Anda di halaman 1dari 43

Het maken van kleine

alginaatbolletjes als onderdeel voor


het realiseren van kunstmatige cellen
Rapport
A.H.J Schuringa
A. Gnaydin

Calandlyceum, Technasium
Amsterdam, Nederland

April 2014
Rapport Versie 1

Opgesteld voor
Yuval Mulla, AMOLF
Rutger Gast, docent 5de klas O&O
Calandlyceum, Technasium

Inhoudsopgave
Inleiding
.
.
.
.
Opdracht
.
.
.
.
Samenvatting
.
.
.
8
Literatuuronderzoek .
.
.
Laboratoriumonderzoek .
.
T-splitsing
.
.
.
Toelichting .
.
Materiaal en uitvoering
Bijlages
.
.
Pipetje
.
.
.
Toelichting .
.
Materialen en uitvoering
Resultaten .
.
Conclusie
.
.
Vervolgproef .
.
Bijlages
.
.
Glazen buisje
.
.
21
Toelichting .
.
Materialen en uitvoering
Bevriezen
.
.
.
Toelichting .
.
Materialen en uitvoering
Resultaten .
.
Conclusie
.
.
Vervolgproef .
.
Bijlages
.
.
Mal .
.
.
.
Toelichting .
.
Materialen en uitvoering
Emulsie
.
.
.
Toelichting .
.
Materialen en uitvoering
Resultaten .
.
Conclusie
.
.
Vervolgproef .
.

.
.
.

.
.
.

.
.
.

.
.
.

.
.
.

.
.
.

5
6
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

9
10
11
11
12
13
15
15
16
17
17
18
19
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

21
22
23
23
24
25
25
26
27
28
28
29
30
30
31
32
32
.

33
Bijlages
.
.
Resultaat
.
.
.
.
Conclusie
.
.
.
.
Evaluatie
.
.
.
.
Evaluatie van Auke Schuringa
Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP)
POP van Auke Schuringa .
POP van Alparslan Gnaydin
Referenties .
.
.
.
Acknowledgements .
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

.
.
.
.
.
.
.
.
.
.

34
35
35
36
36
37
38
40
42
43

Inleiding
Het menselijk lichaam is iets waar we alles van willen weten. De hersenen zijn nog
steeds onontdekt gebied en er zijn nog altijd raadsels bij de menselijke cellen. Op dit
moment wil de mens kunstmatige cellen kunnen maken. Als dit ons lukt zal het
betekenen dat we meer over ons lichaam te weten komen. Ook zijn er andere
voordelen van het kunnen maken van cellen. Zo kunnen ziektes beter bestreden
worden en kunnen er experimenten gedaan worden met cellen, zonder dat deze uit een
levend wezen gehaald hoeven worden. Het halen van cellen uit levende wezens zoals
muizen of soms zelfs mensen roept vele ethische kwesties met zich mee. Een ander
groot voordeel en belangrijk gebruik van kunstmatige cellen is het produceren van
medicijnen en andere levensmiddelen. Kunstmatige cellen kunnen op zon manier
gemaakt worden dat ze alleen bepaalde stoffen maken, bijvoorbeeld de belangrijke
stoffen in voedingsmiddelen, of medicijnen.
Met deze doelen voor ogen doen wetenschappers van over de hele wereld onderzoek
naar het maken van kunstmatige cellen. Dit gebeurt in tientallen centras over de hele
wereld. Niet elke wetenschapper doet onderzoek naar hetzelfde gedeelte van de cel.
Onze opdrachtgever houdt zich ook bezig met een onderzoek naar de cel, het
celmembraan.
Het celmembraan bestaat uit twee lagen fosfolipiden.
Een fosfolipiden is vergelijkbaar met een zeepdeeltjes,
het heeft een bol en een staart, bij deze twee lagen, die
over elkaar heen zitten zitten de staarten naar binnen
toe en bolletjes naar buiten toe. Zie het plaatje naast dit
stukje tekst.

Opdracht
Dit is een deelonderzoek van het maken van kunstmatige cellen. Met dit onderzoek
wordt dus een bijdrage geleverd aan het gehele onderzoek.
Het maken van cellen is een belangrijk onderdeel in het onderzoek naar het
celmembraan. Het is echter nog niet gelukt een celmembraan volledig uit het niets te
maken. Een celmembraan is opgebouwd uit twee fosfolipiden lagen. Deze twee lagen
bestaan uit deeltjes met een kop (hydrofiel) en een staart (hydrofoob), waarbij de staart
naar binnen wijst, naar het gebied tussen de twee lagen fosfolipiden en de kop naar
buiten wijst, buiten de twee lagen van fosfolipiden.
De heer Yuval Mulla is een onderzoeker die zich op dit moment bezig houdt met het
maken van een kunstmatig celmembraan. Dit wordt gedaan door middel van het maken
van bolletjes water in olie, die de grootte hebben van een cel (20 tot 80 micrometer).
Het doel van dit onderzoek is om een waterige alginaatdruppel te krijgen, ter grootte
van een cel. De grootte van een cel bedraagt zo tussen de 20 tot 80 micrometer. Door
een gebrek aan tijd echter zal dit specifieke onderzoek dat wij gaan uitvoeren zich
beperken tot het zo klein mogelijk maken van deze druppel. De druppel zal gemaakt
worden van alginaat, een stof die 200 tot wel 300 keer zijn eigen gewicht aan water op
kan nemen. Als het mogelijk is om een alginaatdruppel te krijgen met twee
fosfolipidelagen kan het alginaat door middel van enzymen opgelost worden waardoor
alleen nog een waterdruppel overblijft met een mooi celmembraan eromheen.
Het bovenstaande doel zal proberen gehaald te worden, maar indien er een tijdsgebrek
is of het doel op een andere manier niet gehaald zal worden, dan zal dit onderzoek zich
vooral beperken tot de manier waarop de kleine alginaatbolletjes gemaakt kunnen
worden en welke rol deze kleine bolletjes kunnen spelen in het onderzoek naar het
maken van een kunstmatig celmembraan.
Dit onderzoek kan ook meer uitgebreid worden. In dat geval zal worden gekeken naar
een manier het alginaat uit het alginaatbolletje op te lossen met enzymen. Dan wordt
dus gekeken welke enzymen geschikt zijn voor het doel en hoe de enzymen in de cel
gebracht kunnen worden.
Voor ons onderzoek is een vraag opgesteld waar ons onderzoek op gefocust wordt en
er zijn verschillende deelvragen opgesteld om te helpen met het beantwoorden van die
belangrijkste vraag, de hoofdvraag.

