17 nalevering VOs
Geneeskunde Samenvattingen: Colleges, VOs en ZOs 3.1C week 3.1.17 nalevering VOs attitude van de arts: o Vriendelijk, geduldig, luisterend, met respect o Wees betrokken en invoelend o Accepteer het probleem en wees niet beschuldigend o Duidelijk zijn over de ernst van het probleem o Duidelijkheid over hoe en met wie de problemen besproken moeten worden o Als er onzekerheid blijft bestaan over wat er is gebeurd, of als de ouders hulpverlening niet willen accepteren, dan moet je duidelijk zijn over de te nemen stappen
Te ondernemen stappen:
anamnese Familie-anamnese L.O. Karyogram Hormoononderzoek echografie
Presenting symptom van een pasgeborene met hypofyse insufficintie: stuipen a.g.v. hypoglycemie. HCG test stimulatie Leydig cellen. 17-HSD testosteron 5-reductase DHT.
Androstenedione
Testosteron: - gonadotrophine feedback - spermatogenese Dihydrotestosteron (DHT): - Seksuele differentiatie - Stabilisatie gangen van Wolff - externe virilisatie: groei penis, balzak en prostaat. - Seksuele maturatie in de puberteit
Geneeskunde Samenvattingen: Colleges, VOs en ZOs 3.1C week 3.1.17 nalevering VOs Androgeenreceptor = AR: - kernreceptor = transcriptiefactor (dimeer) - specifieke affiniteit voor ARE (androgeen responsive elements op het DNA) - gen ligt op X-chromosoom - gen is variabel in lengte en mutaties kunnen op diverse locaties zitten - zowel testosteron als DHT kunnen binden aan de AR - DHT bindt met een hogere affiniteit dan T H+R R* HR* effect
De receptor ligt zonder ligand in het cytoplasma, met eiwitten eromheen die hem inactief houden. Als er een ligand de kern binnenkomt, dan verhuist de receptor naar de kern (actief HR* complex). Soms is de receptor actief zonder ligand (R*). Sertoli cellen produceren AMH. Leydig cellen produceren INSL3 (nodig voor testisindaling) en testosteron. PAOS = partieel androgeen ongevoeligheids syndroom: - X-linked recessief - Androgenen binden nog wel, maar er is veel meer hormoon nodig voor hetzelfde effect - Diagnostiek: o GSF = genitale huidfibroblasten bio-assay hoeveel AR per cel? o Kd = affiniteitsconstante = hoeveelheid hormoon nodig om 50% van de receptoren te bezetten o SHBG suppressie test = androgenen toedienen, normaal daalt dan het SHBG, maar bij androgeenongevoeligheid niet - 10% heeft problemen met zijn genderidentiteit CAOS = compleet androgeen ongevoeligheids syndroom: - 99% vrouwelijke genderidentiteit - Korte, blind eindigende vagina neovagina of vaginadilatatie - Psychologische counseling: geen uterus, geen eileiders etc - Zeer veel androgenen, maar kunnen geen effect uitoefenen - Geen schaamhaar, geen virilisatie Verhoogde kans op germline tumoren bij intra-abdominale gonaden gonadectomie. Steroden kunnen alleen afkomstig zijn uit de bijnieren of gonaden. preventieve
Geneeskunde Samenvattingen: Colleges, VOs en ZOs 3.1C week 3.1.17 nalevering VOs
AGS = adrenogenitaal syndroom: - 94.5% vrouwelijk - 4% genderdysforie - 1.8% genderchange 17-HSD3 deficintie: - ophoping androstenedione - hoge androstenedione/testosteron ratio - 46,XY, vrouwelijk fenotype - Ingunale testes, wel AMH, dus geen uterus etc. - Virilisatie tijdens de puberteit, niet bij geboorte, omdat tijdens de puberteit perifeer (in de lever) het vele androstenedione door 17-HSD 1 en 2 toch inefficint wordt omgezet in testosteron. Hypovirilisatie bij mannen met extreme onderontwikkeling van de externe gonaden kan zelfs lijken op normale vrouwelijke externe genitalin. CAOS is bij de geboorte klinisch niet te onderscheiden van 17-HSD3 deficintie.