Activiteitenvoorbereiding BAKO

Student(e): Arne Knockaert

Datum (data):8 mei 2017
Kleuterklas: stapklas (aantal kinderen: 6 )
Uur: van 9u30 tot 10u30u
Belangstellingscentrum: dieren

Activiteit: Wiskundige initiatie

Onderwerp: gazenbord.

Beginsituatie (algemeen):
De kleuters zijn vertrouwd met ik als leerkracht. Het BC is al ingeleid. De kleuters zijn het gewoon om gezelschapspelletjes te spelen. De kleuters
hebben al eens boomhaard alleen of met twee gespeeld. Dit maal is het de eerste keer dat ze in groep dit spel spelen. De kleuters kennen de regels en
afspraken wat ze mogen doen en wat niet .Voor kinderen met autisme heeft dit spel een duidelijk begin en een duidelijk einde. Het is een zeer simpel spel
met eenvoudige spelregels. Hoe groter de groep is om een spel te spelen, hoe moeilijker het wordt om samen te werken en hun beurt af te wachten. De
kleuters kunnen zeer moeilijk klassikale activiteiten doen. Zij hebben ook moeite met sociale omgang en daarom helpt een spel om hen sociale
gedragsregels te leren kennen. We hebben jongste en oudste kleuters waardoor we het spel op twee verschillende niveaus spelen. In de klas zitten
allemaal kinderen van het type 9 onderwijs ( autismespectrumstoornis met normale begaafdheid). Daarnaast is er een nieuwe werkvorm. Voor hun is dit
ideaal als dit aangebracht wordt in een spel die ze al kennen.

Ontwikkelingsdomein : denkontwikkeling en sociale ontwikkeling

Ontwikkelingsaspect ontwikkelingslijn Wat wil je met de kleuters bereiken? (Concretisering van de ontwikkelingslijn.)
OA 61 (DENO) kennis en ervaringen structureren De leerlingen wachten geduldig hun beurt af.
OL2: Met hulp voorwerpen sorteren op basis van n
opvallend kenmerk (bijvoorbeeld de kleur) of twee
De leerlingen lezen getallen in cijfers
eenvoudige kenmerken combineren (bijvoorbeeld kleur en
aantal tot drie) Differentiatie bij DA en MA.: lezen de getallen in getalbeelden
OA21 samenwerken
Langere tijd samen spelen samenwerken De leerlingen zetten zelfstandig het juiste aantal stappen tot 6.
Gezelschapspellen spelen: kennis maken met eenvoudige
spelregels( bv zijn beurt afwachten) zich onder toezicht aan

1/7
Activiteitenvoorbereiding BAKO
spelregels houden.
Controlevraag: Vind je deze concretisering duidelijk in je activiteitenvoorbereiding terug?

Leerplandoel(en): (leerplan noteren + doelen)( deze worden ontwikkelingsdoelen in buitengewoon onderwijs)

MUZO BE 13.1 kleuren onderscheiden en ordenen (classificeren en seriren)
WIS MR 5 Dingen sorteren op basis van een kwalitatieve vergelijking volgens n of twee gemeenschappelijke kenmerken.

Ervaringssituatie: ontwikkelingondersteunend leren

Beginsituatie van de individuele kleuter(s) Differentiatievorm Concrete differentiatie

T is een jongste kleuter met type 9. Hij
heeft nood aan structuur, duidelijkheid,
visualisatie. Hij kan moeilijk neerzitten en
om zijn beurt te wachten
- Kan tellen tot 20 in het Nederlands
en het Engels
- Hij is gefacineerd door alles die
wieltjes heeft
- Hij heeft al ganzenbord gespeeld.
0 materiaal - Hij kent het spel al, ik leg het spel snel
0 instructie uit en toon het visueel voor zodanig
0 begeleiding
0 moeilijkheidsgraad voor hem duidelijk is wat hij moet
0 groepsgrootte doen.
0 tempo - Ik kies voor T een kleine groep
0 interesse waardoor T minder lang moet wachten
0 doelen en het minder druk is in de groep. Zo
0
kan hij beter concentreren en kan hij
op zijn niveau verder spelen.
- Ik kies kleuters die goed doorspelen
zodanig T niet te lang moet wachten
waardoor hij het spel kan uitspelen
- Ik kies voor kleuters die de cijfers ook
kennen waardoor hij op niveau werkt.
- We bieden een stappenplan aan
zodanig hij visueel kan zien wat hij
moet doen op de beebot