De hoofdvraag van ons onderzoek is als volgt:


Kan een alginaatbolletje of -druppeltje een grootte krijgen die overeen komt met
de doorsnede van een cel?
De deelvragen van van ons onderzoek zijn als volgt:
Is een alginaatbolletje of -druppeltje stabiel in water?
Kan een alginaatbolletje of -druppeltje 20 tot 80 micrometer worden?
Wat voor methoden moeten we gebruiken om een alginaatbolletje of -druppeltje
te maken?

Samenvatting
Voor de eerste stage van dit onderzoek zal vooral een literatuuronderzoek uitgevoerd
worden. Door middel van het lezen van boeken en het doorzoeken van het internet zal
een lijst opgesteld worden van methoden waarmee kleine druppeltjes of bolletjes
alginaat gemaakt kunnen worden. Deze lijst zal doorgenomen worden en meer
informatie zal opgezocht worden over de verschillende methoden die gevonden zijn met
het literatuuronderzoek. Deze informatie houdt onder andere in van welk materiaal deze
methoden zijn gemaakt en hoe deze methoden worden gebruikt. Door middel van deze
lijst met gegevens zullen geschikte methoden uit de lijst uitgekozen worden die gebruikt
kunnen worden voor het uitvoeren van de tweede stage van het onderzoek.
De tweede stage van het onderzoek richt zich niet meer op een literatuuronderzoek,
maar het laboratoriumonderzoek. De verschillende gekozen methoden zullen worden
uitgeprobeerd en getest of ze werken. Na deze testen zal de uiteindelijk te gebruiken
methode vastgesteld worden.
Nadat de twee stages zijn doorlopen zal nogmaals de gekozen methode uitgevoerd
worden en zullen alginaatbolletjes ter grootte van 20 tot 80 micrometer gemaakt
worden. Hierna zal het eindrapport opgesteld worden.

Literatuuronderzoek
Het eerste gedeelte van het onderzoek was het literatuuronderzoek. Op internet gingen
we kijken naar al bestaande manieren om kleine bolletjes te krijgen. Eerst werd gezocht
naar manieren die al bestonden voor het maken kleine alginaatbolletjes. Hier werd
helaas niet veel uitgehaald. Omdat het leek alsof er nog geen bestaande onderzoeken
waren gedaan naar het maken van kleine alginaatbolletjes werd verder gezocht op het
maken van kleine bolletjes in het algemeen.
Op deze manier werd de T-splitsing gevonden. Ook de manier van het bevriezen werd
op deze manier gevonden. Het idee van bevriezen kwam naar voren toen een
powerpoint presentatie werd gevonden over de vorming van ijskristallen, zoals die bij
sneeuw voorkomen.
Na dit onderzoek op internet werd nog een tijdje gebrainstormd. Ook hieruit kwamen
nog enkele ideen, zoals de methode met het pipetje, het glazen buisje en de mal.
Nadat een tijdje onderzoek was gedaan bleek dat elk van deze methoden niet goed
werkten op de manier hoe ze werden uitgevoerd. Ze moesten dus anders uit worden
gevoerd of andere methoden moesten worden gevonden. Voor het anders uitvoeren
waren materialen nodig die niet op school verkrijgbaar waren, dus werd als eerste
opnieuw het literatuuronderzoek geopend.
Met andere zoekwoorden, zoals microspheres en alginate, werden twee documenten
gevonden:
Design of insulin-loaded alginate nanoparticles: influence of the calcium
ion on polymer gel matrix properties
Alginate microspheres prepared by internal gelation: Development and
effect on insulin stability
Deze twee documenten bleken direct bruikbaar te zijn bij het onderzoek. Met enkele
aanpassingen was toen de methode van de emulsie geboren.

Laboratoriumonderzoek
Nadat het onderzoek op internet en in boeken, het literatuuronderzoek, was afgerond
werd begonnen met het laboratoriumonderzoek.
De volgende onderzoeken waren gevonden tijdens het literatuuronderzoek of later
tijdens het laboratoriumonderzoek:
T-splitsing
Pipete
Glazen buisje
Bevriezen
Mal
Emulsie
Elk van de methoden zal worden besproken in de deelhoofdstukken die volgen in dit
hoofdstuk.

T-splitsing
Op het internet is een manier gevonden waar door middel van het opsplitsen van wegen
waar druppeltjes water doorheen lopen kleine bolletjes water verkregen kunnen worden.
Deze manier zou in plaats van met water ook met alginaat kunnen werken.

T-splitsing - Toelichting
De T-splitsing methode is letterlijk, zoals de
naam al zegt, een systeem met T-splitsingen
erin. Het is een buizensysteem. De doorsnede
van de buizen moet gelijk zijn aan de grootte van
de druppeltjes die uiteindelijk verkregen moeten
worden. Het plaatje naast deze tekst laat het
buizensysteem zien hoe het door
wetenschappers is gemaakt. Zoals te zien is
worden eerst relatief grote druppels in het
buizensysteem gelaten waardoor de lengte van
de stukken water in de buizen groter is dan de doorsnede van de buizen. Op het
moment dat deze druppel een t-splitsing bereikt splitst hij op in twee gelijke druppels.
Deze twee gelijke druppels splitsen weer op in gelijke druppels. Dit proces gaat net zo
lang door totdat de druppels in alle dimensies ongeveer een gelijke grootte hebben.
Vervolgens vloeien deze druppels weer bij elkaar in een grote baan, maar worden niet
n grote druppel doordat er een bepaalde spanning op de schil van de druppel zit.
Het grote voordeel aan deze methode is dat alle druppels die verkrijgen worden stuk
voor stuk precies dezelfde grootte hebben. Dit kan erg bruikbaar zijn als de kleine
alginaatbolletjes in massa moeten worden geproduceerd.
Er zijn echter ook redenen waarom deze methode niet zo lukken. Het is niet bekend
hoe alginaat zou reageren in een dergelijk buizensysteem. Alginaat is een poeder
opgelost in water waarna een dikke vloeistof ontstaat die nog goed vloeibaar is, maar
ook aan een wand blijft vastplakken als het daarmee in aanraking komt. Een ander heel
praktisch probleem is de materialen. Om een systeem met buisjes te maken met een
doorsnede van 20 tot 80 micrometer is speciale apparatuur nodig. Helaas is deze
apparatuur niet direct aanwezig in school.

10

T-splitsing - Materiaal en uitvoering


De volgende materialen zouden voor dit onderzoek nodig zijn:
- Alginaat
- Calcium
- Buisjes met een doorsnede van 20 tot 80 micrometer, maar wel alle buisjes met een
gelijke doorsnede.
- Apparatuur waarmee T-splitsingen op een kleine schaal gemaakt kunnen worden.
Helaas is het wegens een gebrek aan apparatuur en kleine buisjes met een doorsnede
van 20 tot 80 micrometer niet gelukt om een goede uitvoering op te zetten en deze
proef ook echt uit te voeren. Doordat deze proef niet kon worden uitgevoerd is er geen
waarneming om te beschrijven en kon er geen vervolgproef op worden gesteld.

