daarnaast vind je op deze website ook nog een beschrijving van 8 regels die je zou moeten hanteren bij je onderzoek naar Kemet en 11 overtuigende punten die bewijs leveren voor het feit dat de oude Kemetiaanse mensen zwart, oftewel van Afrikaanse oorsprong waren. Deze laatste zijn uitgewerkte bewijzen die zijn gestart door de studie van Professor Cheikh ante Diop. Het is ook raadzaam om op youtube te zoeken naar de Kemetic Master Keys alwaar Asa G Hilliard II in gesprek met Listerveldt Middleton de Master Keys bespreekt. Een andere goede bron voor een tijdslijn, die zich overigens niet alleen tot Kemet beperkt, maar Kemet wel goed weergeeft, is de TIMELINE. Deze is ontworpen door Paul Obinna en om deze rol te bestellen of meer informatie hierover te verkrijgen kun je naar de website http://www.hogarthblake.com/index.html

Alvorens ik verder in ga op de oorsprong en ontwikkelingen van Kemet wil ik eerst even ingaan op de oorsprong en de identificatie van het volk. Het perspectief van deze essay is het beschrijven van de geschiedenis, hoewel wel het zich voornamelijk richt op Afrika, De visie van deze essay is geschreven vanuit het perspectief van Afrika, Afrikanen en Afrika(nen) in de diaspora. In dat opzicht beschrijf ik dus het verloop van de verschillende civilisaties die zijn gestart, gedomineerd en/of rijkelijk zijn benvloed door Afrikanen. Kemet is in dit geval zeer bijzonder. Wat Griekenland is voor de Europeanen, is Kemet of liever zou Kemet moeten zijn voor Afrikanen. In Kemet zijn wetenschappen als: medicijnen, filosofie, bouwkunde, wiskunde, natuurkunde, taal en nog veel meer tot een zeer hoogtepunt gekomen. Zij waren de eerste die een zeer hoge beschaving hebben gehad en dat voor een zeer lange periode. Nubi en Kemet hebben koninkrijken, religie, de zodiac, wetenschap en nog veel meer op de map van de wereld gezet en om die reden strijden geleerden met elkaar over de identiteit van de oude Kemetianen. Je zou natuurlijk kunnen beargumenteren dat de identiteit er niet toe doet. Wat maakt het uit of de mensen: zwart, wit, rood of bruin zijn? We zijn allemaal mensen toch? Als dat waar is, waarom proberen de meeste westerse wetenschappers Kemet buiten Afrika te plaatsen? Waarom blijft het onderwijs, de media, de entertainment industrie de Kemetianen afbeelden als voornamelijk witte of zeer licht gekleurde Caucasische mensen? Het continent Afrika heeft veel te lijden gehad onder de trans-Atlantische slavernij, kolonisatie, maar de grootste klap die Afrika te verduren heeft gekregen is de verwijdering van Afrika en Afrikanen uit de boeken van de geschiedenis. Nogmaals, Afrika is niet alleen de wieg van de mensheid, maar van civilisatie! Helaas heerst er vandaag de dag een ander beeld. Afrika lijdt honger, het continent lijdt onder AIDS, het kan zichzelf niet regeren en is continu in conflict met haar eigen mensen. Als je de

actualiteiten volgt is de eerste conclusie die je kunt trekken dat Afrikanen onderontwikkeld zijn. Tegenargumenten dat de westerse wereld haar invloed uitoefent op haar oude kolonisaties en op die manier Afrika zich niet laat ontwikkelen kunnen en zijn naar mijn mening op de waarheid berust. Toch om een eerste goede bewustwording te krijgen waarom Afrika is waar ze nu is en tegelijkertijd een besef te ontwikkelen dat het niet altijd zo was, is een onderzoek naar de geschiedenis onontbeerlijk. Als aangetoond is dat Afrika Kemet heeft geproduceerd en dat Afrikanen: medicijnen, bouwkunde, alchemie, wiskunde, akkerbouw, irrigatie, religie, filosofie, schrift, koninkrijken, sterrenkunde, krijgskunsten etc., als eerste hebben ontwikkeld dan kan het bewustzijn proces zich gaan ontwikkelen wat ik persoonlijk zwart bewustzijn noem. Het proces zwart bewust zijn treedt in eerst instantie op als voornamelijk mensen van Afrikaanse afkomst beseffen wie ze (we) waren en nu zijn. Dit is het startpunt. Als de persoon in kwestie van hieruit verder op zoek gaat naar zijn of haar erfgoed en als dit zich in de mens wortelt verandert het zwart bewustzijn zich naar het Afrikaanse perspectief. Dit is een fase waarin de Afrikaan zichzelf ook ziet als Afrikaan en vanuit dit perspectief naar zichzelf kijkt en naar de wereld om zich heen. Merendeels van de bronnen die aangeven dat de oude Kemetianen wit, bruin of rood zijn, en die tevens aangeven dat de oude Kemetianen wellicht donker van kleur waren, maar wel Caucasisch, voeren weinig tot geen bewijzen aan voor hun theorien. In 1903 schreef Sir Harry Johnston een boek met de titel: Nile Quest: A Record Of The Exploration Of The Nile And Its Basin. Het boek is volledig te lezen op internet via de volgende link: http://www.archive.org/stream/nilequestrecordo00johnuoft/nilequestrecordo00johnuoft_ djvu.txt Sir Johnston begint zijn verhaal bijna onmiddellijk met een uitleg van allerlei vormen van vernegerde Caucasische (witte) rassen die weliswaar hier en daar vermengt zijn met Afrikanen, maar die grote veranderingen brachten in het gebied van de Nijlvallei en hoe zij een impact hadden op de Afrikanen met hun indrukwekkende wijze waarop zij civilisaties bouwden. Nergens beschrijft Johnston wat de bewijzen zijn voor zijn theorien. Op het internet wordt er in fora en op sites als youtube flink gediscussieerd over dit onderwerp. Vele nationalistische witte mensen gaan er prat op dat de oude Kemetianen wit waren. Op de website http://www.white-history.com/egypt.htm staat een gedetailleerde uitleg en worden: Afro centristische leugens weerlegd. Het punt is dat het een uitgebreid verslag is, maar in deze zaken komt het erop neer wie je gelooft. Volgens hen is de bust die we kennen van Narmer niet Narmer maar een buust van een koning uit de 25e Nubische Dynastie. Tegelijkertijd nemen zij direct aan dat de buust van Nefertiti die wij kennen van het Altes museum in Berlijn ook echt Nefertiti is, terwijl Asa G Hilliard III aangeeft in zijn stuk: Waset, The Eye of Ra and the abode of Maat: The pinnacle of Black leadership in the ancient world, in het boek Egypt revisted op bladzijde 234, edited door Ivan van Sertima, dat deze buste is gevonden in 1912/1913. Het dook op in 1920 in Berlijn en heeft verder geen inscripties (ik heb het zelf gezien). Waarom zij is gedentificeerd als Nefertiti is waarschijnlijk vanwege het Koninklijke hoofddeksel en het feit dat het gevonden is nabij een kapot gemaakte buste van Ank en aten (haar man). Verder is het ingelegd met lapis lazulli een dure steensoort wat alleen werd gebruikt voor royalty. In Kemet zijn verschillende afbeeldingen van Nefertiti op muren, die wel expliciet aanduiden dat het om Nefertiti gaat, die er anders en vooral meer Afrikaans uitzien. Oftewel zij geven hier aan dat de buste die wij kennen niet per se niet Nefertiti hoeft te zijn. Het had in feite een andere vrouw van Ank en aten kunnen zijn, want hij zou ook een aantal Aziatische vrouwen hebben gehad. Uiteraard is het ook mogelijk, wat ook niet totaal weerlegt is, is dat Nefertiti toch een Aziatische vrouw was, welke was uitgehuwelijkt om Koninklijke banden te versterken.

