OGP3

Format voor sterkte-zwakte-analyse bij lesontwerp

Domein: Taal Rekenen/ wiskunde OJW BVO Muziek *
*omcirkel wat van toepassing is

Voor een meer uitgebreide beschrijving van de standaarden en criteria, zie

bladzijde 2 van de OGP3-opdracht. Of via
https://www.fontys.nl/pabo/denbosch/competentieprofiel/Propedeusefase/index.html

Sta bewust stil bij jouw doelen voor de groep, zoals geformuleerd in de
overdenking van de groep

Denk in je antwoorden aan de terugkoppeling naar zowel (vakspecifieke)

theorie als praktijk

B1. Leerdoelen stellen

De student kiest in zijn lesontwerp
voor passende leerdoelen (proces- en
product) die aansluiten bij leerlijnen en
het bestaande onderwijsprogramma
van de stagegroep.

B3. Leeractiviteiten begeleiden

De student toont aan dat hij in staat is
om in de lesuitvoering coperatieve
werkvormen te hanteren. De student
toont aan dat hij leerlingen hulp biedt
bij het leerproces, rekening houdend
met de kenmerken van de groep. Hij
bevordert de samenwerking tussen
leerlingen en de redzaamheid van
individuele leerlingen.

A3. Leiding geven aan het

groepsproces

Wat ging goed?

Wat mag beter?

Ik heb in mijn lesvoorbereiding

zowel productdoelen als
procesdoelen beschreven en
deze vooraf samen met mijn
mentor besproken. De
leerdoelen heb ik afgestemd op
de beginsituatie van de
leerlingen. Ik heb mijn
lesontwerp met mijn mentor
besproken en we hebben
samen gekeken naar wat ik kon
verbeteren of waar ik op moest
letten. De school hanteert geen
methode voor de muzieklessen.
Deze worden bij de kleuters in
een vrije rol door de leerkracht
gegeven.

Ik zou de volgende keer

wat meer aandacht
besteden aan mijn
persoonlijk leerdoel wat
betreft de tijdsplanning.
Dit is vooral belangrijk
bij het draaien van
dagdelen zodat je
uiteindelijk niet in
tijdnood komt voor het
verdere lesprogramma.

Ik heb de kinderen geholpen bij

het leerproces door op
verschillende wijzen het lied aan
te leren: voor te zingen, vragen
stellen, bewegingen bij de tekst,
kinderen zelf zingen etc.
Ik heb rekening gehouden met
de kenmerken van de groep
door vooraf met mijn mentor een
aantal belangrijke zaken te
bespreken zoals de houding van
sommige leerlingen tijdens het
zingen van liedjes en door een
inleiding te bedenken waarmee
ik de kinderen rustig naar het
lied toe breng.
Ik heb tijdens mijn les gebruik
gemaakt van straffen en

De volgende les kan ik

de kinderen een lied
aanleren doormiddel
van een andere
werkvorm in te zetten.
Dit kan aan de hand van
een coperatieve
werkvorm waarbij ik wat
meer variatie laat zien
tijdens de verschillende
lesfases.

Af en toe probeer ik
ongewenst gedrag te

De student toont dat hij samenwerking

leren tijdens de onderwijsactiviteiten
bevordert en laat expliciet zien dat hij
kinderen aanspreekt op gedrag, hen
positief stimuleert en zicht houdt op
alle groepjesleerlingen.

belonen. Het belonen ging

doormiddel van hardop
complimenten uit te delen, de
ene keer aan het individu en de
andere keer klassikaal. Ook heb
ik de kinderen laten
applaudisseren aan het einde
van de les wat voor een
positieve sfeer zorgde. Het
straffen ging doormiddel van
ongewenst gedrag te benoemen
en door kinderen ergens op te
wijzen door mimiek in te zetten.

negeren met de
verwachting dat het
automatisch omslaat
naar gewenst gedrag
omdat ik niet te vaak in
korte tijd negatief wil
overkomen en moet
ingrijpen. Dit kan ik de
volgende keer
misschien anders doen
waardoor het orde
houden iets vlotter
verloopt op de
momenten dat het
belangrijk is.

A4. Interactie aangaan met de groep

De student toont aan dat hij vanuit een
onderzoekende houding gesprekken
voert met de leerlingen door actief te
luisteren. De student evalueert de
onderwijsactiviteiten met kinderen en
hij geeft feedback aan leerlingen op
het samenwerkingsproces en/of op de
gestelde doelen.

Ik heb gerichte vragen gesteld

over de tekst van het lied.
Hierdoor verliep het aanleren
van het lied gemakkelijker. Door
de kinderen achteraf te vertellen
dat zij goed hebben meegedaan
en te laten applaudisseren heb
ik de onderwijsactiviteiten
gevalueerd. Deze vorm van
interactie stimuleert ook de
competentie, relatie en
autonomie van de kinderen
doordat zij een (trots) gevoel
krijgen dat zij iets (zelf) kunnen
en voelen zich wellicht
gewaardeerd door de andere
kinderen en de leerkracht.

De volgende keer kan ik

de interactie verbeteren
door de kinderen meer
aan het woord te laten
over het onderwerp van
het lied, wat mogelijk
voor een nog hogere
betrokkenheid zal
zorgen.

van Eijkeren, M. ,(2013). Pedagogisch

didactisch begeleiden.

B2 Leeractiviteiten ontwerpen
De student toont in het ontwerp aan
dat hij coperatieve werkvormen
hanteert.
De student maakt zichtbaar dat hij
voor aanvang van de lesactiviteiten
benodigde materialen en leermiddelen
klaar zet.

In mijn les heb ik de kinderen

naast het zingen actief
gestimuleerd door bewegingen
te laten maken tijdens het
zingen van het lied. Ook heb ik
gebruik gemaakt van een
prentenboek dat aansluit op het
lied en heb ik tijdens mijn les
een karaoke versie gebruikt die
ik samen met mijn mentor
digitaal wist te vinden.

Ik zou de volgende keer

de kinderen zelf
bewegingen kunnen
laten verzinnen om zo
hun creativiteit te
stimuleren en het lied
meer eigen te maken.