11

T-splitsing - Bijlages
Deze fotos zijn niet door ons gemaakt, ze zijn genomen uit een wetenschappelijk artikel
over het onderzoek van het maken van kleine druppeltjes door middel van t-splitsingen.
Afbeelding 1

In afbeelding 1 wordt een situatie gegeven waarin druppeltjes naar een T-splitsing toe
gaan en daar splitsen. Uit de bovenstaande testen blijkt dat de lengte van de twee
buizen van de T-splitsing van grote invloed is op de grote van de bolletjes die worden
verkregen. In situatie b is de verhouding tussen de lengte van de twee buizen 1:1, dit
leverde bolletjes op met een verhouding in grootte van 1:1. In situatie c is de
verhouding tussen de lengte van de twee buizen 1:5,2, deze situatie gaf bolletjes in
de verhouding 1:5,2. Situatie d gaf een ander resultaat dan verwacht, waar hier de
verhouding tussen de lengte van de twee buizen 1:8,1 was, daar was de verhouding
tussen de bolletjes 1:7,5.

12

Afbeelding 2

Een grafiek met op de y-as de capillaire werking en op de x-as de uitrekking van de


bolletjes die door het buizensysteem lopen. In de grafiek is aangegeven wanneer de
bolletjes wel en wanneer de bolletjes niet door midden breken.
Afbeelding 3

Deze afbeelding is nog een laatste voorbeeld van hoe de druppeltjes splitsen door
middel van de t-splitsingen. Ook zie je de dikke buis met de geproduceerde

13

druppeltjes, te zien is dat deze niet samenklonteren.

14

Pipetje
Het eerste wat er is bedacht om kleine bolletjes te verkrijgen is het gebruiken van een
heel dun pipetje. Het pipetje zou het alginaat of de calciumoplossing kunnen bevatten.

Pipetje - Toelichting
Bij dit onderzoek gaat het om de plastic pipetjes, de glazen pipetjes zijn hier niet voor
gebruikt. Plastic pipetjes hebben helaas niet vanaf het begin een doorsnede die klein
genoeg is om de juiste grootte van de bolletjes te krijgen. Het pipetjes moet dus dunner
worden gemaakt. Het wordt dunner gemaakt door middel van uitrekking. Door eerst het
gedeelte van het pipetje dat moet worden uitgerekt te verwarmen en vervolgens uit te
trekken ontstaat een dunner gedeelte in het pipetje. De bedoeling is om het pipetje net
zo lang uit te blijven rekken totdat het de juiste doorsnede heeft. Wanneer de juiste
doorsnede is bereikt wordt de pipet gevuld met een alginaatoplossing. Deze oplossing
wordt vervolgens in een calciumoplossing gedruppeld waarna kleine bolletjes ontstaan.
Voordelen van deze proef is dat het een goedkope proef is. De plastic pipetjes die voor
deze proef gebruikt zouden worden zijn wegwerppipetjes. Deze zijn al voor 58,30 (incl.
BTW) euro per pakje van 250 (steriel, per stuk/verp., v. de celcultuur, brede opening)
wegwerppipetjes te koop op het internet. Een ander groot voordeel is dat de materialen
waarmee deze proef uit wordt gevoerd voor handen zijn. In het geval van glas zou een
gasbrander nodig zijn, die niet altijd voor handen is. Glas heeft veel meer hitte nodig
dan plastic om op te warmen naar een temperatuur waarop het uitgerekt kan worden.
Een kaarsje produceert al genoeg warmte om een plastic wegwerppipetjes te doen
opwarmen tot een temperatuur waarop het kan worden uitgetrokken.
Een nadeel van deze proef is het uitrekken. Bij het uitrekken moet goed worden gelet
op de afstand die de plastic pipet heeft tot de kaars. Als deze afstand te klein wordt kan
het pipetje doorsmelten en daarmee breken of kan het pipetje dichtsmelten. Een ander
probleem is de grootte van de druppeltjes, het is niet precies bekend hoe de kleine
druppeltjes zich zullen gedragen op het moment dat ze uit de pipet komen.

15

Pipetje - Materialen en uitvoering


De volgende lijst is de lijst van de materialen die nodig waren om het onderzoek met de
plastic pipet uit te voeren.
Plastic wegwerppipetjes
Kaars
Schaar
Alginaat
Calcium
Water
Lepeltje
Metalen roerder
Het onderzoek wordt volgens de volgende uitgevoerd.
1. Doe 2 massaprocent alginaat in water. Wij namen 2 gram alginaat en
deden dat in 200 gram water.
2. Zorg ervoor dat het alginaat goed oplost in het water. Wij gebruikten een
metalen roerder die erg snel kon roeren. Ook is het belangrijk ervoor te zorgen
dat er geen belletjes meer in de oplossing van het alginaat zitten. Om geen
belletjes te krijgen kan de oplossing voor een paar uur aan de kant gezet worden
totdat de belletjes niet meer in de oplossing zitten.
3. Doe 2 massaprocent calcium in water. Wij namen, net als bij stap 1, 2
gram calcium en deden dat in 200 gram water.
4. Zorg ervoor dat het calcium in het water oplost. Calcium lost erg snel op,
dus het roeren met een lepeltje is genoeg.
5. Steek de kaars aan.
6. Houdt de plastic wegwerppipet met het midden ongeveer 2 centimeter
boven de kaars totdat het plastic zacht wordt.
7. Als de wegwerppipet zacht is geworden in het deel dat boven de kaars
stond wordt hij langzaam uit getrokken. Dit uittrekken gaat door totdat het midden
niet meer zacht is en het trekken meer moeite kost.
8. Knip de pipet door in het dunste stukje.
9. Breng de afgeknipte plastic pipet in de alginaat oplossing en zuig alginaat
op.
10. Breng de plastic pipet in een stromende calciumoplossing.
11. Spuit de alginaatoplossing uit te pipet in de calciumoplossing.

16

Pipetje - Resultaten
Een lange sliert vaste alginaat kwam uit de pipet. Uiteindelijk was het niet goed meer
mogelijk alginaat uit de pipet te drukken doordat de alginaatoplossing in de pipet hard
was geworden door de reactie met calcium.

Pipetje - Conclusie
De bedoeling van dit onderzoek was dat wanneer de pipet met de alginaatoplossing in
de stromende calciumoplossing werd gebracht het alginaat werd meegetrokken door de
stroming en dat het niet als een sliert uit het pipetje kwam. Tegen de verwachtingen in
gebeurde dit niet. De alginaatoplossing werd direct hard toen het buiten de pipet kwam
en werd een lange sliert. Ook trad er een ander probleem op bij dit onderzoek. De
alginaatoplossing wordt hard als het met alginaat in aanraking komt. Deze reactie blijft
in het alginaat doorgaan, ook al is de buitenkant van het alginaat al vast geworden. Dit
leidt ertoe dat de alginaatoplossing die in de pipet zit ook hard wordt waardoor de hele
pipet vastloopt. Het alginaat erin is hard geworden en het kan er niet meer uitgedrukt
worden.
Onze conclusie is dat deze manier van het maken van kleine alginaatbolletjes niet
werkt. Hij werkt in ieder geval niet volgens de manier waarop wij hem hebben
uitgevoerd.

