Anda di halaman 1dari 11

PLAN VAN AANPAK “REVITALISERING

KRONENBURG”

Amstelveen, februari 2005


concept d.d. 31-03-2005

INHOUDSOPGAVE
Hoofdstuk 1: Doel en kaderstelling 3

Hoofdstuk 2: Onderzoek 4

Hoofdstuk 3: Opdrachtgever, opdrachtnemer en organisatie 5

Hoofdstuk 4: Proces 5

Hoofdstuk 5: Organisatie nader uitgewerkt 6

Hoofdstuk 6: Maatschappelijk overleg, participatie en communicatie 6

Hoofdstuk 7: Beslismomenten 7

Hoofdstuk 8: Middelen 8

Hoofdstuk 9: Hoofdstuktitels 8

Hoofdstuk 10: Risico´s 9

Planning 10

2
concept d.d. 31-03-2005

1. Doel en kaderstelling

1.1: Waarom dit plan van aanpak


De kantorenlocatie Kronenburg behoeft een visie op de toekomstige ontwikkelingen. Vanuit
het gevestigde bedrijfsleven zijn er wensen naar voren gebracht die betrekking hebben op
veiligheid, openbare ruimte, parkeren en bereikbaarheid. Verder is sprake van een toename
van de leegstand van kantoorpanden op het terrein. Deze leegstand heeft een ongunstige
invloed op de kwaliteit van Kronenburg als geheel. In de bijgevoegde startnotitie is nader
ingegaan op de aard en omvang van de genoemde knelpunten.

Het onderzoek heeft tot doel een totaalvisie te ontwikkelen op de kantorenlocatie Kronenburg.
Deze visie zal zich in eerste instantie richten op:
- een verbetering van de bereikbaarheid (inclusief parkeren);
- een kwaliteitsverbetering van de openbare ruimte (die zowel bij bedrijven als bij de
gemeente in eigendom is);
- een verbetering van de veiligheidssituatie.
Centraal staat een algehele verbetering van Kronenburg als vestigingslocatie voor de zakelijke
en commerciële dienstverlening. Het is dan ook niet uitgesloten dat andere aspecten (milieu,
bewegwijzering) bij voldoende draagvlak tijdens het proces of vlak daarna alsnog zullen
worden opgepakt.

1.2: Ambities college ten aanzien van Kronenburg


In de Nota Economisch Beleid (maart 2004) is onder meer aangegeven dat de gemeente wil
zorgdragen voor voldoende vestigingslocaties voor kantoren, bedrijven en winkels door
realisering van nieuwe en herstructurering van bestaande locaties (“ruimte voor bedrijvig-
heid”). Een revitalisering (of herstructurering) van Kronenburg past binnen deze doelstelling en
is als zodanig expliciet opgenomen in het actieprogramma van het gemeentelijk economisch
beleid.

Het college heeft voorts ambities met betrekking tot het parkeren (concept-parkeernota), de
verbetering van de veiligheid (integraal veiligheidsbeleid) en het bevorderen van het gebruik
van het openbaar vervoer (OV-visie). De voor Kronenburg relevante beleidsterreinen zijn in
ieder geval.
- economische zaken;
- verkeer en vervoer;
- veiligheid;
- openbare ruimte (infrastructuur, groen);
- ruimtelijke ordening.

1.3: De locatie van het onderzoek


De kantorenlocatie Kronenburg wordt aan de westzijde begrensd door de Beneluxbaan, aan
de noordzijde door het stadsdeel Zuideramstel (gemeente Amsterdam), aan de westzijde door
het groengebied Amstelland en aan de zuidzijde door de Saskia van Uylenburgweg. Naast
deze locatie ligt het woongebied Uilenstede.
Op Kronenburg zijn circa 145 bedrijven gevestigd met een werkgelegenheid van ongeveer
3.900 personen. Het merendeel van deze bedrijven valt binnen de sectoren “zakelijke en com-
merciële dienstverlening” en “overige dienstverlening”. Het betreft onder meer verzekerings-
maatschappijen, reclamebureaus en accountantskantoors.

3
concept d.d. 31-03-2005

Figuur 1: Kronenburg en omgeving


De visie zal betrekking hebben op het gebied dat in bovengeplaatste figuur met zwart is aan-
gegeven.

