Bijlage A Format Reflectie

Naam en klas Naam SLB: Naam

student: Ronald de Bakker werkplekbegeleider:
Stef Hurkmans Linda Janssen
PEH16VC
Stagegroep: Datum: Werkplek (naam
3 11-04-2017 school):
De Klimop
(Nederweert)

Wat wilde ik leren?

Bij deze OGP had je een aantal kritische handelingen/standaarden deze ga
ik allemaal kort doornemen wat ik bij elk punt wilde leren.

A.1 Bespreken van en omgaan met regels:

Bij dit punt wilde ik leren hoe ik een veilige fysieke en sociaal emotionele
omgeving kon creren voor de kinderen. Dus ik wilde leren hoe ik een
goed pedagogisch klimaat kon creren. Ik wilde leren hoe ik een goede,
veilige en gezonde omgang kan hebben met kinderen en hoe deze
omgang moet gaan tussen de kinderen.

A.3 Leiding geven aan het groepsproces

Voor dit punt wilde ik leren hoe ik het beste kan omgaan met onverwachte
situaties. Ik heb al een aantal onverwachte situaties
meegemaakt en ben hier voor mijn gevoel goed mee omgegaan. Nu wil ik
nog weten op welke verschillende manieren ik kan handelen in zo een
onverwachte situatie.

A.4 Interactie aangaan met de groep

Voor dit punt wilde ik leren hoe ik het beste procesdoelen en
productdoelen kan evalueren.
Daarnaast wilde ik leren hoe ik het beste mijn feedback kan verwoorden
naar het niveau van de kinderen.

B1. Leerdoelen stellen

Hierbij wilde ik leren hoe ik het beste feedback van anderen in mijn
volgende lessen kan toepassen. Daarnaast wilde ik meer leren over
verschillende onderzoeksinstrumenten om mijn eigen handelen beter
systematisch te onderzoeken en hierop te reflecteren.

B.2 Leeractiviteiten ontwerpen

Voor het ontwerpen van leeractiviteiten wilde ik leren welke werk- en
groeperingsvormen ik het beste kan toepassen bij de verschillende lessen.
Daarnaast wilde ik leren hoe ik het beste mijn tijd kan bewaken tijdens de
lessen. Tot slot wilde ik leren hoe ik mijn leeromgeving het beste kan
inrichten, zodat ik zowel met kleine als met grote groepen kan werken.

B.3 Leeractiviteiten begeleiden

Ik wilde leren hoe ik het beste zicht kan houden op de groep.
Bijlage A Format Reflectie
Nadat ik zicht heb op deze groep wil ik leren hoe ik de kinderen het beste
kan begeleiden.
Tot slot wilde ik leren op welke manieren je de kinderen allemaal kan
stimuleren op het gebied van samenwerking, zelfredzaamheid en
assertiviteit.

E.2 Bespreken van opbrengsten en kwaliteit van leeractiviteiten

met collegas
Tot slot wilde ik leren hoe ik het beste mijn mening over het onderwijs kan
verwoorden en daarna kan voorleggen aan mijn collegas.
Wat deed ik?
A.1 Bespreken van en omgaan met regels
Door een sociogram en klimaatschaal in de klas af te nemen, kreeg ik een
beter inzicht van het pedagogisch klimaat in de klas. Door het sociogram
kreeg ik inzicht over welke kinderen graag samen werken en spelen en
welke juist weer niet graag samen werken en spelen. De
klimaatschaal heeft ervoor gezorgd dat ik inzicht kreeg over de onderlinge
relaties tussen de kinderen en de sfeer in de klas. Ik heb aan verschillende
collegas gevraagd hoe hun een goed pedagogisch klimaat creren in de
klas. Daarnaast heb ik nog verschillende bronnen met nuttige theorie
gebruikt. Ik heb gelezen hoe je de groep pedagogisch en didactisch moet
begeleiden (Eijkeren, 2007). Tot slot heb ik gelezen hoe de groep zich
ontwikkeld
(Zeeuw-Jans, 2015).

A.3 Leiding geven aan het groepsproces

Om te leren hoe ik beter kan omgaan met onverwachte situaties heb ik
verschillende collegas gevraagd hoe zij in zulke situaties handelen. Deze
heb ik ingedeeld, zodat ik een overzicht heb over de verschillende
manieren van handelen bij onverwachte situaties.

A.4 Interactie aangaan met de groep

Om te leren hoe ik mijn doelen van mijn les(product en proces) beter kan
evalueren heb ik weer verschillende collegas ondervraagd. Deze
verschillende manieren van evalueren heb ik op een rijtje gezet voor
mezelf. Daarnaast ben ik nog in de theorie gedoken om te kijken hoe ik de
feedback het beste kan verwoorden naar de kinderen toe (Brouwers,
2015).

B1. Leerdoelen stellen

Om te kijken hoe ik het beste mijn feedback kan toepassen in de volgende
lessen heb ik aan de feedbackgever gevraagd wat hij/zij van mij verwacht
te doen met de gegeven feedback in de volgende les. Tot slot heb ik
rondgevraagd aan mijn collegas welke onderzoeksinstrumenten zij
gebruiken om de groep of zichzelf in beeld te krijgen.