17

Pipetje - Vervolgproef
De proef bleek dus niet de werken op de manier hoe wij hem hebben uitgevoerd. Er
zouden echter nog andere manieren zijn om deze proef uit te kunnen voeren. Door de
calciumoplossing sneller langs het uitgerekte plastic wegwerppipetje te laten lopen kan
het alginaat beter mee getrokken worden en zal er waarschijnlijk geen lange sliert van
alginaat en calcium onstaan.
Een andere oplossing zou zijn het calcium niet in water op te lossen, maar om het
calcium in een vloeistof op te lossen die dikker is dan het alginaat. Water is dunner dan
alginaat en kan alginaat minder makkelijk meetrekken, maar het alginaat zou beter mee
getrokken kunnen worden als het opgeloste calcium niet in water is opgelost maar in
een vloeistof die dikker is dan alginaat. Het zou ook kunnen dat deze manier niet werkt,
dat er alleen maar een langere uitgetrokken draad ontstaan die dunner is. In het geval
dit gebeurt zou een manier kunnen worden gevonden waarmee de draad in stukjes
kan worden geknipt. De bolletjes kunnen dan kleiner worden dan de opening van de
pipet waar het alginaat uitkomt.
Dan is er ook nog een manier. Als je alginaat uit het uitgerekte plastic wegwerppipetje in
de lucht als een druppeltje eruit laat komen zal een groot druppeltje ontstaan dat veel
groter is dat de opening aan het uiteinde van de pipet. Als je de lucht die langs de pipet
loopt hard zou laten gaan zou je er voor kunnen zorgen dat het alginaat al in de lucht
wordt meegetrokken en in de calciumoplosing valt. Hierbij zouden dan kleinere bolletjes
ontstaan.
En dan is er nog een allerlaatste manier. Door middel van trillingen in het water kan de
sliert gereageerd alginaat die uit de pipet komt opgebroken worden in kleinere stukjes.
Wij hebben deze manier zelf niet uitgetest, maar wij verwachten dat deze zou kunnen
werken. De trillingen kunnen in het water gemaakt worden door bijvoorbeeld geluid,
door ultrasone geluidsgolven. Er zou nog wel veel mee getest moeten worden. Hoe
sterk de trillingen moeten zijn en op welke frequentie deze trillingen moeten zijn om de
juiste grote van bolletjes te krijgen die nodig zijn.

18

Pipetje - Bijlages
Afbeelding 1

Afbeelding 2

Voorbeeld van een uitgetrokken plastic


wegwerppipetje.

Voorbeeld van een uitgetrokken plastic


wegwerppipetje.

19

Afbeelding 3

Het kaarsje dat als warmtebron diende


om de plastic wegwerppipetjes te
verwarmen en vervolgens uit te rekken
als het plastic van het wegwerppipetje
zacht was geworden.

20

Glazen buisje
Een idee dat voorkomt uit het idee met het pipetje is de glazen buis. Dit idee is ontstaan
nadat bleek dat de theorie van het uitgetrokken plastic wegwerppipetje niet helemaal
werkte en er een lange sliert ontstond.

Glazen buisje - Toelichting


Deze methode was afgeleid van de manier waarop de vorige proef met de plastic
wegwerppipetjes mislukte. Uit het onderzoek met het pipetje bleek dat er een lange
sliert ontstond uit de pipet en het alginaat ook naar binnen in de pipet reageerde
waardoor de pipet verstopte en uiteindelijk geen alginaat meer uit de pipet kon worden
gedrukt. Deze methode was dus eigenlijk mislukt Maar deze mislukking kon op een
andere manier weer gebruikt worden om toch tot een goed resultaat te komen. Het idee
kwam om een glazen buisje te gebruiken met een doorsnede die gelijk staat aan de
grootte van de bolletjes die uiteindelijk verkregen moeten worden. Deze buis zou gevuld
worden met alginaat. Dit alginaat zou dus helemaal in de buis zitten. Als deze buis
vervolgens in aanraking komt met een calciumoplossing reageert het calcium aan de
uiteinden van de buis naar binnen. Het alginaat in de buis wordt dan dus hard. De
theorie is dat je vervolgens het harde alginaat uit de buis drukt en in stukjes knipt,
zodat daar bolletjes ontstaan die de goede grootte hebben.
Het voordeel van deze proef is dat het een meer stabiele proef is, bij de andere proeven
kan het alginaat vervormen of verkeerd lopen en samenklonteren. Bij deze proef heb je
de zekerheid dat het een bepaalde doorsnede krijgt en hard is.
Helaas zijn er ook veel nadelen bij deze proef. Net als bij de theorie met de t-splitsing
moeten hele kleine buisje verkregen worden waarmee gewerkt moet worden. Deze
buisjes breken erg snel en zijn daarom moeilijk te gebruiken. Ook zijn de juiste maat
buisjes vaak niet op voorraad waardoor deze speciaal voor de proef besteld moeten
worden. Een ander probleem dat moeten worden opgelost is hoe de draad precies in
gelijke stukjes kan worden geknipt. Dit zou kunnen worden gedaan door middel van een
tandwiel met scherpe uiteinden waar de draad doorheen wordt gelopen.

21

Glazen buisje - Materialen en uitvoering


Wij hebben deze proef niet kunnen uitvoeren wegens tijdgebrek, maar kunnen wel een
materialen lijst geven die nodig is voor dit onderzoek voor zover wij dit hebben kunnen
bedenken.
De volgende materialen zullen in ieder geval nodig zijn voor het uitvoeren van deze
opdrachten, het kan dat er ook nog andere materialen voor nodig blijken te zijn:
Alginaat
Water
Calcium
Een machine om een glazen buisje uit te rekken zodat deze dunner wordt
Een dun glazen buisje
Voor de uitvoering is er geen stappenplan aangezien deze proef niet kon worden
uitgevoerd wegens tijdgebrek. Om dezelfde reden worden de conclusie, resultaten en
de vervolgproef niet besproken van deze methode in dit verslag.

22

Bevriezen
Nadat er op het internet gezocht werd naar methodes, werd er een document gevonden
met het bevriezen van water. Hieruit is er bedacht om hetzelfde principe te gebruiken bij
het maken van kleine alginaatbolletjes.