Verder geven zij aan dat de Sfinx een afbeelding is van koning Khafre. Hoewel er ook wordt gesproken over het feit dat de Sfinx al 9000 v Chr. gebouwd zou zijn, of nog eerder, uitgezocht door de aantasting van bijvoorbeeld neerslag, heb ik nog geen onderbouwde theorien over gevonden. Los van het feit of Khafre van het oude Koninkrijk nou wit of zwart was. Er is genoeg bewijs om te twijfelen of zijn gezicht is gebruikt als inspiratie voor de Sfinx. Eerder vond ik op het internet een interview met een Amerikaanse detective die door middel van portrettekeningen en fotos van de Sfinx computer analyses erop los had gelaten om deze te vergelijken met Khafre. Het onderzoek concludeerde dat de Sfinx niet overeen kwam met beelden die we kennen van Khafre en bovendien stond er in dat onderzoek dat de Sfinx, Afrikaanse gelaatstrekken had. Helaas heb ik de video niet meer kunnen vinden. Overigens is de Sfinx in Kemet geen Sfinx, maar zijn echte naam is Her-Em-Akhet. De meeste termen die wij kennen van het Oude Kemet zijn beschreven in de Griekse taal en de herkomst en de originele betekenissen van deze monumenten valt daarmee weg. Wat verder opvalt, is dat men in dit stuk niet ingaat op vele bewijzen die bijvoorbeeld Cheikh ante Diop al in de jaren 70 heeft aangevoerd. Om er maar een te noemen. De testen die hij heeft gedaan van stukjes huid van mummies op melanine gehalte, die de natuurlijke substantie is wat de huidskleur. De algemene consensus betreffende de huidskleur van de Kemetianen is dat zij een lichte huidskleur zouden hebben. Ook zijn er zij die beweren dat ze meer een roodbruine huid hadden. Dit laatste zal waarschijnlijk komen door de rode afbeeldingen die zij hebben gemaakt van onder andere zichzelf, maar we weten inmiddels dat dit een symbolische waarde had en niet van toepassing is op de huidskleur. Wat ik al eerder aangaf is dat het best moeilijk is om de argumenten voor de lichthuidige Kemetianen te vinden. Als je dit afsteekt tegenover de gedetailleerde bewijsvoering van Cheikh Ante Diop en zijn vriend en collega Theophile Obenga dan kun je direct vraagtekens zetten bij het feit dat met deze kennis vrijwel niets wordt gedaan door het gros van de Egyptologen. (bewijsvoeringen voor wit Egypte nog zoeken en toevoegen) Los van de strijd tussen de wetenschappers zou je zelf ook een paar logische conclusies kunnen trekken. Kemet is als natie, maar in eerste instantie voornamelijk als cultuur, gestart in het zuiden. Tegen het huidige Ethiopi en de Sudan aan. Zoals we inmiddels weten is deze Faraonische cultuur gestart door de Nubirs waarvan niemand (meer) beweerd dat zij zwart waren en zijn. Deze cultuur is meegenomen in Kemet en de Kemetianen wijzen in hun teksten altijd het zuiden aan als hun oorsprong. Vervolgens weten we dat Kemet en Nubi een innige relatie hebben gehad en nauw met elkaar verbonden waren. Gedurende het Kemetiaanse rijk zijn er perioden geweest dat Aziaten en Caucasische mensen aanwezig zijn geweest en zoals we later zullen zien ook periodes delen of zelfs het rijk hebben gedomineerd, maar voornamelijk het zuiden is tot op het einde belangrijk geweest en de cultuur in tact gebleven. Als er vanaf het ontstaan van Kemet en gedurende alle

dynastien witte mensen, of heel lichte Caucasische mensen, in grote getalen aanwezig waren geweest en het land hadden beheerst zouden de Nubirs, die zich ook vermengden met de Kemetianen, na een paar 100 jaar een behoorlijk stuk lichter zijn geworden? Na de val van de Faraonische cultuur, zoals we later zullen zien, is de relatie tussen Egypte en Ethiopi en de Sudan veranderd, maar daarvoor onderhielden zij zeer nauw contact. Vreemd genoeg wordt hier ook weinig aandacht aan besteed door wetenschappers die volharden in de lichte huidskleur theorie. Ook kun je je afvragen waarom witte of lichtgekleurde mensen, maar vooral geen Afrikanen, naar Afrika gaan om daar een cultuur op te bouwen en vervolgens dit pas veel later doen in Europa. Dit lijkt niet logisch! Naast deze theorien bestaat er natuurlijk ook nog de alien theorie. Naar ik het goed begrepen heb kwamen er mensachtigen van een andere planeet naar de aarde, omdat ze bepaalde grondstoffen nodig hadden, en werden door de aanwezige mensen als Goden gezien. Zij waren al verder ontwikkeld en hebben de mensen geleerd hoe piramides te bouwen enzovoort. De belangrijkste reden voor deze theorie is voornamelijk dat het bouwen van de grote piramide tot op de dag van vandaag niet na kan worden gedaan en zeker niet zonder de huidige machines en technologie. Ik moet zeggen dat ik niet volledig op de hoogte ben van deze theorien. Ik heb het boek waren de goden kosmonauten van Erich von Daniken gelezen. Hij gaat er in zijn theorie vanuit dat de oude Kemetianen en zo ook in pre Colombiaans Zuid Amerika primitief waren en die stuit volledig tegenover de Afrikaans gecentreerde, en de meeste wetenschappelijke, opvattingen. Bovendien heb ik in de alien verhalen geen enkele referentie gevonden waarin zij Afrikaans gecentreerde bronnen hebben geraadpleegd en deze vermoedelijk zonder enige opmerking van de hand doen. Nogmaals, ik ben niet op de hoogte van hoe deze theorien zich vandaag de dag hebben ontwikkeld, maar waarom zouden aliens precies de culturen van primitieve volkeren hebben gebouwd en heeft de witte mens wel haar hoge civilisaties zelf gebouwd? Waar is de alien nu? Hiermee zeg ik overigens absoluut niet dat ik het bestaan van buitenaards leven en eventueel invloed van buitenaards leven op de aarde meteen van tafel schuif. Het onderzoek van Diop en andere Afrikaans gecentreerde denkers zijn voor mij doorslaggevend dat de 4 belangrijke Golden ages werden geregeerd door Afrikanen. De cultuur, wetenschap, bouwkunsten en alle andere belangrijke aspecten van een grote en geavanceerde civilisatie in Kemet is Afrikaans van herkomst en dientengevolge zou Afrika de credit moeten krijgen, niet alleen als bakermat van de mensheid, maar ook van civilisatie.