B.2 Leeractiviteiten ontwerpen

Voor de tijdsbewaking en het inrichten van de leeromgeving tijdens mijn
lessen heb ik hulp gevraagd aan mijn collegas. Hun gaven verschillende
Bijlage A Format Reflectie
tips en deze heb ik weer gefilterd en verwerkt in een overzicht. Om te
leren welke werk- en groeperingsvormen ik moet gebruiken tijdens mijn
lessen, heb ik ervoor gekozen om gewoon verschillende werk- en
groeperingsvormen die mij aanspraken uit te testen in mijn lessen. Hierbij
heb ik de plus- en minkanten opgeschreven. De werk- en
groeperingsvormen met bijbehorende theorie van coperatief leren heb ik
gekregen van mijn PPO docent (Choinowski, 2001). Tot slot heb ik nog een
aantal spelvormen gebruikt voor mijn lessen (Zeeuw-Jans M. L., 2011).

B.3 Leeractiviteiten begeleiden

Om te leren hoe ik de groep het beste kan begeleiden heb ik vooral
geobserveerd.
Daarnaast heb ik een boek gebruikt over pedagogisch-didactisch
begeleiden (Eijkeren, 2007).

E.2 Bespreken van opbrengsten en kwaliteit van leeractiviteiten

met collegas
Om mijn mening beter leren te verwoorden heb ik op internet naar
verschillende meningen gekeken van verschillende docenten over het
onderwijs.
Welke betekenis heeft het voorgaande voor mij?
Doordat ik meer aandacht heb besteed aan deze kritische handelingen
groei ik steeds meer uit tot een goeie leerkracht.

Bij het omgaan en bespreken van regels heb ik geleerd hoe belangrijk het
is om de groep goed in beeld te hebben, wil je een veilige fysieke en
sociaal emotionele omgeving creren voor de kinderen. Nu weet ik dat je
op verschillende manieren de groep in beeld kan brengen.

Dankzij veel onderzoek weet ik nu hoe ik op verschillende manieren

tijdens onverwachte situaties kan handelen. Daarnaast weet ik nu meer
over de belevingswereld van de kinderen.
Tot slot kan ik dankzij deze theorie een groep beter pedagogisch-
didactisch begeleiden en de ontwikkeling ondertussen in beeld brengen en
hiervoor verschillende onderzoeksinstrumenten gebruiken.

Door te kijken naar verschillende werk- en groeperingsvormen kan ik mijn

groep nu beter stimuleren in verschillende vlakken en op verschillende
manieren.

Tot slot kan ik mijn mening nu beter verwoorden voor collegas en voor de
kinderen.

Waar sta ik nu met betrekking tot:

A.1 Bespreken van en omgaan met regels:
Ik heb meer kennis en meer ervaring over hoe ik een veilig pedagogisch
klimaat in een groep moet creren.

A.3 Leiding geven aan het groepsproces

Bijlage A Format Reflectie
Ik kan al zeer goed met onverwachte situaties omgaan.
Dit komt vooral doordat ik snel in de gaten heb wanneer een onverwachte
situatie plaatsvind.

A.4 Interactie aangaan met de groep

Ik kan mijn doelen al beter evalueren met de kinderen en de feedback aan
het einde verwoorden naar het niveau van de kinderen.

B1. Leerdoelen stellen

Ik kan verschillende onderzoeksinstrumenten hanteren om mijn eigen
handelen beter systematisch te onderzoeken en hierop te reflecteren.

B.2 Leeractiviteiten ontwerpen

Ik ken verschillen werk- , groeperings- en spelvormen, maar moet ze nog
vaker uittesten om te kijken welke ik het beste wanneer kan gebruiken en
waarvoor precies.

B.3 Leeractiviteiten begeleiden

Ik kan nu kinderen veel beter pedagogisch-didactisch begeleiden.

E.2 Bespreken van opbrengsten en kwaliteit van leeractiviteiten

met collegas
Ik kan nu mijn eigen mening over het onderwijs beter verwoorden, maar er
komen altijd wel aanvullingen bij.
Hoe nu verder?
Ik wil proberen om mij meer te gaan verdiepen in het jonge kind.
Dit wil ik doen, omdat ik hier nog het minste verstand van heb en ik nu in
groep 3 lesgeef.
Ik wil vooral op de emotionaliteit ingaan. Dus hoe kinderen bij een jonge
leeftijd zich sociaal-emotioneel ontwikkelen, met de nadruk op emotioneel.
Dit vind ik zeer interessant en belangrijk, zodat ik beter kan leren om
verschillende spel-, groepering- en werkvormen in te zetten om een sterke
emotionele band te scheppen met de klas.

Bronnenlijst
Brouwers, H. (2015). Kiezen voor het jonge kind. Bussum: Uitgeverij Coutinho.
Choinowski, N. (2001). Moduulboek Coperatief leren. Deventer: Dalton.
Opgehaald van Saxion: https://saxion.nl/wps/wcm/connect/5c9091f7-d3c2-
4c2e-b3f5-
c6217741321f/Samenwerken2_Werkvormen+cooperatief+leren.pdf?
MOD=AJPERES
Eijkeren, M. v. (2007). Pedagogisch- didactisch begeleiden.
Zeeuw-Jans, M. L. (2011). Groepsdynamica bij kinderen en jongeren. Opgehaald
van Ontwikkeling in de groep:
Bijlage A Format Reflectie
https://www.coutinho.nl/fileadmin/documenten/ontwikkelingindegroep/spel
_en_werkvormen.pdf
Zeeuw-Jans, M. L. (2015). Ontwikkeling in de groep. Bussum: Uitgeverij Coutinho.