Bevriezen - Toelichting
Deze methode werd uitgevoerd in het lab. Het alginaat werd opgelost in het water,
waardoor je een alginaat oplossing kreeg. De alginaat oplossing is bevroren en hiermee
konden er kleine bolletjes van alginaat gemaakt worden. Deze bevroren alginaat
oplossing moet natuurlijk klein worden gemaakt en dit kan worden gedaan met
verschillende gereedschappen. Wanneer er kleine bevroren alginaat bolletjes verkregen
zijn, zullen deze in een bad met een calcium oplossing worden gedaan. Hierdoor zal het
alginaat met de calcium-ionen reageren en hard worden. Tijdens het
laboratoriumonderzoek is er ook onderzoek gedaan naar de stabiliteit van alginaat,
nadat het is bevroren en weer ontdooit is. Hiermee konden er conclusies getrokken
worden of de methode Bevriezen een aanneembare methode was voor het maken
van kleine alginaatbolletjes.
Het voordeel van deze methode is dat er geen dure en grote machines nodig zijn om
het uit te voeren. Het kost weinig tijd om deze methode uit te voeren. Het invriezen kan
echter wel een dag in beslag nemen.
Deze methode heeft ook een paar nadelen. Het grootste nadeel is dat er wrijving plaats
vindt, wat voor warmte zorgt. Hierdoor zullen de bolletjes smelten. De kleine
alginaatbolletjes smelten sneller, doordat ze sneller door en door opgewarmd zijn dan
ijsblokjes. Een ander nadeel is dat het invriezen van de alginaat oplossing een dag kan
duren.

23

Bevriezen - Materialen en uitvoering


De volgende lijst is de lijst van de materialen die nodig waren om het onderzoek met het
invriezen uit te voeren.
Alginaat
Calcium
Water
Lepeltje
Vriezer
Marmeren vijzel
Metalen roerder
Roestvrij bakje
Het onderzoek wordt volgens de volgende uitgevoerd.
1. Doe 2 massaprocent alginaat in water. Wij namen 2 gram alginaat en
deden dat in 200 gram water.
2. Zorg ervoor dat het alginaat goed oplost in het water. Wij gebruikten een
metalen roerder die erg snel kon roeren. Ook is het belangrijk ervoor te zorgen
dat er geen belletjes meer in de oplossing van het alginaat zitten. Om geen
belletjes te krijgen kan de oplossing voor een paar uur aan de kant gezet worden
totdat de belletjes niet meer in de oplossing zitten.
3. Doe 2 massaprocent calcium in water. Wij namen, net als bij stap 1, 2
gram calcium en deden dat in 200 gram water.
4. Zorg ervoor dat het calcium in het water oplost. Calcium lost erg snel op,
dus het roeren met een lepeltje is genoeg.
5. De alginaatoplossing doe je in een roestvrij bakje. Dit bakje wordt dan in
de vriezer gedaan. Om de beste resultaten te krijgen wordt er geadviseerd de
alginaatoplossing 1 dag te laten staan in de vriezer.
6. Haal de bevroren alginaatoplossing uit de vriezer en doe het in de
marmeren vijzel.
7. Begin de gevroren alginaatoplossing in kleinere stukjes te slaan.
8. Doe deze kleine stukjes ingevroren alginaat in de calciumoplossing.

24

Bevriezen - Resultaten
Wanneer het ingevroren alginaat in de marmeren vijzel werd gedaan en er wordt
geprobeerd het kleiner te maken, dan zal het alginaat gaan smelten door de wrijving die
ontstaat.

Bevriezen - Conclusie
De gedachte achter deze methode was dat er kleine ingevroren alginaatbolletjes
zouden ontstaan. Deze kon je dan in de calciumoplossing doen, waardoor het alginaat
zou smelten en het met de calcium ionen zou reageren. Hierdoor zouden er kleine
harde alginaatbolletjes ontstaan. Helaas lukte het al niet om de kleine bevroren
bolletjes te krijgen doordat deze direct smolten.
Onze conclusie is dat deze manier van het maken van kleine alginaatbolletjes niet
werkt. Hij werkt in ieder geval niet volgens de manier waarop wij hem hebben
uitgevoerd.

25

Bevriezen - Vervolgproef
Helaas werkte deze methode niet door de warmte die werd opgenomen. De bevroren
stukjes alginaat ontdooiden direct, waardoor ze niet meer bruikbaar waren. Zoals bij
elke proef zijn er ook bij deze proef verbeteringen te bedenken voor een eventuele
vervolgproef.
Droogijs zou kunnen worden gebruikt bij een vervolgproef. Droogijs is eigenlijk een
vaste vorm van koolstofioxide, CO2 , hierdoor is het erg koud. Het ijs heeft een
temperatuur van maar liefst 195 Kelvin, ook wel -78 graden Celcius. Dit droogijs zou om
het bevroren alginaat heen kunnen worden geplaatst. Het bevroren alginaat wordt dan
klein gemaakt terwijl het erg dicht in de buurt is van droogijs. Door de enorme lage
temperatuur van droogijs zal het veel warmte-energie onttrekken aan de omgeving rond
het bevroren alginaat dat klein wordt gemaakt. Hierdoor zal het ijs waarschijnlijk niet
genoeg warmte van de omgeving kunnen onttrekken om op te warmen en te gaan
smelten. Een probleem hierbij zou alsnog de wrijving kunnen zijn. Bij de wrijving komt
ook warmte vrij, het is nog maar de vraag of deze warmte-energie snel genoeg dor het
droogijs opgenomen zal worden of eerder ervoor zal zorgen dat het bevroren alginaat
begint te smelten. In het geval het alginaat smelt zal het samenklonteren en daarna
onder invloed van het droogijs weer bevriezen. Het lukt dan niet om kleine bolletjes
bevroren alginaat te maken. Een andere methode met droogijs zou zijn om het droogijs
door het bevroren alginaat te mengen, maar het is niet zeker of deze manier wel zal
werken.
Als laatste kan er nog een manier uitgeprobeerd worden om het alginaat bevroren te
houden terwijl het klein wordt gemaakt. Deze manier is redelijk simpel, het materiaal
waar het alginaat in ligt en het materiaal waarmee het alginaat klein wordt gemaakt kan
erg oud gemaakt worden. Dit zal waarschijnlijk hetzelfde effect hebben als het effect bij
het gebruik van droogijs, zoals hierboven beschreven, maar zeer waarschijnlijk zal dit
effect minder lang duren dan bij het droogijs.

26

Bevriezen - Bijlages

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Een foto van tijdens het testen van het


klein maken van het bevroren alginaat.

Hiernaast is het etalen bakje te zien met


het alginaat erin dat was bevroren voor
de test.

27

Mal
Nadat er gebrainstormd was, was er bedacht om een mal te gebruiken. Hiermee
konden er kleine alginaatbolletjes worden geproduceerd.