1.4: Aandachtspunten revitalisering


· De revitalisering van Kronenburg is een gezamenlijke inspanning van de eigenaren, de
ondernemers en de gemeente.
· De structuur van Kronenburg heeft sterke kwaliteiten. Deze kwaliteiten dienen
behouden te blijven.
· Kronenburg ligt ingeklemd tussen woonwijken. Bij de revitalisering dient hiermee reke-
ning te worden gehouden.

1.5: Initiatieven uit de markt


De kantorenmarkt is volop in ontwikkeling. Zorgwekkend is de toename van de leegstand van
kantoorpanden. Marktpartijen (eigenaren) zijn voortdurend bezig ((inter)nationale) bedrijven
voor deze leegstaande kantoorpanden te interesseren. Zowel eigenaren als ondernemers zien
het belang van een revitalisering in. Zij zijn tevens bereid hieraan mee te werken en bij te
dragen.

1.6.: Product
Het eindproduct is een integrale visie op de revitalisering van Kronenburg met concrete uit-
gangspunten ten aanzien van bereikbaarheid, parkeren, veiligheid en openbare ruimte en
mogelijk ook met uitgangspunten op andere terreinen.

2. Wat en hoe wordt onderzocht

2.1: Onderzoeksonderwerpen
· Hoe kunnen de onveiligheidsgevoelens worden weggenomen? Het gaat dan
vooral om het terugdringen van vandalisme, inbraken en diefstallen.
· Hoe kan de bereikbaarheid naar Kronenburg worden verbeterd?
· Hoe kan de kwaliteit van de openbare ruimte (groen, infrastructuur e.d.) worden
verbeterd?
· Hoe kan de parkeersituatie op Kronenburg worden verbeterd? Deze
onderzoeksvraag heeft een relatie met de onderzoeksvraag die betrekking heeft
op de verbetering van de bereikbaarheid.

4
concept d.d. 31-03-2005

2.2: Onderzoeksmethode
Het onderzoek wordt hoofdzakelijk gedaan door de leden van de projectgroep. De project-
groep kan voor de uitvoering van het onderzoek gebruik maken van specifieke deskundigheid
en hiervoor (externe) werkgroepen oprichten.
De projectgroep bundelt een en ander tot een logisch verhaal en formuleert de te maken be-
leidsmatige keuzen aan de stuurgroep. De stuurgroep maakt de strategische keuzen en
adviseert hierin het college van burgemeester en wethouders.

3. Opdrachtgever, opdrachtnemer en organisatie

3.1: Bestuurlijk en ambtelijk opdrachtgever


De bestuurlijk opdrachtgever is het college van burgemeester en wethouders, vertegen-
woordigd door wethouder Th.E.A. Tiemessen.
De ambtelijk opdrachtgever is het mangementteam van de sector Stadsontwikkeling, ver-
tegenwoordigd door het hoofd van de afdeling Strategie en Beleid (mevrouw drs. M. Zijp).

De opdrachtnemer is:
De heer H.E. Buseman, beleidsmedewerker van de afdeling Strategie en Beleid van de sector
Stadsontwikkeling.

3.2: Stuurgroep
De stuurgroep zorgt voor een directe inhoudelijke band tussen de projectgroep, het manage-
ment van de sector Stadsontwikkeling, het college van burgemeester en wethouders en het
betrokken bedrijfsleven. De stuurgroep is samengesteld uit de wethouders Th.E.A. Tiemessen
(economische zaken, vastgoed en infrastructuur, tevens voorzitter), P.J.M. Regouin (ruimte-
lijke ordening en verkeer en vervoer), het hoofd van de afdeling Strategie en Beleid (mevrouw
drs. M. Zijp), een vertegenwoordiging van de ondernemers en eigenaren op Kronenburg
(maximaal 2 personen) en H.E. Buseman namens de projectgroep.

3.3: Projectgroep
Er wordt een projectgroep in het leven geroepen die de in hoofdstuk 2 geformuleerde onder-
zoeksvragen zal beantwoorden. Deze projectgroep kan werkgroepen oprichten en belasten
met specifieke deelvragen. Ondernemers en eigenaren kunnen worden gevraagd in deze
werkgroepen plaats te nemen. De projectgroep behoudt zijn eigen verantwoordelijkheid voor
zijn advisering aan de stuurgroep die op zijn beurt het college van burgemeester en wet-
houders zal adviseren.