2/7
Activiteitenvoorbereiding BAKO
Da is een oudste kleuter. Wiskundig is hij
niet sterk, heeft zijn tijd soms nodig. De
kleuren kent hij al goed. Daarnaast kan hij
moeilijk samenwerken met M.
Hij is geboeid door alles die rijdt
Hij kan tot 6 herkennen in getalbeelden
maar vanaf 5 is het moeilijk.
W is een kleuter die het spel vaak speelt.
Hij speelt het spel heel traag.
Hij kan tellen tot 20 en herkent ook de
getalbeelden
M is een jongste kleuter met type 9. Hij
heeft nood aan structuur, duidelijkheid,
visualisatie. Hij kan moeilijk neerzitten en
om zijn beurt te wachten
Hij speelt vaak vals in spelletjes
Hij kan de getalbeelden tot 6 herkennen
en herkent geen cijfers.
0 materiaal - Ik maak twee verschillende groepen
0 instructie zodanig hij niet aan M kan storen. Dat
0 begeleiding
0 moeilijkheidsgraad is en blijft een moeilijke relatie.
0 groepsgrootte - Ik leg het spel nogmaals kort uit en
0 tempo toon het voor zodanig hij goed weet
0 interesse welke regels er zijn.
0 doelen - Ik zet hem naast mij zodanig ik hem in
0
het oog kan houden en hij eventueel
mijn deel ook kan doen( zo wordt hij
extra gestimuleerd om deel te nemen)
0 materiaal - Ik maak de groep klein zodanig hij met
0 instructie andere kleuters kan spelen. Het is dan
0 begeleiding
0 moeilijkheidsgraad ook niet erg dat hij iets trager speelt.
0 groepsgrootte - Ik zet een wekker waardoor hij meer
0 tempo gestimuleerd is om sneller te werken.
0 interesse - Voor hem bied ik ook een dobbelsteen
0 doelen met cijfers op aan.
0
- Hij programmeert zelf de beebot
waardoor
0 materiaal - Hij kent het spel al, ik leg het spel snel
0 instructie uit en toon het visueel voor zodanig
0 begeleiding
0 moeilijkheidsgraad voor hem duidelijk is wat hij moet
0 groepsgrootte doen.
0 tempo - Ik kies voor M een kleine groep
0 interesse waardoor minder lang moet wachten
0 doelen en het minder druk is in de groep. Zo
0
kan hij beter concentreren en kan hij
op zijn niveau verder spelen.
- Ik kies kleuters die goed doorspelen
zodanig M niet te lang moet wachten
waardoor hij het spel kan uitspelen
- Ik kies voor een dobbelsteen met
ogen in plaats van cijfers.
- Ik laat hem plaats nemen naast mij
zodanig ik hem goed in het oog heb.