Mal - Toelichting
Deze methode wordt ook bij verschillende andere producten toegepast. Het is heel
simpel, er is een mal die een bepaalde vorm heeft. Hierin wordt het materiaal gegoten
waardoor er een afdruk ontstaat van het product. Dit principe kan ook bij het maken van
kleine alginaatbolletjes gebruikt worden. Hierbij kan er voorgesteld worden een ijzeren
plaat waar er een gaatje in geprikt is te gebruiken. Het gaatje wordt gevuld met de
alginaatoplossing. Wanneer dit is gedaan kan er een calciumoplossing overheen,
waardoor er een reactie zal ontstaan en de bolletjes in het ijzer hard zullen worden.
Hierbij is er dus de mal methode gebruikt, alleen dan op hele kleine schaal.
De voordelen van deze methode is dat er heel veel geproduceerd kan worden in een
keer. Het neemt ook niet veel tijd in beslag.
De nadelen zijn dat het bolletje in de mal er ook uit moet worden gehaald. Dit is moeilijk,
omdat de bolletjes microscopisch klein zijn.

28

Mal - Materialen en uitvoering


De volgende lijst is de lijst van materialen die nodig waren om het onderzoek met de
mal uit te voeren.
Alginaat
Calcium
Water
Lepeltje
Een plaat (bijvoorbeeld ijzer, plastic en koper)
Een naald
Metalen roerder
Het onderzoek wordt volgens de volgende uitgevoerd.
1. Doe 2 massaprocent alginaat in water. Wij namen 2 gram alginaat en
deden dat in 200 gram water.
2. Zorg ervoor dat het alginaat goed oplost in het water. Wij gebruikten een
metalen roerder die erg snel kon roeren. Ook is het belangrijk ervoor te zorgen
dat er geen belletjes meer in de oplossing van het alginaat zitten. Om geen
belletjes te krijgen kan de oplossing voor een paar uur aan de kant gezet worden
totdat de belletjes niet meer in de oplossing zitten.
3. Doe 2 massaprocent calcium in water. Wij namen, net als bij stap 1, 2
gram calcium en deden dat in 200 gram water.
4. Zorg ervoor dat het calcium in het water oplost. Calcium lost erg snel op,
dus het roeren met een lepeltje is genoeg.
5. Maak een gaatje in de plaat en doe hier de alginaatoplossing in. Zorg
ervoor dat alleen het gaatje is gevuld en de alginaatoplossing dus niet eruit
morst.
6. Doe wat van de calciumoplossing over de plaat heen waardoor het zal
reageren met de alginaatoplossing in het gaatje
Er is geen conclusie, resultaat of vervolgproef voor deze methode omdat deze methode
niet is uitgevoerd tijdens het onderzoek.

29

Emulsie
Nadat er op het internet gezocht werd naar methodes, zijn er artikelen gevonden
genaamd: Design of insulin-loaded alginate nanoparticles: influence of the calcium ion
on polymer gel matrix properties en Alginate microspheres prepared by internal
gelation: Development and effect on insulin stability. Uit deze artikelen is de methode
emulsie gehaald.

Emulsie - Toelichting
Deze methode werd uitgevoerd in het lab. Wanneer er olie in een bak met water wordt
gedaan zullen er twee lagen ontstaan. De olie zal op het water gaan drijven, doordat de
dichtheid van olie kleiner is dan dat van water. Als de olie en het water worden
gemengd met een lepel, dan zullen er bolletjes olie ontstaan in water. Dit noemen we
een emulsie. Dit principe wordt ook gebruikt bij de emulsie methode. Een bak gevuld
met alginaat, CaCO3 en olie wordt voorbereid. Wanneer er geroerd wordt zal er een
emulsie ontstaan van alginaat en CaCO3 bolletjes in olie. Hierin wordt er olie samen
met een zuur gedaan. Door de olie zal het zuur zich beter kunnen verspreiden in de
bak. Dit zuur reageert met de CaCO3, waardoor er Calcium-ion ontstaan. Deze zullen
met het alginaat gaan reageren en er zal een bolletje ontstaan.
De voordelen zijn dat wanneer alles klaar staat, er heel veel bolletjes gemaakt kunnen
worden. Deze bolletjes verschillen niet veel van grootte. De bolletjes zullen een grootte
van ongeveer 10 tot 20 micrometer hebben.
Deze methode heeft ook een nadeel. Het klaar zetten neemt wat tijd in en het mengen
duurt lang.

30

Emulsie - Materialen en uitvoering


De volgende lijst is de lijst van de materialen die nodig waren om het onderzoek met het
invriezen uit te voeren.
Natriumalginaat (vloeibaar) 2% w/v
Lepeltje
Metalen roerder
Biodiesel
Dextraansulfaat 0.75% w/v
Tween 80 1.5% v/v
Een zuur (acetaat buffer pH 4,5)
CaCO3 5% w/v
Pipetje
Bekerglaasjes
Microscoop
Preparaat
Het onderzoek wordt volgens de volgende uitgevoerd.
1. Doe in een bekerglaasje het natriumalginaat en het dextraansulfaat.
2. Aan het bekerglaasje wordt CaCO3 toegevoegd.
3. Aan het bekerglaasje wordt er hierna de biodiesel met tween 80
toegevoegd. De metalen roerder begint te roeren (1500rpm).
4. Dit laat je een tijdje staan (ong. 5 uur) en daarna voeg je biodiesel met
een zuur (acetaat buffer pH 4,5) toe aan de emulsie.
5. Laat de oplossing goed roeren voor ongeveer 1 dag.
6. Laat hierna de oplossing bezinken. Er zal een wit vloeibaar stof ontstaan.
Het witte vloeistof wordt in het pipetje opgenomen en er wordt een preparaat
gemaakt.
7. Leg het onder de microscoop met de goede grootte en stel het ook
scherp.

31

Emulsie - Resultaten
Nadat de proef was uitgevoerd, waren er goeie resultaten. Onder de microscoop waren
de kleine alginaatbolletjes te zien. Door de schaal te bepalen, zijn de alginaatbolletjes
opgemeten. Deze bolletjes zijn tussen de 10 en de 20 micrometer groot.

Emulsie - Conclusie
Dit experiment is afgeleid uit 2 artikelen. Deze artikelen waren: Design of insulin-loaded
alginate nanoparticles: influence of the calcium ion on polymer gel matrix properties en
Alginate microspheres prepared by internal gelation: Development and effect on insulin
stability. Alles is precies opgeschreven, waardoor de proef ook makkelijk uitgevoerd
kon worden.
Onze conclusie is dat deze manier van het maken van kleine alginaatbolletjes wel
werkt. Deze methode heeft de beste resultaten vergeleken met alle andere
opgenoemde methoden.