3.4: Werkgroepen
Er kunnen in het project werkgroepen functioneren die een deeladvies aan de projectgroep
leveren over een bepaald onderwerp of thema.

4. Proces

Het werkproces voor ruimtelijke ontwikkelingen is verdeeld in fasen (quick-scan, plan van
aanpak, nota van uitgangspunten, programma van eisen etc.). In de opvolgende fasen worden
de relatief globale randvoorwaarden uit de voorgaande fase verder uitgewerkt, zodat het
bestuur de voorwaarden voor de volgende fase kan vaststellen. De visie op de revitalisering
van Kronenburg, die nu gemaakt gaat worden, is te beschouwen als een nota van uit-
gangspunten. Dit document zal ter vaststelling aan de raadscommissie Ruimte, Wonen en
Natuur (RWN) worden aangeboden.

Het is de bedoeling de daaruit voortvloeiende afspraken met het betrokken bedrijfsleven


(ondernemers en eigenaren) in een convenant of intentieverklaring vast te leggen. Het betreft
dan bijvoorbeeld afspraken over het opzetten van een collectief beveiligingsssyteem of het in-
voeren van mobiliteitsmanagement.

Binnen het planproces zijn voor Kronenburg de volgende producten per fase te onder-
scheiden:

Fase Afdeling Planning


Plan van aanpak SOSB April 2005

5
concept d.d. 31-03-2005

Visie of NvU SOSB Januari 2006

Op basis van de NvU kunnen de uitgangspunten verder worden geconcretiseerd in acties of


maatregelen. Het uitwerken en/of uitvoeren van deze acties of maatregelen is een gezamen-
lijke verantwoordelijkheid van het bedrijfsleven en de gemeente. Het bedrijfsleven zal in ieder
geval worden gevraagd duidelijk hun vertegenwoordiging te regelen, bijvoorbeeld door het
oprichten van een “bedrijfsvereniging”.

5. Organisatie nader uitgewerkt

De samenstelling van de stuurgroep en projectgroep ziet er als volgt uit:


Stuurgroep:
Wethouder Th.E.A. Tiemessen (economische zaken, infrastructuur en vastgoed, tevens
voorzitter)
Wethouder P.J.M. Regouin (ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer)
Mevrouw drs. M. Zijp, hoofd van de afdeling Strategie en Beleid van de sector
Stadsontwikkeling
De heer H.E. Buseman, beleidsmedewerker economische zaken namens het projectteam
Een vertegenwoordiger van de Ondernemersvereniging Amstelveen (OA)
Twee vertegenwoordigers van de ondernemers van Kronenburg (eigenaren en gebruikers)

Projectgroep:
De heer H.E. Buseman, beleidsinhoudelijk (150 uur)
Circa 50 uur per persoon:
De heer R.J. van der Laan, beleidsmedewerker Integrale Veiligheid van de afdeling VBO
De heer W. Wieffering, beleidsmedewerker verkeer en vervoer Amstelveen-Noord
Mevrouw S. van Vliet, communicatie & participatie
De heer W.M. de Groot, stadsbeheer/openbare ruimte
Mevrouw C. de Kemp-Everts, accountmanager bedrijven Kronenburg
Mevrouw B. Venema, verkeer.advies (mobiliteitsmanagement)
Mevrouw M. de Vries, politie Amsterdam-Amstelland
Mevrouw drs. T. Hanssen, directeur Ondernemersvereniging Amstelveen
Agendalid: medewerker ROA (t.a.v. pilot ROA)

Individuele taken en inbreng (ad-hoc)


Mevrouw M. Janknegt, vastgoed (advisering)
De heer H. Beijer, wijk en beleid (koppeling wijkgericht werken)
Mevrouw I. Kuiper, vastgoed (vastleggen afspraken met bedrijfsleven)
De heer J. van Kuilenburg, ruimtelijke ordening/ISV