Dit wat betreft mijn conclusie over de identiteit van de Kemetianen. De chronologie van het Kemetiaanse rijk is mooi weergegeven in de tijdslijn van Hilliard en een nagenoeg volledige lijst van de Kemetiaanse Dynastien is opgenomen in het boek Egypt revisited wat geedit is door Ivan van Sertima, op bladzijde 105 onder de titel: A working chronology of the Royal Kemetic Dynasties door Runoko Rashidi met de medewerking van James E Brunson. Het is erg moeilijk om een startpunt te definiren voor Kemet. Er zijn in ieder geval twee starpunten, namelijk de culturele en de politieke. Wat we ons in ieder geval moeten beseffen is dat voordat Kemet een koninkrijk werd de civilisatie dus al zeer ontwikkeld was. Niet alleen waren er in Nubi al Koninkrijken met Faraos, maar grotendeels was de religie en wetenschap al intact. Algemeen wordt de unificatie van lower (noordelijk gedeelte) en upper (zuidelijk gedeelte) Kemet, oftewel de start van Dynastie I, gedateerd op 3180 BCE. Maar zoals gezegd is er controversie betreffende deze datering. De Egyptische priester Manetho beschreef in 241 BCE de geschiedenis van Kemet en gaf 5700 BCE tot aan 4300 BCE aan als de data voor de eerste 5 dynastien. De belangrijkste reden om de chronologie van Prof. Edward Meyer (3100 BCE) aan te houden lijkt te berusten op religieuze redenen. Volgens de kerk is de aarde niet ouder dan 6.000 jaar! Deze chronologie is de standaard geworden in de Egyptologie en opmerkelijk is dat deze nergens wordt ondersteund door oude Kemetische en Egyptische bronnen. Mogelijk is Kemet dus veel ouder dan wij denken en er is onderzoek dat ondersteunt dat de Piramides en de Sfinx

duizenden jaren ouder zijn dan wij nu vermoeden. Om de chronologie werkbaar te maken en in kaart te krijgen volgen we de eerder genoemde werkchronologie van Rashidi en Brunson. Tevens richten we ons in de geschiedenis op de gouden tijden en welke belangrijke ontwikkelingen zich toen hebben afgespeeld.

Koning Narmer Dynastie I (3200 2890? BCE) Dynastie I start met de unificatie van het land door Koning Narmer (ook wel Menes genoemd). De eerste Golden age begint tijdens de derde dynastie tot aan de zesde dynastie (2686 - 2181) We noemen deze periode ook wel de Pyramide age of the Old Kingdom. Koning Zoser gaf zijn minister president, die tevens architect en geneesheer was (en ook chirurgische ingrepen deed) de opdracht om een piramide te bouwen. Dit werd de bekende Step Piramide van Sakkarah. Tijdens de 4e dynastie werden de drie grote piramides in Gizeh gebouwd in opdracht van de Faraos Khufu, Khafra en Menkaura. Gedurende de 5 e dynastie schreef de filosoof Ptah Hotep een text die nu wordt gezien als s werelds oudst overlevende boek en zijn ideen zijn nog steeds actueel. Ptah Hoteps teksten zijn vertaald door door Prof. Maulana Karenga in Selections from the Husia (U.S., The University of Sankore Press, 1984). De glorie van deze eerste Golden age kwamen ten einde met de dood van vrouwelijke Farao Nitocris. De laatste heerser van de 6e dynastie. Hierna volgde een tussenperiode waarin het minder goed ging met Kemet. Interne problematiek volgde nadat de nomes (provincies) onafhankelijker gingen regeren. Verschillende dynastien bestonden naast elkaar tot de eenheid werd hersteld door Farao Mentuhotep II van de 11e dynastie. Hiermee startte hij dan ook de tweede Golden age 2130 1786 BCE. Deze periode staat ook bekend als the Middle Kingdom of the Literary age. Kemet was weer een geheel en de hoofdstad was verhuisd van Mennefer (Memphis) naar Waset (Thebes). Gedurende de 12e dynastie heeft Farao Amenemhet III een van de grootste gebouwen uit de antieke oudheid laten bouwen, het Labyrint. Het had 3000 kamers, waarvan 1500 boven de grond en 1500 onder de grond. De Griekse geschiedschrijver Herodotus zag het 1000 jaar na de bouw als een rune en schreef het volgende: Ik bezocht deze locatie en het overtrof elke beschrijving; want als alle muren en andere grote gebouwen van de Grieken bij elkaar zouden gezet als een geheel, zou het nog niet gelijk zijn aan de arbeid en kosten van deze Labyrint Hierna volgde opnieuw een tussenperiode. Kemet werd aangevallen door de Hyksos die tijdelijk de troon hebben bestegen. Dit duurde tot de 18e dynastie. Een nieuwe Golden age. De derde Golden age 1560 1187 BCE was de temple and imperial age en wij kennen het ook als the New Kingdom. Faraos Thutmose I en III veroverden vele naties en het rijk breidde zich uit naar het nabije oosten. Waset (Thebes) werd gereorganiseerd en nieuwe tempels werden

gebouwd, waaronder het Karnak Temple complex. Deze periode bracht bekende en machtige namen voort zoals de verschillende Amenhoteps, Hatshepsut, een vrouwelijke Farao die waarschijnlijk als vrouw de meeste impact heeft gemaakt als Farao en Akhenaton. Elk afzonderlijk hebben deze Kemetianen een bijzondere geschiedenis en verhaal die zeker een eigen hoofdstuk waard zijn. In de 19e dynastie verhoogde Farao Seti I een van de meest opzienbarendste van de Karnak gebouwen, the Pillard Hall. Gedragen op 134 massieve stenen zuilen bestreek het een ruimte van 56.000 vierkante meter. Ramses II was ook een bouwer en zijn Abu Simbel tempel in Kush is van immense proporties. Ramses III, in de 20e dynastie stond bekend vanwege zijn maritieme reizen naar het einde van de wereld. Verscheidene wetenschappers hebben gesteld dat deze reizen ook naar het oude Mexico hebben geleid. Na de monarch van Ramses III volgde er een groep zwakkere koningen, die opnieuw een verval inluidde. Koningen van Libische afkomst komen op de tronen vormen de 21e t/m de 23e dynastie. Dit is de derde tussenperiode. In Nubi groeit de civilisatie wel op naar een nieuw hoogtepunt. En in de 8e eeuw voor de jaartelling (her)verovert zij Kemet. Deze Nubische vorsten vormen dynastie 25 (750 656 BCE. ) De 4e en laatste Golden age ook wel de Late Kingdom of Revival age genoemd. Farao Kashta van Kush en zijn zoons Shabaka en Piankhi worden heersers van zowel Nubi als Kemet. Piankhi bereikt veel faam evenals later zijn zoon Taharka als befaamd veldheer. Deze Nubirs worden door de Kemetianen niet gezien als overheersers, maar als rechtmatige heersers en herstellers van Kemet. De dynastie eindigt met Priesteres Shepenoupet. De laatste zwarte heerser van Kemet. Hierna wordt Kemet overheerst door de Assyrirs. Bronnen: Miriam Maat Ka Re Monges, Kush the Jewel of Nubia, blz 1-17 Bruce Williams, Egypt revisted (The lost pharaohs of Nubia) blz 90-103 en blz 261 - 269 Robin Walker, Roots of Black History, blz 30-33 en blz 17 -25 Djehuti Ankh Kheru, de andere kant van het verhaal, blz 82-86 en blz 41 -55 Asa G Hilliard III, The Master Keys to the Study of Ancient Kemet, http://www.cwo.com/~lucumi/kemet.html Sir Harry Johnston, Nile Quest: A record of the exploration of the Nile and its Basin (via de link)

Noord, West, Oost, Zuid, en Centraal Afrikaanse civilisaties Noord Afrika (Carthago en Numidie)

Een zeer noemenswaardige Noord Afrikaanse Civilisatie in de antieke tijd was Carthago was een City stadstaat aan de Noord Afrikaanse kust waar zich vandaag Tunesi bevindt. De stad is gesticht door inheemse Afrikanen en Fenicirs. De Fenicirs waren een volk die rond 2000 BCE van Eritrea zijn verhuisd naar het midden oosten. Zij zouden daar de eerste zijn die daar een landstrook bewoonden. Archeologische vondsten van skeletten van zowel de elites als de gewone mensen zouden verklaren dat het volk van Carthage een Afrikaans volk was met een zeer geringe tot bijna geen aanwezigheid van het zogenaamde Semitische type. Over de herkomst van de