32

Emulsie - Vervolgproef
De kleine alginaatbolletjes zouden ook gesorteerd kunnen worden op grootte. Deze
kleine alginaatbolletjes kunnen gecentrifugeerd worden, waarna je bolletjes van een
bepaalde grootte hebt.

33

Emulsie - Bijlages
Afbeelding 1

Afbeelding 2

Een tweede afbeelding genomen met een


Dit is een afbeelding genomen met een
camera door de microscoop met de kleine camera door de microscoop met de kleine
bolletjes.
bolletjes.

34

Resultaat
Als resultaat was gevonden dat de emulsie de enige methode was die voor ons werkte,
op de manier dat wij het deden om echt kleine bolletjes te krijgen.

Conclusie
Onze conclusie was dan ook dat om kleine bolletjes te kunnen maken een emulsie
moet worden gemaakt.

35

Evaluatie
In het hoofdstuk evaluatie zullen Auke Schuringa en Alparslan Gnaydin beiden een
stuk tekst schrijven over wat ze van dit project vonden en wat voor invloed dit project op
hen heeft gehad.

Evaluatie van Auke Schuringa


Ik vond het erg moeilijk om in het begin een project uit te kiezen. Ik wist niet precies hoe
ik een opdrachtgever moest vinden en waar ik de projecten eigenlijk kon vinden. Mijn
leraar voor O&O heet mij toen erg geholpen. Vanaf het begin wilden ik en Alparslan al
samen een project uitvoeren voor O&O. We wisten dus alleen nog niet wat. Meneer
Gast heeft toen uit de database van de school een paar contacten gehaald die wij
misschien wel leuk vonden om iets te doen. Het werd uiteindelijk een project met Yuval
Mulla. Tijdens het project hadden we het soms erg lastig. Steeds opnieuw mislukten
proeven weer en moesten we weer opnieuw beginnen. Elke keer weer moesten we een
nieuwe methode verzinnen. Dit was erg lastig voor ons positieve gevoel, langzaam aan
begonnen we bang te worden dat we misschien wel niets zouden gaan vinden om ons
project tot een goed resultaat te leiden. Totdat we op internet een paar documenten
vonden over microbolletjes van alginaat. Deze microbolletjes van alginaat waren over
het algemeen voor iets heel anders bedoelt dan waar ons ons project om draaide, maar
met een aantal aanpassingen aan dat bestaande onderzoek lukte het ons ook om
kleine bolletjes alginaat te krijgen die geschikt waren voor ons project.
Er waren drie punten tijdens het onderzoek die ik erg leuk vond en waar ik veel energie
van kreeg. Dit was tijdens het vinden van de emulsie, tijdens het maken van moleculaire
hapjes voor bij de presentatie en het bezoek aan de AMOLF, waar Yuval Mulla
onderzoek doet.
Over het algemeen ben ik erg tevreden over dit project. Als ik dit project vergelijk met de
vorige projecten waar ik aan heb gewerkt dan kan ik zeker zeggen dat dit tot nu toe mijn
mooiste project was, samen met een prachtig resultaat. Uiteindelijk was het cijfer een
goede afspiegeling van hoe ik dit project vond: een 8.
In de zesde klas gaat mijn laatste project beginnen, de meesterproef. Ik zou graag voor
deze meesterproef iets in een zelfde soort gebied doen als het gebied waar ik in bezig
ben geweest voor dit project. Maar dat staat natuurlijk nog helemaal open.
Ik vond dit project erg leuk om te doen en hoop dat mijn meesterproef dat ook zal
worden!

36

Persoonlijk OntwikkelingPlan (POP)


Het Persoonlijk OntwikkelingsPlan is waarin je laat zien op welk niveau je nu staat. Het
Technasium heeft een algemeen document waarin staat wat je moet kunnen in de
verschillende klassen van het technasium, hieronder is dit schema te zien:

Dit schema hebben Auke Schuringa en Alparslan Gnaydin beiden ingevuld. Ook is er
bij de ingevulde schemas een korte verklaring gegeven per onderwerp waarom de
leerling wel of niet op schema is.

37

POP van Auke Schuringa


Voor het vijfde leerjaar van het Technasium zijn er bepaalde dingen die je moet kunnen.
Het gaat hierbij om de onderwerpen Plannen & organiseren, Kennisgerichtheid,
Samenwerken, Productgerichtheid, Procesgerichtheid, Inventiviteit, Doorzetten en
Individueel werken.
Voor plannen & organiseren ben ik op niveau, ik heb samen met mijn leraar en
Alparslan een opdracht bedacht. Deze opdracht heb ik vervolgens uitgeschreven in een
onderzoeksvoorstel en daarna heb ik deze opdracht uitgevoerd.
Voor kennisgerichtheid ben ik ook op niveau. Ik heb mij goed verdiept in hoe het
celmembraan eruit ziet en wat het is. Ook weet ik inmiddels alles over alginaat en
calcium en daar kan ik dan ook alles over vertellen.
Voor samenwerken moet mijn niveau nog iets hoger. Hoewel ik geen conflicten
veroorzaak en deze er ook niet zijn geweest vind ik het soms wel moeilijk te doen wat
een ander persoon zegt op het moment dat ik zelf een idee heb waarvan ik vind dat het
veel beter is. Ik kijk dan nog niet altijd even goed naar de wensen en de belangen van
mijn teamgenoot .
Voor productgerichtheid ben ik wel weer op niveau. Het hele project door heb ik goed
begrepen wat er van ons verwacht werd. Ik wist dus precies wat de opdracht inhield en
ik heb de opdrachtgever ook altijd begrepen als het om de opdracht ging.
Helaas kan mijn niveau voor procesgerichtheid nog iets naar boven. Ik vind het soms
nog moeilijk om helemaal vooruit te denken hoe mijn project er precies uit gaat zien. Ik
vergeet dan sommige dingen erbij te nemen en ben dan niet helemaal op tijd klaar met
het project.
Mijn inventiviteit vind ik wel dat die is zoals die hoort te zijn in de vijfde klas van het
Technasium. Wij hebben verschillende documenten op internet gevonden met
betrekking tot ons onderzoek. De onderzoeken die hierin stonden hebben wij
gecombineerd en aangepast en zo bij ons eigen onderzoek gebruikt.
Ik vind ook dat ik een goede doorzetter ben. Tijdens dit onderzoek hebben we veel
tegenslagen gehad. Vaak lukte een uitgevoerde methode niet en dan moest er weer iets
veranderd worden. Op een gegeven moment begon je dan bang te worden dat het hele
onderzoek wel eens niet zou kunnen gaan lukken. Door mijn doorzettingsvermogen en
dat van mijn teamlgenoot is dit uiteindelijk wel gelukt en hebben we het project met een
mooi resultaat af kunnen ronden.
Ook kan ik altijd individueel werken. Ik houd er erg van een bepaalde taak voor mijzelf
te nemen en mij daar helemaal op te richten.
Op de volgende pagina zit u het ingevulde POP schema.