3/7
Activiteitenvoorbereiding BAKO
DE heeft moeite om samen te spelen met
BR. Hij heeft nood aan duidelijke regels
en afspraken. Hij mag niet naast BR zitten
om samen te spelen
- Hij kan cijfers herkennen en tellen
tot 10
- Hij heeft visuele ondersteuning
nodig wat hij moet doen.
- Hij heeft nood aan duidelijkheid wie
aan de beurt is
BR heeft moeite om samen te spelen met
DE. Hij heeft nood aan duidelijke regels en
afspraken. Hij mag niet naast DE zitten om
samen te spelen
- Hij kan cijfers herkennen en tellen
tot 10
- Hij heeft visuele ondersteuning
nodig wat hij moet doen.
- Hij heeft nood aan duidelijkheid wie
aan de beurt is
- Daarnaast is het belangrijk dat hij
de kinderen niet verbeterd
0 materiaal - Hij kent het spel al, ik leg het spel snel
0 instructie uit en toon het visueel voor zodanig
0 begeleiding
0 moeilijkheidsgraad voor hem duidelijk is wat hij moet
0 groepsgrootte doen.
0 tempo - Ik maak hem aan de hand van
0 interesse symbolen duidelijk wat de regels en
0 doelen afspraken zijn. Daarnaast heeft hij ook
0
een bord daar worden er bollen
gekleefd bij drie bollen gaat hij in de
time-out en moet hij dit opnieuw
proberen.
- Ik kies kleuters die goed doorspelen
zodanig M niet te lang moet wachten
waardoor hij het spel kan uitspelen
- Ik kies voor een dobbelsteen met
ogen in plaats van cijfers.
- Ik laat hem plaats nemen naast mij
zodanig ik hem goed in het oog heb
- Hij kent het spel al, ik leg het spel snel
uit en toon het visueel voor zodanig
voor hem duidelijk is wat hij moet
doen.
- Ik kies voor BR een kleine groep
waardoor minder kinderen kan sturen
en het minder druk is in de groep. Zo
kan hij beter concentreren op het spel
in plaats van de kinderen en kan hij op
zijn niveau verder spelen.
- Ik kies kleuters die goed doorspelen
zodanig niet te lang moet wachten
waardoor hij het spel kan uitspelen
- Ik kies voor een dobbelsteen met
ogen in plaats van cijfers.
- Ik laat hem plaats nemen naast mij
zodanig ik hem goed in het oog heb
4/7
Activiteitenvoorbereiding BAKO
en ik laat DE aan de andere kant
plaats nemen zodanig ze ver van
elkaar verwijderd zijn.
- Als laatste hangt zijn symbool met
paardenkleppen op voor hem zodanig
hij daar aan herinnert wordt.

Opbouw van de activiteit

Timing Fase/ Werkvorm en Inhoud Ruimtelijke organisatie
gradatie groeperingsvorm en speelleermiddelen
5 INLEIDING KLASSIKAAL/ Overgang van de vorige activiteit (speeltijd): Ruimtelijke organisatie:
RITUEEL
De leerlingen komen binnen in de klas, doen hun jas uit en wachten op de bank. Kring
Wanneer iedereen klaar is, gaan we aan de lange tafel zittenzitten. x

Inleiding: xxxxxx
10 INLEIDING KLASSIKAAL/
MEEDELEN Ik zeg: Kijk eens wat ik heb meegebracht! en toon ondertussen de beebot in mijn Speelleermiddelen
handen. Ik vertel hierbij het volgende: Vandaag gaan we met de beebot een leuk spel Beebot,
spelen samen met een gans. En ik heb nog iets meegebracht. Ik toon het spelbord en Pionnen met foto
ik laat ze benoemen wat ze zien. We bekijken de bollen (foto van ieder kind) en spelbord
benoemen deze. Op deze manier worden de bollen dan ook uitgedeeld. Ik open de
start de beebot en toon hoe het werkt Vervolgens vraag ik: Wat zouden we moeten
doen?. Ik laat de leerlingen aanbrengen dat we op de knopjes magen drukken. Ik
bevestig dit en geef klassikale instructies: Elk om de beurt mogen jullie met jullie met
de dobbersteen gooien en met de beebot vooruit (ik demonstreer dit ook). Daarna Ruimtelijke organisatie:
lezen we het cijfer waar de dobbelsteen stopte en we rijden het juiste aantal
stapjes.Goed? Ok! We gaan beginnen. Kring
x
5/7
Activiteitenvoorbereiding BAKO
x x
X
Midden:
MIDDEN KLASSIKAAL/ Ik kies leerlingen en de andere leerlingen gaan speeln Speelleermiddelen
20 MEEDELEN De leerling die naast mij zit, gooit eerst met de dobbelsteen. Ik leg de beebot steeds Beebot,
aan de kant en geef ik hem nadien terug aan de kleuters. (Op deze manier verhinder Pionnen met foto
ik dat de leerlingen eraan prutsen en dus afgeleid zijn. Voornamelijk DE. en MA. zijn spelbord
snel afgeleid.) stappenplan.