6. Maatschappelijk overleg, participatie en communicatie

6.1: Stuurgroep/werkgroepen
In de organisatiestructuur is rekening gehouden met de inbreng van het bedrijfsleven. De
stuurgroep bestaat naast vertegenwoordigers van de gemeente ook uit vertegenwoordigers
van de Ondernemersvereniging Amstelveen en het op Kronenburg gevestigde bedrijfsleven
(eigenaren en gebruikers). De taak van de ondernemersvertegenwoordigers is vooral praktijk-
kennis en –ervaring in te brengen, zorg te dragen voor terugkoppeling naar de overige onder-
nemers en samen met de gemeente te werken aan het draagvlak voor de te ondernemen
acties en/of de te treffen maatregelen.
Verder kan de projectgroep besluiten per onderwerp of thema een werkgroep op te richten.
Ook ondernemers (eigenaren en/of gebruikers) dienen in een dergelijke werkgroep plaats-
nemen. Zij kunnen dan meedenken over een specifiek thema (bijvoorbeeld veiligheid) of mee-
werken aan de uitvoering van de geformuleerde acties of maatregelen (intensivering
beveiliging/bewaking).

6.2: Overleg met anderen


Essentieel is dat bij elke fase wordt vastgelegd wie de belanghebbenden zijn en wie
participeren in het planvormingsproces. Belanghebbenden kunnen ontwikkelaars zijn maar
ook burgers, maatschappelijke organisaties of openbare vervoersmaatschappijen. Ten aan-
zien van belanghebbenden heeft de gemeente de taak hen in de gelegenheid te stellen mee te
denken aan het proces op structuurniveau. Daarnaast dienen belanghebbenden tijdig op de

6
concept d.d. 31-03-2005

hoogte te worden gebracht van de besluiten zodat zij hun mening hierover kenbaar kunnen
maken en al deze meningen in het besluitvormingsproces kunnen worden meegenomen.

Belanghebbenden moeten op het juiste moment zijn aangehaakt aan het proces en kunnen
participeren. Dit vergroot niet alleen de efficiency van het werk maar voorkomt ook dat een
fase niet kan worden afgerond.
Voor de revitalisering van Kronenburg is het van belang overleg te hebben met alle betrokken
beleidssectoren, overheden, overkoepelende organisaties, bedrijven en bewoners. Het accent
ligt daarbij om informatie-uitwisseling, advisering, inspraak en overleg zodat aan het bestuur
maatschappelijk haalbare varianten kunnen worden voorgelegd, belangentegenstellingen
vroeg bekend zijn en deel uitmaken van de besluitvorming.

Aan het eind van de periode zal het gemeentebestuur mede op basis van inspraakresultaten
en het maatschappelijk overleg besluiten moeten kunnen nemen. Deze besluiten vormen ook
voor de inspraak de randvoorwaarden in de volgende fase, bij de uitwerking c.q. uitvoering van
acties en/of maatregelen. Daarbij zal tevens gelet worden op de medeverantwoordelijk-heid
van de op Kronenburg gevestigde bedrijven en de eigenaren van de aldaar aanwezige
panden. Aan de terugkoppeling naar ondernemers en eigenaren, die niet deelnemen aan de
stuurgroep of werkgroepen, zal specifiek aandacht worden besteed.

De aard en intensiteit van het maatschappelijk overleg zullen per onderwerp en per belangen-
groep verschillen. De gemeente kent een inspraakverordening. Deze verordening is leidraad
bij het regelen en organiseren van inspraak en participatie.

Met deze procesgang kan niet voorkomen worden dat mensen ontevreden zijn over de uit-
komst, maar wel worden gewaarborgd dat beinvloedingsmogelijkheden optimaal benut zijn en
kunnen worden verantwoord.

7. Beslismomenten

7.1: De stuurgroep
De stuurgroep zal gedurende het proces besluiten nemen over de inhoudelijke en strategische
koers die gevolgd wordt. Daardoor is er een directe link met de meest betrokken wethouders
in het college, de meest betrokken managers van de sector Stadsontwikkeling en de vertegen-
woordigers van het bedrijfsleven.
De stuurgroep bepaalt de uiteindelijke tekst die als advies aan het college van burgemeester
en wethouders zal worden voorgelegd. De stuurgroep zal een tweetal keren bijeenkomen.

7.2: Het college van burgemeester en wethouders


Het eindproduct zal ter vaststelling aan het college van burgemeester en wethouders worden
voorgelegd.