38

39

POP van Alparslan Gnaydin


In een POP wordt er beschreven wat ik zelf voor de volgende keer beter kan doen. Bij
dit project was aan de planning houden een moeilijk onderdeel. Er zijn altijd momenten,
waarbij je planning niet overeenkomt met de realiteit. Zoals onze opdrachtgever was in
het buitenland hierdoor konden we niet met hem in "reallife" in contact komen.
Uiteindelijk hebben we wel met de telefoon contact gehad. De samenwerking met mijn
medeleerling ging heel goed en we hadden hele duidelijke afspraken. Auke en ik
vonden het leukst, toen we eenmaal in het lab mochten experimenteren. We zijn met
het experimenteren wat later begonnen en dat was een min puntje. We konden veel
eerder beginnen, hierdoor kom je erachter wat je nog nodig hebt voor de volgende keer
en wat je anders zou kunnen doen. Het ander minpuntje was dat we dachten dat
materialenlijst makkelijk te behalen zou zijn. Hierdoor kwamen we soms in tijdnood,
maar alles is uiteindelijk goed gekomen. In het lab waren we echt gericht op de kleine
alginaatbolletjes. We wilden allebei heel graag kleine alginaatbolletjes, waarbij je ze
onder de microscoop kunt bekijken. Daarom gingen we zoveel mogelijk methodes
uittesten. We hebben samen ook gebrainstormd van wat we als methode konden
gebruiken om kleine alginaatbolletjes te krijgen. Het plannen met mijn medeleerling
Auke ging heel goed. We hebben samen ons onderzoeksvoorstel gemaakt en
ingeleverd bij onze opdrachtgever. Deze was goed beoordeeld en onze planning was
dus in orde. Het organiseren ging ook goed, alleen het kon beter. Niet alle materialen
konden we meteen krijgen, omdat deze niet beschikbaar waren. De volgende keer
zullen we allebei hiermee rekening houden. Auke en ik hebben nooit ruzie gemaakt en
we wilden vaak allebei hetzelfde. We vonden dat we allebei onze mening mochten
vertellen en dat deden we dan ook. Hier kwamen we dan makkelijk uit, omdat we het
gingen beargumenteren en het overtuigend overkwam. Auke had soms wel de moeite
om het eens te zijn met een idee, maar uiteindelijk zijn we daar ook uit gekomen.
Hierdoor is ons proces heel goed gegaan vind ik zelf.
Ik vind dat ik kan plannen, maar soms heb ik de moeite om alles van te voren te kunnen
bedenken. Soms, als je al bezig bent met je project, denk ik aan dingen die ook nog
gedaan moeten worden, alleen die niet in onze planning staat. Het plannen blijft
moeilijk, maar ik vind dat ik er veel voor uitgang in heb gemaakt. Wanneer ik me moet
orinteren doe ik dat heel goed. Ik probeer zoveel mogelijk informatie te vinden over het
onderwerp en probeer dus ook kennis op te doen. Ik hou veel rekening met de wensen
en belangen van mijn medeleerlingen. Ik luister naar wat ze zeggen en bedenk ook of
het waar is. Het gaat om teamwork en dat doe je niet in je eentje! Wanneer ik de
opdracht goed heb begrepen kan ik het ook heel goed uitleggen aan mensen, zodat die
het ook meteen begrijpen. Het was iets moeilijker in dit project uit te leggen, omdat je
wel wat scheikundige kennis nodig had. Ik kan heel goed vooruit denken, alleen dit

40

gebeurd pas wanneer ik met het project ben begonnen. Dit komt doordat ik in het
project ben verdiept en ook dan kan bedenken wat we nog moeten doen en wat er nog
gaat komen. Ik vind ook dat ik innovatief ben, want we gingen samen brainstormen hoe
we kleine alginaatbolletjes konden krijgen. Ik heb een methode bedacht, wat we hebben
getest. Soms waren er dalingen in onze motivatie, maar we hebben er samen voor
gezorgd dat het tot een goed eind kwam. Dit kwam vooral door ons
doorzettingsvermogen. Als ik eenmaal een taak heb kan ik die in mijn vrije tijd heel goed
uitvoeren. Thuis ga ik er dan echt voor zitten en erover nadenken. Ik vind het aller
leukst om zelfstandig berekeningen uit te voeren. Hiermee heb ik al ervaring opgedaan
en ik vind het ook nog eens heel erg leuk om te doen.
Op de volgende pagina zit u het ingevulde POP schema.

41

Referenties
Lindley, D.. (2004, 30 januari). Focus: Breaking Up Isnt Hard To Do. Geraadpleegd op
16 juni 2014, van http://physics.aps.org/story/v13/st4
Links, D.R., Anna, S.L., Weitz, D.A., Stone, H.A.. (2004, 5 februari). Geometrically
Mediated Breakup of Drops in Microfluidic Devices. [PHYSICAL REVIEW LETTERS].
Geraadpleegd op 16 februari 2014, van
http://journals.aps.org/prl/abstract/10.1103/PhysRevLett.92.054503
Onbekend. (z.d.). Chapter 8, Part 1. Gedownload op 17 juni 2014, van
http://www.phys.ufl.edu/courses/met1010/chapter8-1.pdf
Reis, C.P., Neufeld, R.J., Ribeiro, A.J., Veiga, F.. (2006). Design of insulin-loaded
alginate nanoparticles: influence of the calcium ion on polymer gel matrix properties.
Gedownload op 17 juni 2014, van http://www.doiserbia.nb.rs/img/doi/14519372/2006/1451-93720601047R.pdf
Silva, C.M., Ribeiro, A.J., Figueiredo, I.V., Gonalves, A.R., Veiga, F.. (2006. 26 januari).
Alginate microspheres prepared by internal gelation: Development and effect on insulin
stability. Gedownload op 17 juni 2014, van
https://estudogeral.sib.uc.pt/bitstream/10316/5747/1/filea71721b11a92467aa1ed29b6c0
8a2db7.pdf

42

Acknowledgements
Wagengen University. (z.d.). Student Yuval Mulla - MSc Molecular Life Sciences.
Geraadpleegd op 24 februari 2014, van http://www.wageningenur.nl/nl/show/StudentYuval-Mulla-MSc-Molecular-Life-Sciences.htm
AMOLF. (z.d.). Yuval Mulla. Geraadpleegd op 24 februari 2014, van
http://www.amolf.nl/research/biological-soft-matter/group-members/amolfperson/persons/1384707675.18976700/
Linkedin. (z.d.). Rutger Robert Gast. Geraadpleegd op 8 april 2014, van
http://nl.linkedin.com/pub/rutger-robert-gast/27/406/641
Maurice Bos.

43

Anda mungkin juga menyukai