Fenicirs wordt uiteraard wijd gespeculeerd en is absoluut geen consensus. Herodotus verklaart dat zij van de kust van Eritrea zijn gevaren naar het Midden Oosten en vervolgens hebben zij veel gebieden van de Noord Afrikaanse kust bevolkt. Oorspronkelijk waren zij dus een Afrikaans volk, maar in de loop der jaren waren zij wel vermengd geraakt met andere volken en geen homogeen volk meer. Het Afrikaanse fenotype was onder de Fenicirs nog wel vertegenwoordigd en in Carthago raakten zij vermengd met de inheemse Afrikanen en zo zou Carthago een dominant Afrikaanse stadstaat zijn geweest.(skelettenonderzoek van o.a. Gsell) In de 6e eeuw voor Christus waren de Carthagen bouwers van rijken. Ze veroverden land en breidde hun gebied uit. Ondertussen waren de Grieken een grote concurrent geworden en in 383 BCE is er na bloederige gevechten een overeenkomst besloten om het eiland Sicili onder te verdelen onder de twee rijken. De Carthagen hadden een behoorlijke controle op de middellandse zee en handelden in goederen en slaven met andere mogendheden. De Carthagen waren ondernamen vele maritieme missies die veel hebben gekost. Hun kolonin betaalden daar ook een grote prijs voor en dat maakte de Cartaghen, voornamelijk bij hun Afrikaanse buurkolonies een niet gelieft volk. Dit was ook een factor in hun uiteindelijke val. Tijdens de 3 e eeuw voor Christus was Carthago een indrukwekkend en welvarend rijk geworden. Langzamerhand kwam er een nieuwe macht op vanuit Europa. De Romeinen. De rivaliteit tussen deze machten resulteerde in een conflict en de eerste Punische oorlog (264 241 BCE) De Romeinen namen Sicili over, maar dit werd later teruggewonnen door de welbekende veldheer Hannibal. Deze zou later vele bekende veldslagen leidden en is via Spanje Itali binnengedrongen, maar het is nooit gelukt om Rome in te nemen. Uiteindelijk hadden de Romeinen een goede rivaal gevonden in een generaal genaamd Scipio Africanus. Hij heeft Spanje ingenomen en zo Hannibal van zijn voedselvoorraad afgekapt. Hij heeft ook de Numidiers, een andere Afrikaanse stadstaat ten westen van Carthago, overgehaald om de banden met Carthago te breken en samen tegen Carthago te spannen. In 202 BCE was het gelukt was dit gelukt om Carthago te dwingen om een vredesovereenkomst te tekenen. In de overeenkomst was onder andere afgesproken dat Carthago geen kolonies meer mocht veroveren en oorlog voeren buiten de stadstaat. Ook moesten zij Hannibal verbannen uit Carthago. Ondanks dat lukte het Carthago economisch nog vooruit te komen en een opgelegde schuld te betalen aan Rome. Op een gegeven moment hadden de Numidiers een aanval op Carthago gepleegd en toen Carthago een tegenaanval deed verklaarde Rome dat als een breuk op de vredesovereenkomst. In 149 BCE verklaarden de Romeinen de oorlog en drie jaar later was Carthago verwoest en de overlevende werden tot slaaf gemaakt. Carthago was niet de enige Noord Afrikaanse mogendheid in de oudheid. Numidie was ook een grote beschaving. In deze tekst zal ik deze echter niet verder bespreken. In mijn bronnenlijst staan boeken waar meer te lezen is over deze beschavingen. Bronnen: Robin Walker, Roots of Black History, blz 25.30 Djehuti Ank heru, zwarte parels en diamanten, blz 53

West Afrika (Ghana, Mali en Songhai) Ghana (300 AD 1240 AD)


Het oude Ghana was gelegen in het huidige Mali en het zuiden van Mauritani tussen de rivieren van Senegal en Niger. De hoofdstad was Kumbi Saleh. Het ontstaan van het oude Ghana wordt geschat op ongeveer 300 na Christus, maar volgens archeologische opgravingen, die bekend zijn gemaakt door Basil Davidson, zouden er in de regio al steden en staten zijn gevormd vanaf 250 v Christus. Andere archeologische vondsten hebben ook nog oudere vormen van civilisatie gevonden in de regio, maar in 300 na Christus verklaarden zich de eersten koning van Ghana en

zo ontstond dit rijk. Vele Moslim schrijvers hebben geschreven over het Ghanese rijk en haar rijkdom wat vooral te danken was aan de trans Sahara handel. Ghana s rijkdom was vooral te danken in de handel in goud en zout. In de 11e eeuw bereikte dit rijk haar hoogte punt. Ghana controleerde de handel tussen het noorden richting Marokko en het westen richting de Nijlvallei. In de hoofdstad Kumbi Saleh zouden er twee kwartieren zijn. Een voor de Koning (Tunka) en de Ghanezen en een voor de Moslimhandelaren. Tunka Menin was koning rond 105. Naast de adviseurs en administratie had hij een staand leger van 200.000 man en meer dan 40.000 boogschutters. Ter vergelijking in die tijd. Het leger van Normandirs wat Engeland veroverde in 1066 bestond uit 15.000 man. Islam werd langzaam steeds meer populair in Ghana en de Koning had dan ook wat Moslim ministers aangesteld aan zijn hof. Tijdens Ghana s hoogtijdagen bestond Ghana uit meerder miljoenen inwoners over een gebied van 250.000 vierkante mijl. Het leger beschermde het gebied en de handelsroutes zodat aanslagen tot een minimum konden worden beperkt. In 1076 hadden de Almoraviden, een volk wat zich had bekeerd tot de Islam, Kumbi Saleh veroverd. In 1087 verloren zij de macht van het rijk en verviel het rijk in kleinere staten wat de basis legde voor het rijk van Mali.

Mali (1230 AD ong. 1460)


De oorsprong van het Malinese rijk ligt in de staat Kangaba wat deel uitmaakte van het Ghanese imperium. De eerste Malinese heerser heette Sundiata Keita die in 1240 Kumbi Saleh veroverde. Hij nam de controle over van de trans Sahara handel en vestigde de hoofdstad Niani. Naast handel heeft hij heeft de aandacht ook gevestigd op landbouw. Vele soldaten die geen oorlog meer te vechten hadden werden boer. Rond ongeveer 1342 schreef de Egyptische geleerde, Ibn Al Umari een stuk getiteld: Masalik ab Absar fi Mamalik al Amsar. In hoofdstuk 10 van dit stuk refereert hij aan een Malinese koning, die door moderne geleerden is gedentificeerd als Abubakari II, die twee maritieme reizen heeft gezonden over de Atlantische zee. Er is een goede reden om aan te nemen dat zij in 1311 Panama in Centraal Amerika hebben bezocht. Er zijn daar Malinese plaatsnamen gevonden, wat suggereert dat ze zich mogelijk ook daar als kolonie hebben gevestigd. Verderop in deze tekst, in de hoofdstukken betreffende de Amerikas, ga ik hier dieper op in. Abubakari II werd opgevolgd door misschien wel de meest bekende Keizer die Mali heeft gehad Mansa (Keizer) Musa. Musa werd Keizer in 1312 en regeerde tot 1332. Hij heeft in zijn tijd Mali uitgebouwd tot een van de grootste rijken op aarde en zijn bekendheid groeide over de Islamitische en Europese wereld. Ten tijde van zijn overlijden was Mali ongeveer twee keer zo groot als Ghana en met een populatie van 10 miljoen inwoners. Mansa Musa is wellicht het meest bekend vanwege zijn pelgrimstocht naar Mecca in 1324. Hij nam 60.000 man mee. Om de reis te financieren nam hij 80 tot 100 kamelen beladen met goud mee. In Mecca en Medina gaf hij veel cadeaus en tijdens zijn terugreis door Cairo gaf hij zoveel goud weg dat de prijs van goud in een depressie kwam! Hij nam op zijn terugreis ook geleerden, juristen, architecten en anderen mee, waaronder de architect As Saheli een Moor van Granada, die tevens ook een dichter was. As Saheli bouwde de Universiteit van Sankore bij Timbuktu wat een intellectueel centrum werd, wat werd bezocht door de gehele Moslimwereld. Mali verviel ongeveer rond 1400 en in 1468 kwam het rijk van Songhai op.

