FRYSK
NUVERAERDICH FOLK
BIJZONDERE LUI
De rabbelskte De kwebbelaarster, in ernstiger
vorm de kwaadspreekster.
NOCHT EN WILLE GENOEGEN De ld tsjoenster Een heksachtig type, met
EN PLEZIER helderziende gaven.
De krimmenearder Iemand die altijd klaagt en
meent slecht af te zijn.
Aeisykje Eierenzoeken. In Friesland een It weiten hintsje Een zwak, bleek persoontje.
wijdverbreide liefhebberij. Het gaat hoofdzakelijk
om kievitseieren waarvan tot voor kort het eerste
exemplaar volgens de traditie aan de Koningin
werd aangeboden.
Fierljeppe Polsstokverspringen. Wordt behalve
DER OP UT ER OPUIT
als hulpmiddel bij het eierenzoeken ook als aparte
sport beoefend. Alve stddetocht Elfstedentocht. De bekende
Keatse Kaatsen. Balsport, beoefend met teams schaatstocht langs de elf Friese steden.
van de drie spelers, met van ouds Franeker als het Nei de freedsmerk Naar de vrijdagsmarkt. De
belangrijkste kaatscentrum. Spelregels en veemarkt in Leeuwarden, hier nog op het oude
puntentelling zijn voor buitenstaanders tamelijk marktterrein.
ingewikkeld. In dei nei t Ameln Een dag naar Ameland. Elke
Hurdsile Wedstrijdzeilen. In het waterrijke Fries is ooit wel eens een dag naar dit prachtige eiland
Friesland de sport bij uitstek. Wijd en zijd bekend geweest of heeft er zijn vakantie doorgebracht.
is het sktsjesilen, het zeilen met de z.g. sktsjes, It skoalreiske nei t Wld Het schoolreisje naar
veelal in de beurtvaart gebruikte zeilschependie Oranjewoud. Op allerlei manieren werd dit doel van
eigendom zijn van gemeenten, instellingen en duizenden Friese schoolkinderen berekt: op de fiets,
particulieren. met paard en wagen of met de bus.
F.N. Heinsius (getypt, bron: Ald Frysk Kwartet, Bevink Edities Amsterdam)