Anda di halaman 1dari 4

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder


Student(e)
Elise Vogels
Klas
P14EHV1C
Stageschool Sint Bernardus
Plaats
Best
Vak- vormingsgebied: Natuur
Speelwerkthema / onderwerp: Plantjes planten

Mentor
Datum
Groep
Aantal lln

Ine van der Burgh


24-3-2015
1/2A
26

Persoonlijk leerdoel: Het zicht kunnen krijgen op de manier van leren van kleuters. Het kunnen benaderen van ze en het les kunnen geven.
(competentie 3, vakinhoudelijk en didactisch competent)
Lesdoel(en): Aan het einde van de les hebben de kinderen een beeld van
wat ze kunnen verwachten van de plantje, ook kunnen de oudste kleuters
aan het einde van de les benoemen hoe groei van de plant zal verlopen.

Evaluatie van lesdoelen:


Ik evalueer het lesdoel door bij de kinderen te gaan luisteren binnen de tweetallen, wat
hebben de kinderen te vertellen en wat daarvan zou kunnen kloppen met de werkelijkheid

Kerndoel 40
mensen, dieren en planten moeten worden verzorgd

Het lesdoel is behaald, toen ik bij de groepen kwam luisteren was er nog een elkeling die
een roze plant verwachtte. Verder zijn de mindmaps erg goed gelukt. De kinderen weten
al veel over de planten nu.

Beginsituatie:
Groep 0
De kinderen weten wat plantjes zijn en zullen vast wel een keer een plantje hebben geplukt of zien groeien. Het benoemen van de groei van de plant kunnen de
kinderen nog niet.
Groep 1
De kinderen weten wat plantjes zijn en zullen vast wel een keer een plantje hebben geplukt of zien groeien. Ze kunnen vertellen dat de plantjes uit zaadjes komen en
zo verder gaan groeien. Hoe dit precies gaat zullen nog niet alle kinderen kunnen vertellen.
Groep 2
De kinderen kennen een stuk van de groei van een plant. De kinderen kunnen benoemen wat er nodig is voor de groei van een plant. Doordat de kinderen ook wat
taliger zijn kunnen de kinderen dit ook beter.
Ik kies ervoor om de groepen zo te maken dat de kinderen die minder talig zijn bij de taal sterkere kinderen komen te zitten. Zo kunnen de kinderen elkaar stimuleren
om te luisteren en om juist te vertellen.
De kinderen kennen het begrip Knietjes tegen elkaar voor het coopertatief werken. zo weten de kinderen dus wat er van ze verwacht wordt als ze dit moeten doen.
Lesverloop

Tijd
0-10 min

10 -20 min

Leerinhoud Didactische handelingen


Leraar
Begin
Voordat de les begint, vul ik steeds 6 bekertjes
kern
met water, les ik 6 bakjes voor de plantjes en de
zaadjes klaar. Zo kunnen we meteen beginnen
met de activiteit.
Ik vertel de kinderen dat we plantjes gaan
planten. Ik vraag de kinderen of ze dit thuis ook
al hebben gedaan. Ik heb van tevoren al
bekertjes en de bakjes voor de plantjes klaar
gezet. Ik zorg dat ieder kind een bakje voor zich
krijgt. Als ik het water in de bekertjes heb
gedaan les ik uit wat we gaan doen. Het maken
van de mest.

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
De kinderen maken de mest voor de plantjes en gaan de
zaadjes in de bakjes doen.

evalueren

De kinderen gaan twee aan twee praten wat er met de


Een wit vel papier
plantjes gaat gebeuren en wat ze nodig hebben (dit zal beter pen
gaan met groep twee dan met groep nul) Als de kinderen
tegen elkaar hebben gezegd en samen tot een antwoord zijn
gekomen gaan we een mindmap maken voor de plantjes.

Ik ga deze activiteit in groepjes uitvoeren. Deze


groepjes laat ik iedere keer eerst even in
tweetallen bedenken wat er met de plantjes
gaat gebeuren. Dit doen de kinderen door met
de knietjes tegen elkaar te gaan. Zo zitten de
kinderen tegenover elkaar en kunnen ze elkaar
goed aankijken. Als de kinderen het samen
besproken hebben gaan we het opschrijven. Ik
vraag aan de kinderen:
-wat hebben we nodig?
-wat gaat er gebeuren met het plantje?
Ik geef de tweetallen om de beurt de beurt om
iets te vertellen. Hierdoor komen ook de volgers
in de klas aan het woord.
Deze activiteit herhaal ik 3x met steeds 6
kinderen binnen een groepje. De mindmaps
bewaar ik en laat ik aan het einde van de les
nog een keer zien. Zo kunnen de kinderen de
verschillende dingen die eruit zijn gekomen ook
zelf zien.