Songhai (1464 1591)


Het grootste van de Westerse Soedanese civilisaties is het rijk Songhai geweest. Voordat het rijk zich onafhankelijk verklaarde bestond het al jaren, waarschijnlijk sinds 800 AD. In de 13e eeuw trachtte het zich al los te wringen van Mali. De Songhai mensen waren een volk die onderdeel waren van het rijk van Mali. Het fundament voor Songhai als macht is gelegd door Sunni Ali Ber, die op 1464 de Koninklijke macht verkreeg en in 1468 Timbuktu in handen kreeg. Sunni was de titel van Alis dynastie en Ber betekende De Grote. Sunni Ali Ber stond bekend als een

hardvochtige tiran, beschreven door As Sadi in het schrift Tarikh As Sudan (de geschiedenis van de Sudan) Sunni Ali Ber heeft in zijn 28 jaren op de troon, als warrior King Songhai uitgebreid en constant oorlog gevoerd en het leger uitgebreid en daar ook een behoorlijke marine aan toegevoegd! Sunni Ali was naamwoordelijk wel een moslim maar hij zette zich er ook tegen af. In 1492 werd hij door zijn zoon opgevolgd, Sunni Baru Dau en werd gemummificeerd bij zijn dood. Baru Dau was ook een niet moslim, maar werd in 1493 van de troon gestoten door een Moslim generaal genaamd: Muhammad Toure.

Toure was misschien wel de meest illustere Keizer van Songhai. Hij was een onderscheide Generaal uit het leger van Sunni Ali. Toure droeg de titel Askia (generaal) en regeerde van 1493 tot 1529. Askia Muhammad, of ook wel Askia The Great genoemd, heeft Songhai uitgebouwd tot het grootste rijk in de geschiedenis van West Afrika! Dubois (1975: 47-48) concludeert dat Askia Muhammad tijdens zijn regeerperiode het rijk had uitgebouwd van twee duizendmijl lang bij een duizendmijl wijdte. Een gebied zo groot als geheel Europa. Dit gebied is werd onderverdeeld in provincies, die bestuurd werden door gouverneurs. In navolging van Mansa Musa maakte ook hij een spectaculaire hajj naar Mecca. Daar aangekomen werd hij aangewezen als Kalief van de Westelijke Sudan door de Sharif van Mecca, welke de spirituele leider was van de gehele Islam. Askia Muhammad is ook verantwoordelijk voor de bloei van intellectuele prestaties. In de steden Gao, Jenne en Timbuktu werden vele universiteiten en scholen gebouwd, waar filosofie, medicijnen, recht, bestuurskunde, astronomie, wiskunde, literatuur, Etnografie, hygine, Logica, retoriek, grammatica, geografie, muziek en dichtkunst werd onderwezen. Geleerden en studenten vanuit Afrika, Azi, de Islamitische wereld en Europa kwamen naar de Universiteiten om te studeren en voor uitwisselingstrajecten. Een beroemde geleerde genaamd: Ahmad Babu, van de Universiteit van Sankore bij Timbuktu, was lid van een faculteit en auteur van ruim 40 boeken over zeer verscheidene onderwerpen. Tevens was hij eigenaar van een bibliotheek van ongeveer 1600 boeken, waarvan enkele op dit moment nog in gebruik zijn in delen van West Afrika. In 1528 werd Askia The Great, inmiddels blind, afgezet door zijn zoon Musa. Nadien verzwakte het rijk en uiteindelijk in 1591 ging een Marokkaans leger, van Spaanse bekeerlingen tot de Islam en Marokkanen, geleid door een Spanjaard die bekeerd was tot Islam, richting Songhai om de genadeslag toe te brengen aan het rijk. De Sultan van Marokko en Queen Elisabeth I wisselden brieven uit over de aanval op Songhai. Elisabeth leverde kanonskogels en ander materiaal aan voor de aanval. De Marokkanen hadden de grote steden wel te pakken maar konden het rijk niet in beslag nemen omdat de troepen van Songhai hen belaagden met guerrilla warfare. Uiteindelijk verviel Songhai in kleinere stadstaten en de Marokkanen raakten vermengd met de bevolking van Songhai. Bronnen: Robin Walker, Roots of Black History, blz 25.30 Djehuti Ank heru, zwarte parels en diamanten, blz 53 Maulana Karenga, Introduction to Black studies, blz 90

NOK 900 BCE 200 AD (West Afrikaanse kust)


Deze cultuur bloeide op tussen 900 BCE en 200 AD. Artefacten van de periode werden gevonden in 1928 door tinmijnwerkers nabij een modern dorp Nok, vandaar dat dit de NOK cultuur wordt genoemd. Ook ijzerwerken zijn gevonden en ijzersmelten werd al gedaan voor 500 BCE

IGBO UKWU (West Afrikaanse kust)


In de oostelijke regio van Nigeria bloeide in de 9e en 10e eeuw de Igbo cultuur op Kunststukken van gelood brons en meer zijn daar gevonden. De archeologen waren verrast daar zij in eerste instantie dachten dat de IGBO geen cultuur hadden opgebouwd, maar hier was bewijs van metallurgische vaardigheden.

Yoruba (West Afrikaanse kust)

In de 11e eeuw waren de Yoruba de leidende macht in het zuiden van Nigeria. Ze ontwikkelden verschillende kunst, waarvan twee scholen zijn gedefinieerd. De Ile Ife en de Owo school. In 1300 hadden de Yoruba een aantal ommuurde steden omringd door boerderijen. Ook handelden zij met andere culturen in de Sahara gebieden.

Groot Benin (West Afrikaanse kust)

Groot Benin, ook bekend als Edo, was een belangrijke staat in Zuid Nigeria in de 15 e eeuw. Het stond bekend om haar weelde en comfort van de hoofdstad, Benin stad, en de Koninklijke kunst. Oba (Koning) Ewuare, oprichter van het rijk, regeerde tussen ongeveer 1440 en 1473 en bouwde het rijk op en bracht sterk leiderschap. Benins eerdere geschiedenis is die van de Ogiso heersers. Igodo de eerste Osigo heerser leefde gedurende 900 AD en zijn zoon Ere richtte vele dorpen en steden op. De laatste heerser was Owodo, die uiteindelijk is verbannen voor incompetent leiderschap. Vervolgens zou Prince Oranmiyan, een Yoruba, naar Benin worden gehaald voor leiderschap en hij bracht daar een tweede dynastie voort in ong. 1170 AD. Zijn zoon Oba Eweka I reformeerde de overheid en introduceerde de Uzama een orgaan van 7 raadgevers van de staat. Ook de opvolgers van Eweka I brachten vele vernieuwingen aan in de heerschappij. De eerste muren om Benin city werden gebouwd in ongeveer 1283 door Oba Oguola. Ook Oba Ewuare bouwde aan Benin city en deze Obas brachten faam aan het rijk. Oba Ozolua had in 1485 of 6 contact met een ambassadeur van Portugal en handelsovereenkomsten waren het gevolg, zowel met Portugal en verder in Europa. In de 17 e eeuw werd Benin bezocht door andere Europeanen, zoals de Nederlanders Diereck Ruyters en Samuel Blomert, waarvan de laatste een uitgebreide beschrijving achterliet in een boek over Afrika

geschreven door Dr. Olfert Dapper in 1668. Een groot deel hiervan kun je lezen in het boek van Robin Walker Roots of Black history welke in de bronnenlijst wordt genoemd.