Ik laat de leerlingen het cijfer lezen Dit is voor alle kleuters zo.
WA, DE, BR mogen een dobbelsteen gebruiken waar ze de cijfers op zien.
MA,Da gebruiken een dobbelsteen met getal beelden

GROEP/ Nadien zetten de leerlingen het juiste aantal stappen vooruit:

SPELEN
Ze moeten begeleid worden bij de synchroniteit van het tellen. DE leerlingen zouden
valsspelen waardoor ze meer stappen zouden zetten. MA, THO en Da plaatsen
namelijk hun beebot vooruit en tellen ondertussen, maar soms komen beide
activiteiten niet overeen. Ik begeleid hen hierbij door de plaats van de pion SAMEN te
corrigeren. (Ik neem de beebot dus niet uit hun handen, maar begeleid het hand van Ruimtelijke organisatie:
de leerling naar het juiste vakje.) Bovendien zeg ik hierbij luidop het juiste cijfer. Ik
stuur de situatie met andere woorden bij en breng hen opnieuw naar een correcte Kring
positie van waaruit ze zelfstandig kunnen verder werken. Deze pion is de beebot. Ze x
maken ook gebruik van een stappenplan hoe ze die moeten gebruiken. Bij de jongste
stel ik hem al in omdat het te moeilijk is. Zij mogen telkens de knop induwen om xxxxxx
KLASSIKAAL/ vooruit te rijden.
VERTELLEN Speelleermiddelen

DA. heeft er nood aan dat de leerkracht luidop meetelt. Ik begin pas te tellen wanneer
SLOT ze haar pion naar de volgende ster heeft gebracht.
5
MA hou ik in het oog zodanig hij niet valsspeelt.
Slot
Vraag ik wie de winnaar is en spelen we het spel uit zodanig iedereen aan de finish
komt.

6/7
Activiteitenvoorbereiding BAKO
Evaluatie:

De kleuters waren enthousiast over het gebruik van de beebot. Deze speelse manier zorgt er mee voor dat de moeilijke leerstof niet
als te frustrerend wordt ervaren.

Persoonlijk heb ik de les als zeer positief ervaren. De lesdoelen die ik had vooropgesteld, kwamen uitgebreid aan bod en werden ook
effectief ingeoefend. Ik selecteerde met andere woorden de juiste doelstellingen. Het lukte daarentegen niet om de doelen volledig te
bereiken. Ik had dit echter wel verwacht, aangezien deze leerlingen nood hebben aan sterke herhaling en inoefening.

Ik vind ook van mezelf dat ik goed heb nagedacht over hoe ik zou kunnen inspelen op de verschillen tussen de leerlingen. Ik heb dit
echter slechts voor een deel tot uitvoering moeten brengen. Er zijn een aantal leerlingen tijdens het spel weggemoeten en daarom
konden ze het spel ook niet uitspelen.

Daarnaast was het voor de oudste kleuters een opfrissing voor wat de cijfers zijn en hebben ze opnieuw in groep gewerkt

In de beginsituatie schreef ik dat Ma had ik geschreven dat ik ging op letten dat hij niet zou valsspelen en dat deed hij wel. Ik heb hem
daar telkens op berispt en we werkten dat hij kwaad werd. Hij begon met het spel te gooien en heeft daarom het spel niet uitgespeeld.
Tho was afgeleid door de bij. Hij wou er steeds aan komen waardoor hij het tellen uit het oog verloor. Daardoor hebben we niet kunnen
nagaan of hij alle cijfers nog kan toepassen.

Motivatie
Ik heb gekozen voor deze multimedia omdat deze goed hanteerbaar was in een wiskundige les. Daarnaast is het een materiaal
dat de kleuters niet kennen. Dit zorgt voor hen een extra uitdaging want bij nieuw materiaal hoort ook nieuwe regels en
afspraken. Vervolgens is het ook belangrijk dat deze hier functioneel gebruikt wordt. Volgens mij is dat hier zo omdat het over
tellen en stappen zetten is. Daarnaast is het ook een tool die stevig en makkelijk te hanteren is.

7/7