Materialen / Organisatie
Bekertjes voor water
De bakjes met zaadjes

Verantwoording
Tijdens de lessen van natuur onderwijs op de pabo, is ons verteld dat we het ontdekkend leren moesten stimuleren. Bij de kleuters zijn
de kinderen continu bezig met het ontdekkend leren. Het begrip ontdekken leren houd in: Onderzoeken leren en beleven, ontdekken
leren komt voort uit nieuwsgierigheid en verwondering (Praktische didactiek voor natuuronderwijs) Voor de kleuters gaat het vooral om
het spontaan ontdekken leren, dit houd in dat de kinderen zelf het initiatief nemen. De kinderen bepalen wat ze willen weten en hoe ze
het gaan aanpakken. Dit kun je goed zien als de kinderen aan het buitenspelen zijn en ze zien een torretje op de grond. Niemand heeft
tegen het kind gezegd om het torretje te observeren of op te pakken. De kinderen doen het om te weten te komen wat ze zich afvragen
over het voorwerp. Op deze namier leren de kinderen ook het meest. Dit heb ik ook toegepast in mijn les. Ik heb de kinderen wel
gestuurd in het planten van de plantjes, maar verder heb ik niets gestuurd binnen de les. De kinderen mochten vertellen wat ze dachten
dat het werd en wat de plant nodig had. Zo komen er steeds andere antwoorden per groep en kind.
Voor het benaderen van de kleuters en het krijgen van een duidelijk antwoord heb ik het boek Kiezen voor het jonge kind gebruikt. Hier
staan hoofdstukken in over de balans tussen de behoeften van het kind en die van de leerkracht. Ik heb dit hoofdstuk verwerkt in mijn
lesontwerp door een passend onderwerp te vinden voor de kinderen. Voor deze les moet je wel een onderwerp hebben wat de
kinderen trekt en wat in hun leef en belevingswereld past. Ik heb gekozen voor het onderwerp lente, hier zijn de kinderen dagelijks mee
bezig en ze merken er ook dingen van, zoals het hoger worden van de temperatuur en de verandering van de planten. Zo kun je de
kinderen betrekken bij je les.
Verder heb ik het hoofdstuk 9.1.2. uit hetzelfde boek goed kunnen verwerken. Dit hoofdstuk gat over de benadering van de kinderen.
Hoe stel je een goede vraag aan de kinderen en hoe vraag je door. Of hoe ga ik goed in op wat een kind tegen mij zegt. Dit heb ik
kunnen verwerken in mijn coperatieve deel van de les, ik loop langs de groepjes en hoor dus wat de kinderen zeggen. Mocht de les
vastlopen, dan kan ik met de gelezen informatie de kinderen weer op weg helpen zonder iets voor te zeggen. Wat verder in het
hoofdstuk staat beschreven dat je het beste alle antwoorden uit de kinderen kan laten komen. Hierdoor gaan de kinderen meer
nadenken en meer vertellen over de onderwerpen. Als er een verkeerd antwoord tussen kun je de kinderen op een positieve manier
duidelijk maken dat het nog net niet goed is. Zo blijven de kinderen gestimuleerd om iets te zeggen binnen de kringen.
Bronnen:
Brouwers, H. (2010). Kiezen voor het jonge kind. Bussum: Coutinho.
4.1.2. Bedoelingen van leerkracht en kinderen in ballans
9.1.2. Kringactiviteiten
Vaal, de E. en Marell, J. (2012) Praktische didactiek voor natuuronderwijs. Bussum: Coutinho.
2.6 didactiek van natuur en techniek
5.3 drie stijlen van natuurwetenschap
6 onderzoekend en ontdekkend leren

Persoonlijke reflectie
Wat wilde ik?
Ik wilde dat de kinderen aan het einde van de les een duidelijk beeld zouden hebben over hoe het plantjes groeien. Welke vorm krijgt het
en wat heeft het nodig?
Hoe ging dit?
Dit ging goed! We hebben per groepje een mindmap gemaakt, hier zaten veel verschillen in per groepje. De kinderen vertelde ook veel
tegen elkaar, dus het coperatieve deel van de les is heel erg goed gelukt. De kinderen gingen echt met elkaar in gesprek over de plantjes.
Ik stelde aan de kinderen ook vragen binnen het tweetal. Zo kon ik controleren of ze ook echt iets tegen elkaar hadden vertel en of ze naar
elkaar luisterde.
Hoe kwam dit?
Het onderwerp had er veel interesse bij de kinderen, hierdoor wilde ze er ook veel over vertellen. Doordat dit was verliep de activiteit fijn en
goed. Ik had er een erg fijn gevoel bij.
Hoe nu verder?
Bij de volgende les, wil ik de kinderen het ook nog laten tekenen. Hoe de groei verloopt binnen een bepaalde periode. Zo zijn ze nog meer
bezig met de ontwikkeling van de plantjes
Feedback mentor
Datum:
Zie feedback formulier

Anda mungkin juga menyukai