Kongo en Ndongo (West Afrikaanse kust)


Een bekend rapport van de slavenhandelaar Duarte Lopez, geschreven door Filippo Pigafetta was gepubliceerd in 1591 en heeft gediend als een basis voor het reconstrueren van Kongolese geschiedenis. Het Koninkrijk van Kongo was een bloeiende staat in de 15e eeuw. Het lag in de regio van Noord Angola. Het rijk had 6 provincies en een aantal afhankelijkheden. De provincies heette Mbamba, Mbata, Mpemba, Mpangu, Nsundi en Soyo, welke allemaal vielen onder een gouverneur (Mani). Deze antwoorden weer tot de Mani Kongo (Koning). De hoofdstad Mbanza Kongo lag in de Mpemba provincie. De vroege historie is obscuur. Men gelooft dat de Mani Kongo in de 16 e eeuw nog steeds vorstelijke titels hield die kwamen van oude glorietijden. Hij zou Koning van Kongo, Loango, Kakongo, Ngoyo, de rivier Zare, Ambundu, Angola, Aquisima, Musuru en nog meer zijn. Dit suggereert een gebied van het zuiden van Gabon, Kongo en delen van west Zare en noordwest Angola. Het is niet duidelijk of dit onder een wet werd gedomineerd, maar wel dat er een duidelijke eenheid was betreffende cultuur. In 1482 werden vermoedelijk de eerste Portugese zeilboten gespot en aan het licht gebracht bij Nzinga Kuwu, de toenmalige Mani Kongo. De Portugezen kwamen nogmaals in 1485 en lieten Christelijke missionarissen achter. In april 1491 werd de Mani Soyo omgedoopt tot christen en veranderde zijn naam naar Dom Manuel en later was ook de Mani Kongo omgedoopt tot Dom Joao I. De kerstening van Kongo was gelinkt aan de Europeanisering van de Kongo. De koningen en Nobelen namen Europese namen aan en hun kinderen gingen studeren in Portugal en ze zworen trouw aan de Paus en ga zo maar door. In 1512 kwamen de Portugezen met de Regimento. Het was een document van Koning Manuel met een outline voor hun Kongolees beleid. Er is een scherpe analyse van Prof. Chancellor Williams van dit document, deel beschreven in het boek Roots of Black History van Robin Walker. Van de Portugezen weten we verder dat in San Salvador (Mbanza Kongo) voordelig op hoog terrein was gelegen op de hoogste berg. De populatie moet meer dan 100.000 man zijn geweest. Koning Dom Joao I bouwde dikke muren om zijn paleis en Koninklijke huizen. Een zelfde gebied was op die manier ingericht voor de Portugezen. De belangrijkste kerk stond op een plein tussen de twee gebieden. Het is niet duidelijk hoe groot precies de stad was want ook de country side was op een zelfde manier opgebouwd met wijken en ommuurde huizen voor Nobelen. Vele producten werden geteeld en verhandeld en ook kleding, waarvan hun zijden nog waardevoller waren dan die van de toenmalige Italianen. Dom Joao I overleed in 1506 en werd opgevolgd door Afonso I, een gekerstende zoon. Uiteindelijk verslechterde de relatie tussen de Portugezen en de Kongolezen. In 1508 werden de eerste slaven naar Portugal gestuurd als een verassing voor Koning Manuel en andersom kwamen Portugezen werken voor Kongo, maar deden niet het werk wat aanvankelijk was afgesproken en hun houding werd een zorg. Jaren later liep de slavernij uit de hand. Dom Afonso schreef hierover een brief naar Dom Joao van het Portugese hof op 6 juni 1526. De brief bleek gericht aan dovemans oren en de slavernij ging ongestoord verder. Een crisis brak uit in 1556 gedurende de heerschappij van Dom Diogo I (Afonsos opvolger) Er brak een oorlog uit tussen facties van slavenhandelaren ondersteund door de Vazale Koning van Ndongo in het zuiden en het leger van Kongo. Beiden werden geholpen en aangezet door rivaliserende Portugese partijen. De Ndongo en de slavenhandelaren wonnen en Ndongo verklaarde zich onafhankelijk, maar de Portugezen vielen Ndongo aan vanaf 1575 om het land te veroveren.

De Portugezen werden velen jaren tegengehouden door succesvolle heersers, waarvan een van de meest succesvolle Ann Nzinga in 1622 was. Zij was aanwezig bij een vredesovereenkomst met de Portugezen in de kuststad Luanda. De overeenkomst zou een einde aan gevechten in de regio inhouden, maar de Portugezen vielen kort daarop Kongo aan. In het jaar erop werd Ann Nzinga officieel Ngola (Koning(in)) van Ndongo en maakte in deze hoedanigheid de nodige verbondschappen voor de verdediging tegen de Portugezen. Ndongo verklaarde zich een vrij land in het jaar wat daarop volgde en alle tot slaaf gemaakte Afrikanen werden vrij verklaard op Ndongoleze grond. In 1629 veroverde haar legers en bondgenoten Matamba, de buurstaat aan het oosten. En ook Matamba werd vrij verklaard. De heerschappij van Ann Nzinga bleek een uitstel van executie. Aan het eind van de 17e eeuw vielen Kongo en Ndongo en ook Matamba ten prooi aan Europese invasies.

Oost, Zuid en Centraal Afrika Ethiopi (Oost)


Ethiopi, zoals benoemd door de Grieken, is gelegen waar Nubi en de laatste eerder besproken Faraonische beschaving was geweest. In het Oostelijke gedeelte lag de stad, staat en later keizerrijk Axum. Axum, ook bekend als Abesynie, was rond de eerste eeuw van de Jaartelling een bloeiende staat. Zoscales was de eerste Negus Negaste (Koning der Koningen). De Axumites importeerde kleding en glazen items vanuit Egypte en in India kochten zij katoenen kleding. Zij zelf stonden bekend als goede handelaren. Axum was uitgeroepen tot een Christelijke staat door de Keizer Ezana in ongeveer 340 AD. In de 4e en in de 6e was er een burgeroorlog gaande in Jemen tussen Joden en Christenen. De patriarch van Constantinopel deed een beroep op Axum en met militair succes namen ze Jemen in. De generaal Abraha liet zich vervolgens heerser van Jemen uitroepen, onafhankelijk van de Negus. Abraha viel Mekka aan en maakte zich niet populair bij niet Christen. De Axumites werden in 572 verjaagd met interventie van de Perzische Sjah. In de volgende eeuw werd Jemen een Islamitische staat en de Axum was als Christelijke staat gesoleerd tussen Islamitische staten wat handel drijven bemoeilijkte en vervolgens ging het ook minder goed met het land. In 940 verklaarde een Falasha (Joods Ethiopisch), Judith, zichzelf als koningin en daarna volgde een de Zagwe Dynastie. Sommigen vermoeden dat zij een Falasha achtergrond hadden, maar zij hebben naast andere bouwwerken elf uit rots gehouwen kerken gebouwd. Sir Wallis Budge, de Egyptoloog, heeft een aantal Axumite documenten vertaald en schreef dat de kerken een onderdeel hadden moeten zijn van de zeven wereldwonderen. In 1270 AD werden de Zagwe omvergeworpen door de Yekuno Amlac. Een Amharische, waarvan men algemeen vermoedt een Afro-Aziatische, Koninklijke lijn volgde. Deze lijn continueerde tot aan 1974 tot Keizer Haile Selassie was afgezet.