7.3: Gemeenteraad/raadscommissie
Nadat B&W hun standpunt over het eindproduct hebben bepaald, zal dit – al dan niet aange-
paste – eindproduct ter finale besluitvorming aan de raadscommissie RWN worden aange-
boden.

7.4: Plan van aanpak


Bij het goedkeuren van dit plan van aanpak door het MT en het college committeren zowel het
college als het MT Stadsontwikkeling alsmede de stuurgroep en de projectgroepleden zich.
Het commitment van het bedrijfsleven zal verkregen worden door nader overleg met de direct
betrokken ondernemers en eigenaren. Het go-no go moment wordt bepaald door de
bereidheid van deze ondernemers en eigenaren mee te werken aan de uitvoering van het
revitaliseringsproces.
Beslis- en aandachtspunten zijn:
- instemmen met de visie op Kronenburg;
- instemmen met tekst convenant/intentieverklaring tussen gemeente en bedrijfsleven;
- instemmen met communicatieplanning.

8. Middelen

7
concept d.d. 31-03-2005

In de voorgaande hoofdstukken is reeds nader ingegaan op de organisatie en de inzet van


ambtenaren van de sectoren Stadsontwikkeling, Stadsbeheer en VVH. Kortheidshalve wordt
hiernaar verwezen.
Het opstellen van een Nota van Uitgangspunten in de vorm van een visie op de revitalisering
van Kronenburg zal geen extra financiële middelen vergen. De uitvoering van een risico-
analyse, een onderzoek naar woon-werkverkeer en een schouw kan binnen bestaande mid-
delen worden geregeld.
Het is de bedoeling in de NvU inzicht te geven in de te treffen maatregelen of de te onder-
nemen acties. Daarbij zal ook een inschatting worden gegeven van de kosten en het beschik-
bare budget. Voor de uitvoering van revitaliserings- en herstructureringsprojecten kan een
beroep worden gedaan op subsidies van de provincie (HRIB) en de Rijksoverheid (Keurmerk
Veilig Ondernemen). In het algemeen wordt met deze subsidies slechts een deel van de totale
kosten afgedekt. In het kader van het actieplan veiligheid en de gebiedsgerichte aanpak van
de bereikbaarheidsproblematiek (ROA) zijn eveneens middelen beschikbaar.

9. Wijze van communicatie

Communicatie is in het project revitalisering kantorenlocatie Kronenburg van essentieel


belang. Alleen met een grote betrokkenheid van de bedrijven in het gebied, zal het project
gerealiseerd kunnen worden. Om deze betrokkenheid te bevorderen, is goede communicatie
een belangrijke randvoorwaarde. Dit betekent dat er niet alleen over het project
gecommuniceerd moet worden, maar ook binnen het project.

Doel van de communicatie:


· informeren over de voortgang
· commitment: draagvlak voor de aanpak/draagvlak voor de uitvoering
· vieren van successen

Doelgroepen
De belangrijkste doelgroepen binnen het project zijn de eigenaren en huurders van de
bedrijven. Zij moeten continue worden geïnformeerd en worden betrokken binnen project. Zij
1
moeten kunnen meedenken/meedoen binnen het project. Omwonenden moeten op tijd
worden geïnformeerd over het project (meeweten).

Direct
eigenaren, huurders, omwonenden, politie
Indirect
OA, VAD, ROA, wijkplatform
Intern
College, Raadscommissie

Middelen
Naast de bestaande interne en externe communicatiemiddelen zal gezien de grootte van het
project een extra middel ontwikkeld moeten worden. Met bijvoorbeeld een emailnieuwsbrief
kunnen de betrokken huurders en eigenaren snel op de hoogte worden gebracht van de
laatste stand van zaken. Naast deze schriftelijke communicatie is het ook belangrijk om deze
betrokkenen met enige regelmaat te spreken. Zo blijft de betrokkenheid groot. Dit kan door
bijeenkomsten (bv workshops) te organiseren, maar bijvoorbeeld ook nog door een keer een
schouw te houden of een excursie te organiseren naar een gelijksoortig bedrijventerrein.