De Swahili staten (Oost)


De Swahili staten waren een aantal grote steden lans de Oost Afrikaanse kust. Deze bloeiden op tussen de 10e en 16e eeuw. Zij stonden bekend vanwege hun fraaie architectuur. De stad Lamu stond ook bekend om haar schoonheid en verfijning. Zelfs vandaag de dag, in puin, zijn de locaties in Kenia en Tanzania nog prachtige toeristische trekpleisters. De steden zijn verspreid over een regio van ongeveer 2500 mijl van Somali tot aan Mozambique. De belangrijkste steden waren Mogadishu in Somali, Mombasa in Kenia, Kilwa in Tanzania en Sofala en Sinna, de enige stad niet aan de kust, in Mozambique. De steden hadden een belangrijke rol in de handel van de Indische oceaan en ze hieven hoge belastingen voor boten in hun havens. Sommigen claimen dat deze cultuur gedeeltelijk of misschien wel geheel Arabisch was. Voornamelijk omdat de taal Ki Swahili veel leenwoorden heeft uit het Arabisch. Dr. Sutton, een Engelse geleerde, schrijft hierover dat men vaak niet weet dat het grote deel van het Arabisch in Ki Swahili niet uit het begin stamt, maar meer van de laatste 200 jaar was. De Arabische historicus Al Masudi bezocht de Oost Afrikaanse kust in 916 AD. Hij documenteerde zijn reizen in een boek genaamd: Weiden van goud en mijnen van edelstenen. Hij beschreef de Zanj (Oost Afrikanen) als een volk dat zich verspreid heeft over een groot gebied met als hoofdstad Sofala, wat volgens moderne geleerden Sinna is. Een stad 150 mijl landinwaarts van de kust in Mozambique. De koning der koningen droeg de titel Waqlimi (zoon van de grote God/meester). De koning had een leger van 300.000 soldaten. De Zanj handelden in ivoor met India en China via een handelsroute in Oman. Al Masudi beschrijft ook de religie van de bewoners als: Iedereen vereerd wat hij wil, een plant een dier of metaal. Dit strookt niet met latere beweringen dat de Swahili staten zijn gesticht door Arabieren, Perzen of door andere moslims. Dit los van het feit dat er wel moslims onder de Zanj waren en de religie werd er steeds meer populair. In 1331 bezoekt Ibn Battuta de regio. Ook hij beschrijft zijn bezoek in een boek genaamd: reizen in Azi en Afrika. Hierin beschrijft hij de steden Mombasa en Kilwa, waarvan hij erg onder de indruk is en ook beschrijft hij de Somalische stad Mogadishu als een stad waar geen einde aan komt qua grote. In 1500 AD bezocht de Portugees Duarte Barbosa Kilwa en ook hij was onder de indruk van de stad. In 1505 AD zonden de Portugezen een vloot met een leger richting de regio met als reden de steden te verwoesten en leeg te plunderen. Bronnen: Robin Walker, Roots of Black History, blz 93 - 100 Djehuti Ank heru, de andere kant van het verhaal, blz 77 82 en 86 - 92

Groot Zimbabwe (Zuid)


Groot Zimbabwe was een belangrijke stadstaat in Zuid Afrika. Bekend om haar indrukwekkende stenen runes. Meerdere beschrijvingen en plaatjes hiervan kun je vinden in de onder vermelde bronnen. De Zimbabwanen zijn een industrieel volk met een brede economie. Ze hadden veel goudmijnen en andere industrien waren: ijzer smelten, koper en brons productie en ivoorhandel. Gedeeltelijk vond de handel plaats op de Indische Oceaan.

De herkomst van deze civilisatie is gesprekstof geweest voor veel controversie. Mr R.N. Hall en Mr. W.G. Neal, twee archeologen die Zimbabwe beschreven in 1902, dachten dat de runes dateerden van tussen 2000 tot 1100 BC. Ook dachten zij dat de Sabaens, een oud volk uit Jemen, Groot Zimbabwe had gebouwd. Dr. Basil Davidson duidt aan dat de stad was gebouwd rond 1300 AD door de inheemse Afrikanen. Over de Afrikaanse, om precies te zijn Shona, herkomst is vandaag de dag geen twijfel meer, maar de datering is nog niet volledig bewezen. In de 15e eeuw (of wellicht eerder dus) ontstond er het keizerrijk Monomotapa. Dit lag in het gebied wat we vandaag kennen als Zimbabwe, delen van Mozambique en het noordelijk gedeelte van Zuid Afrika. Groot Zimbabwe was de hoofdstad tot aan ongeveer 1450.

Monomotapa (Zuid)
De oorsprong van Monomotapa wordt voornamelijk toegedicht aan de diplomatieke en militaire activiteiten van Prins Mutota rond 1425. Hij was heer van een zuidelijk Afrikaans keizerrijk. Het rijk had controle over de handel met Swahili steden en over de goudmijnen. Mutapa (Keizer) Matope, de zoon van Mutota, verkreeg extra land in het oosten en controle langs de kust. Rond 1480 verviel het keizerrijk door instabiliteit en intriges. Aan het eind van de van de 15 e eeuw waren er twee rivaliserende staten, Monomotapa in het noorden en de Changamire of Urozwi staat in het zuiden. De Portugezen kwamen aan in Zuid Afrika in 1499. Hun archieven beschrijven Monomotapa dan nog als een groot en machtige staat. De civilisatie bleef onafhankelijk tot de 17e eeuw. Keizer Kapararidze nam Portugese hulp aan om rebellen te bestrijden. In eerste instantie kregen ze de hulp maar de Portugezen keerden zich ook tegen hen. Kapararidze was afgezet in 1628 en een Christelijke puppet, Keizer Philipe, werd geinstalleerd. Monomotapanese geschiedenis eindigde hierdoor onder Portugese heerschappij. Een aantal mijnen kwam ook in handen van de Portugezen en er werd fanatiek geronseld voor slavernij.

Changamire (zuid)
Changamire werd de main focus van Afrikaanse cultuur in de regio. Verschillende onafhankelijke koninkrijken voegden zich bij de Changamires en vele Monomotapanen waren er naartoe gevlucht. In 1693 werd een aanval ondernomen richting de Portugezen, wat leidde tot een herovering van het grootste gedeelte van het oude Monomotapa. De Changamireze cultuur leek veel op de Monomotapeze cultuur, met ook stenen gebouwen. Het rijk bloeide tot 1830 en werd helaas vernietigd door een binnenvallend Afrikaans volk uit het zuiden.

Zoeloes (zuid)
Rond 1800 kwamen de Nederlanders en Britten in landwaarts vanuit Zuid Afrika vestigden nederzettingen. De Zoeloe koning Shaka Zulu zag de nederzettingen als een mogelijke bedreiging.