1
Mee-weten: De gemeente bepaalt het beleid. Burgers worden zo goed mogelijk over de achtergronden van en motieven van
keuzes geïnformeerd
Mee-denken: De gemeente bepaalt zelf grotendeels de inhoud van concept-plannen, waarna deze breed worden getoetst en
bediscussieerd. Bewoners en omwonenden kunnen commentaar geven. Op basis daarvan kunnen de plannen worden
aangepast.
Mee-doen: De gemeente kan, binnen zeer ruime kaders, deelnemers via een open vraagstelling uitnodigen om een probleem
gezamenlijk aan te pakken. De gemeente probeert daarbij zo veel mogelijk ideeën en eventuele oplossingen los te krijgen.
Omwonenden en belanghebbenden kunnen vanaf het begin meedoen in het proces. Uitgangspunt is wel dat de gemeente zich
zoveel mogelijk verbindt aan de resultaten van de participatie.
Mee-beslissen: Een beleidsprobleem wordt met belangstellenden en betrokkenen samen uitgewerkt. Deze samenwerking kan
op verschillende manieren worden vormgegeven. Het kan bijvoorbeeld goed dat de probleemanalyse gezamenlijk of door
burgers zelf wordt gedaan. De samenwerking gebeurt soms op basis van gelijkwaardigheid en soms krijgen deelnemers binnen
vooraf gestelde kaders zelfs beslissingsbevoegdheid. Het uiteindelijke beleid(sresultaat) is in dit geval een gezamenlijke
productie.

8
concept d.d. 31-03-2005

Aanpak van de communicatie


Om de betrokkenheid van de eigenaren en huurders groot te houden, is het belangrijk met een
zekere regelmaat te communiceren. De schriftelijke en digitale communicatie moet
ondersteund worden door mondelinge communicatie. Naast bijeenkomsten, zal er ook 1 op 1
met bedrijven gesproken moeten worden. Daarnaast is het belangrijk om het go/no go moment
goed te communiceren. Dit kan met een startbijeenkomst waarbij alle betrokkenen worden
uitgenodigd. Het is ook goed om de successen, de mijlpalen binnen het project, goed te
communiceren.
In de planning is de communicatiestrategie separaat opgenomen.

10. Hoofdstuktitels

In de bijgevoegde startnotitie is een meer inhoudelijke inventarisatie van de knelpunten opge-


nomen. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen.

9.1: Inleiding en probleemstelling


In dit hoofdstuk wordt afgekaderd waar de visie op de revitalisering zich op gaat richten. Dit is
reeds summier omschreven in het hoofdstuk 2 van dit plan van aanpak.
9.2: Veiligheid
In dit hoofdstuk zal nader worden ingegaan op de veiligheidssituatie van Kronenburg en de
wijze waarop deze verbeterd kan worden. Centraal staan de uitkomsten van de uit te voeren
veiligheidsrisicoanalyse.
9.3: Openbare ruimte
“Openbare ruimte” is een breed begrip en omvat onder meer groen, wegen en water. In dit
hoofdstuk wordt aan al deze aspecten aandacht besteed. Het betreft dan onder meer de
huidige onderhoudstoestand en de wijze waarop deze toestand (verder) verbeterd kan worden.
Om inzicht te krijgen in de huidige onderhoudstoestand, wordt er een schouw ge-houden.
9.4: Bereikbaarheid en parkeren
Dit hoofdstuk zal een analyse en inventarisatie bevatten van de knelpunten in de bereikbaar-
heid van Kronenburg en het parkeren op dit terrein. Daarbij zullen de uitkomsten van een
onderzoek naar het woon-werkverkeer worden betrokken. Verder dienen onder dit hoofdstuk
de resultaten van het pilot-project van het ROA te worden verwoord.
9.5: Kantoorpanden
In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de leegstand van kantoorpanden. Voeren van
gezamenlijke marketing- of acquisitiestrategie.
9.6: Overige onderwerpen
Overige onderwerpen, die mogelijk aan de orde kunnen komen, zijn duurzaamheid, beweg-
wijzering en centrale voorzieningen (kinderopvang e.d.).
9.7: Uitgangspunten, maatregelen en acties
Op basis van de inventarisaties en analyse in de voorgaande hoofdstukken zullen in dit
hoofdstuk uitgangspunten voor de visie op Kronenburg worden geformuleerd. Deze uitgangs-
punten zullen vervolgens worden vertaald in concrete maatregelen en acties. Over deze maat-
regelen en acties zullen gemeente en bedrijfsleven afspraken maken en vastleggen in een in-
tentieverklaring c.q. convenant.

11. Risico´s

Voor het welslagen van het project “revitalisering Kronenburg” is het bepalend of en zo, ja in
hoeverre er een samenwerking tussen de gemeente en het bedrijfsleven tot stand kan komen.
Deze samenwerking gaat verder dan het uitwisselen van informatie. Uiteindelijk moeten de ge-
meente en het bedrijfsleven het eens worden over een afsprakenkader voor de revitalisering
van Kronenburg. Als het merendeel van de gevestigde ondernemingen (eigenaren en ge-
bruikers) een dergelijk kader niet wenst (mee) te ondertekenen, zal de gemeente zich als
initiatiefnemer uit het verdere proces terugtrekken. Deze opstelling vereist intensief overleg en
afstemming met het bedrijfsleven tot het moment waarop de visie op de revitalisering (NvU) en
het daarbij behorende afsprakenkader gereed is. Communicatie is dus essentieel.

+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+

9
concept d.d. 31-03-2005

PLANNING

Veiligheid
December 2004 Start veiligheidsrisicoanalyse Gemeente
door DSP
Februari 2005 Resultaten analyse bekend, Gemeente/
organiseren van workshop bedrijfsleven
Maart 2005 Resultaten analyse en workshop
vertalen in concrete maatregelen Gemeente/
en voorzieningen (inclusief kosten) bedrijfsleven/
politie
- uitgangspunten meenemen in NvU
- bespreken met Stichting Kwaliteitsverbetering Bedrijventerreinen Noord-Holland-Zuid

Openbare ruimte
November 2004 Schouw Kronenburg Gemeente/
Bedrijfsleven/
wijkplatform
Januari 2005 Schouwrapport gereed+ Gemeente
Bespreken binnen de gemeente/
Toesturen aan bedrijven, website
ste
1 kwartaal 2005 In beeld hebben wat korte en lange- Gemeente
termijn acties zijn. Korte termijn-
acties uitvoeren
Kosten+budgetten lange termijnacties
In beeld hebben
April/mei 2005 Resultaten schouw communiceren met Gemeente/OA
bedrijven (in relatie tot veiligheid)

- lange termijn acties meenemen in NvU

Bereikbaarheid, verkeer en vervoer


Mei/juni 2005 voorbereiding modal-split onderzoek Gemeente/OA
onderzoeksopzet bespreken met bedrijven
bedrijven Kronenburg verkeeradvies
September 2005 uitzetten onderzoek bij bedrijven/werk-
nemers verkeeradvies
Gemeente
November 2005 resultaten bekend, bespreken verkeeradvies
met bedrijven Gemeente OA
Bedrijven
December 2005 resultaten/aanbevelingen verwerken gemeente
in nvu, pilot ROA!

Samenwerking bedrijven
April 2005 bedrijven op de hoogte brengen van
plan van aanpak/besluitvorming e.d.
duidelijk maken dat samenwerking
o.m. door oprichten bedrijfsvereniging o.i.d.
voorwaarde is voor uitvoering maatregelen
eerste resultaten schouw+veiligheid melden
Juni/juli 2005 communicatie m.b.t. modal-split/opzet
onderzoek e.d.
December 2005 gereed komen NvU+communicatie over deze
nota/ go-no go moment

10
concept d.d. 31-03-2005

Planning Communicatie
Tijdpad Activiteit Communicatie Doel Actie
8 maart Resultaten risico- Persbericht Informeren Susan
analyse
April PvA in college Persgesprek en Informeren publiek en Susan
persbericht pers
April Na goedkeuring Emailnieuwsbrief Informeren, Harry
college, start met betrokkenheid creëren
emailbrief aan
betrokkenen.
Juni Stand van zaken, Informatiebijeenkomst/ Informeren, Harry
betrokkenheid bij workshop betrokkenheid creëren
project
Oktober Stand van zaken, Informatiebijeenkomst Informeren, Harry
betrokkenheid bij betrokkenheid creëren
project
December Go/No go moment Persgesprek/Officieel Betrokkenheid Susan/Harry
startmoment deelnemers/Publiciteit

11

Anda mungkin juga menyukai