Shaka Zulu was koning geworden in 1816 en de invloed van Zoeloes groeiden van dorp tot keizerrijk. Shaka Zulu veroverde grootte gedeelten van Zuid Afrika en bracht eenheid in de regio. Weliswaar met ongekende militaire macht en wreedheid. Aan het eind van de 19e eeuw hadden de legers van de Portugezen, Britten en Nederlanders de totale regio van het oude Monomotapa verovert. Robin Walker, Roots of Black History, blz 101 -108 Prof. Thurstan Shaw, Spectrum Atlas van de Archeologie, blz 106 -109

Kanem- Bornu (Centraal)


Het Kanem- Bornu keizerrijk bloeide op in het noordoostelijk gedeelte van Nigeria, het oostelijke Niger het Westelijke gedeelte van Tsjaad. De Zaghawa, die deze civilisatie hebben opgebouwd. In 800 AD heerste een van de eerste Koningen, Dugu, in Kanem gedeelte (Het Oostelijke Niger en Westelijke Chad). Deze Dynastie werd ook wel de Dugawa genoemd. Deze dynastie heerste tot 1085. In 1086 bekeerde de Mai (koning) Hume Jilmi tot de Islam en latere heersers waren ook Moslims. Het is niet volledig duidelijk hoe de Islam daar terecht kwam, maar Al Bakri, een Spaanse geograaf, beschreef dat vluchtelingen, Omayyaden, naar Kanem waren gevlucht om vervolging van de abbasiden te ontkomen. Kanem had belangrijke handelsroutes in handen en handelden met andere Afrikanen en de Moslimwereld. Kanem groeide als een belangrijke staat in de regio en Moslim wereld, maar er kwamen ook interne problematiek, met bijvoorbeeld de Bulala (een niet Moslim groep). Uiteindelijk wisten de Mai toch Kanem uit te breiden en zo ook Borno tot zich te voegen na een jihad. Na nieuwe problemen met de Bulala. Rond 1388 was de Mai Ibn Idris gevlucht van de toenmalige hoofdstad Njimi in Kanem naar de stad Gaga in Borno en de Bulala kregen heerschappij over Kanem. In 1467 rees Ali Ibn Dunama naar de top in Borno. Inmiddels was er veel onrust tussen Kanem en Borno voornamelijk omdat de laatste vele handel en handelsroutes omzeilden van Kanem. Ali Ibn Dunama instutionaliseerde militaire, religieuze en overheid reformaties en herstelde macht in Bornu met een nieuwe hoofdstad Ngazargamu in 1484. Ibn Dunama verkreeg wereld bekendheid en de staat Bornu staat op een Portugese map van 1489.

In de 16e eeuw stond Bornu en haar steden bekend om een groter stadsleven en de handel en onderlinge relaties met andere staten in de Afrikaanse, Arabische en Europese wereld. In deze tijd kwamen de Sefuwa ook weer aan de macht. Mai Idris Alooma (1571 -1603) was een succesvolle politicus in zijn tijd. Zijn leger was mogelijk het eerste leger in Afrika wat Musketten gebruikte. Hij heeft het gebied verder uitgebreid en stond bekend als een bouwer! Hij had educatie hoog in het vaandel staan evenals de Islam en heeft ook een hostel in Mecca voor pelgrims van Borno verzorgd. Het rijk was sterk in de 17e en 18e eeuw, maar ging achteruit tegen het einde van de 18e eeuw. Waarschijnlijk door economische factoren.

Bronnen: Robin Walker, Roots of Black History, blz 64 -68

De Hausa Staten (Centraal)


De Hausa staten bestond uit 7 onafhankelijke staten en tussenliggende gebieden. Zij ontstonden in het in het huidige noordelijke gedeelte van Nigeria van de 11e tot de 19e eeuw. De staten waren Biram, Katsina, Kano, Daura, Gobir en Zazzau. De staten deelden de taal, maar zijn nooit een rijk geweest, dus vandaar dat men spreekt over de Hausa (onafhankelijke) staten. Wel waren zij in de 11e eeuw voor een periode veroverd door Songhai en in de 19e eeuw door de Fulani. De basis voor elke staat was de birni (ommuurd dorp). Binnen de muren vormden de Hausa een gemeenschap waar handel, industrie, en akkerbouw plaatsvond. De Hausa verenigde verschillende Birni tot steden en de belangrijkste werd een hoofdstad. Bagauda was de eerste die zich Sarki (koning) liet noemen en regeerde in Kano van ongeveer 999 AD. Zijn kleinzoon Gijimasu bouwde de grote muren van Kano City. Islam kwam vanaf de 14e eeuw in zicht via de Wangarans uit Mali. Islam kwam in Katsina door Mohammed Korau (1445 1495) een dynastische koning en bouwer van de bekende Gobarau Minaret. In Zazzau kwam Islam pas in het begin van de 19e eeuw tot bloei. In de 15e eeuw vonden belangrijke veranderingen plaats, waarvan enkele genspireerd door Kanem Borno, zoals Sarki Abdullah Burja was de eerste heerser in Kano die kamelen gebruikte als lastdieren, die handel konden vervoeren door de Sahara. Ook de Kurmi markt, militaire acties en handel waren van belang voor de groei van Kano. Dit alles heeft geleid dat Kano uiteindelijk een grote macht in de Sudan. Zoals gezegd waren binnen de Hausa Staten de steden ommuurd. Binnen de muren waren de steden verdeeld in wijken waar families woonden die werden geleid door een oudere. Kano was zo groot als de Songhai hoofdstad Gao.Katsina in het midden van de 16 e eeuw was een imposante metropolis met kwartieren voor Bornoezen, Malinese Fulanis, Arabieren en mensen uit Gobir. Nadat Timbuktu viel, werd Katsina het intellectuele centrum in de regio en stond min of meer bekend als een Universiteit stad.

Zaria stad, de hoofdstad van Zazzau was opgericht rond 1536 door Bakwa Rurunka. Haar opvolgster Magajiya (Koningin) Amina 1576 -1610, stond bekend als een grote krijg(st)er. Zij heeft

het rijk behoorlijk uitgebreid en ze bouwde ook forten voor garnizoenen om verkregen gebieden vast te kunnen houden. Sommige forten staan er nog steeds! In de 17e eeuw speelde ook Zazzau een belangrijke rol in Hausa politiek en handel.

Een interessant stukje geschiedenis en mooie beelden zijn te zien via de volgende link: http://www.playahata.com/pages/bhfigures/bhfigures22.html Bronnen: Robin Walker, Roots of Black History, blz 68 -73http://www.playahata.com/pages/bhfigures/bhfigures22.html

Tot slot
Met dit stuk hoop ik een beknopte weergave te hebben gegeven van de Afrikaanse geschiedenis. Met name in de Engelse taal is er veel meer informatie en kennis beschikbaar. Ook juist daarom heb ik gekozen om dit stuk in het Nederlands te schrijven. Nogmaals benadruk ik dat dit niet mijn onderzoek of kennis is. Via deze vertaling en samenvatting hoop ik slechts dat deze kennis weer onder nieuwe ogen terecht komt, die vervolgens hun weg weten te vinden naar boeken van bijvoorbeeld Robin Walker en nog vele andere historici en schrijvers. Inzicht in de en vooral je eigen geschiedenis is belangrijk. Niet voor niets krijg je op de middelbare school geschiedenislessen. Het vormt de jonge mens en geeft een perspectief en referentiekader mee voor de rest van je leven. Maar naast Anna Frank, Rembrandt van Rijn is het voor zwarte jongeren ook belangrijk kennis te vernemen van Anton de Kom, of je nou van Surinaamse afkomst bent of niet, en vele andere Afrikaanse personages in de geschiedenis van Nederland en de wereld. De grootste angst en tegenargumenten tegen deze denkwijze is dat het omgekeerd racisme zou bevorderen. Uit persoonlijke ervaring van mijzelf en de tientallen personen vanuit de wereld die ik ben tegengekomen en met wie heb ik heb gesproken, heb ik naast stevige kritiek geen enkele op tekenen van haat ten op zichtte van Europeanen, Aziaten, Arabieren of anderen kunnen betrappen.

Anda mungkin juga menyukai