Anda di halaman 1dari 6

NX 2008-1 vs2 (2-2) 04-02-2008 10:40 Pagina 15

Coachen
Mentoring en andere vormen van
peer coaching door leerlingen
KARIN VAESSEN

Leerlingen worden steeds vaker ingezet om medeleerlingen te begeleiden in en


rondom school. Ouderejaarsleerlingen ondersteunen bijvoorbeeld
brugklasleerlingen bij de overstap naar hun nieuwe school, bovenbouwleerlingen
helpen onderbouwleerlingen bij hun huiswerk, leerlingen bemiddelen bij ruzies
tussen leerlingen of leerlingen treden op als vertrouwensleerling bij vragen of
problemen. Overwegingen voor de inzet van medeleerlingen zijn dat leerlingen
dicht bij elkaars leefwereld staan (spreken elkaars taal), elkaar vaak in een
vroeg stadium om hulp vragen (laagdrempelig), dikwijls zelf niet lang geleden
hetzelfde meegemaakt hebben (ervaringsdeskundig) en daardoor snel iets van
elkaar aannemen (geloofwaardig). Ook is de ervaring dat het geven en krijgen
van meer verantwoordelijkheid kan leiden tot meer betrokkenheid van de
leerlingen bij de school.

Deze vormen van onderlinge ondersteuning tussen leerlingen worden vaak aan-
geduid als peer coaching of peer support. Peer verwijst dan naar medeleerlin-
gen als leeftijdgenoten en als referentiegroep. Coaching of support heeft betrek-
king op de ondersteuning en begeleiding tussen leerlingen onderling. Zonder uit-
puttend te zijn, ga ik in dit artikel in op de meest voorkomende vormen van peer
coaching (peer mentoring, peer mediation en peer counseling) en geef ik tot slot
enkele tips voor scholen die peer coaching willen inzetten.

Verklaringen voor de toenemende inzet van leerlingen


Door schaalvergroting in het onderwijs groeit de behoefte aan individuele aandacht
en begeleiding van leerlingen.
Scholen breiden hun leerlingzorgsysteem uit vanwege de toename van risicoleerlin-
gen, leerachterstanden en sociaal-emotionele problemen van leerlingen.
Scholen willen via actieve leerlingparticipatie de kracht en mogelijkheden van leerlin-
gen beter benutten.
Leerlingen worden in het studiehuis gestimuleerd om zelfstandig en samen te werken.
De samenleving en de arbeidsmarkt vragen om leerlingen met goede sociale competenties.
De verruwing van de samenleving, ook in de scholen, versterkt de behoefte aan vei-
ligheid en sociale cohesie.

februari 2008 NartheX 15


NX 2008-1 vs2 (2-2) 04-02-2008 10:40 Pagina 16

Rolmodel
Onder mentoring ver-
staan we een begelei-
dende activiteit, waar-
bij een meer ervaren
persoon (de mentor)
een minder ervaren
persoon (de mentee)
begeleidt door het uit-
wisselen van prakti-
sche ervaringen en het
FOTO: E. BRUNINGS
geven van regelmatige
feedback. Met andere Leerlingen Alfrink College, Zoetermeer.
woorden: mentoring is
een werkwijze waarbij een mentor een minder ervaren persoon coacht en onder-
steunt en een extra steuntje in de rug biedt. Het doel is het ondersteunen van de
groei en ontwikkeling van de mentee. Mentoring speelt zich vooral af op het ter-
rein van de persoonlijke en sociale ontwikkeling. Wanneer de begeleiding zich voor-
al richt op de cognitieve ontwikkeling, dan spreekt men meestal van tutoring en
ligt het accent meer op de (vak)inhoudelijke ondersteuning. De mentor fungeert
bij voorkeur in een n-op-n relatie als rolmodel en coach.
Kenmerkend voor mentoring is dat de mentor geen professionele hulpverlener of
begeleider is (mentoring is er voor de meer alledaagse vragen en problemen), dat
er sprake is van een begeleidingsrelatie op basis van vrijwilligheid (de leerlingen
moeten er zelf voor kiezen) en dat de begeleiding zich gedurende langere tijd
afspeelt (bijvoorbeeld zes maanden of langer, zodat er een stevige vertrouwens-
band opgebouwd kan worden).

De mentor kan zowel een medeleerling (leerlingmentoring), een student van een
hogere opleiding (studentmentoring) als een volwassen rolmodel zijn (klassieke
mentoring). De keuze voor een bepaalde soort mentor is afhankelijk van de doe-
len en de aard van de mentoringbegeleiding. Voor het maken van een keuze voor
een profiel kunnen bijvoorbeeld prima medeleerlingen (leerlingmentoren) ingezet
worden. Als het echter gaat om het bieden van een beroepsperspectief kunnen
beter volwassen mentoren worden ingezet.

Inlevingsvermogen
Steeds meer scholen zetten medeleerlingen als leerlingmentor in, maar mijn erva-
ring is dat scholen nog te vaak grijpen naar mentoren van buiten de school. De
voordelen van leerlingmentoring zijn echter legio. Deze liggen op het vlak van de

16 NartheX februari 2008


NX 2008-1 vs2 (2-2) 04-02-2008 10:40 Pagina 17

organisatie (training en begeleiding van leerlingmentoren is bijvoorbeeld makke-


lijk te organiseren), de inbedding (afstemming met het leerlingzorgsysteem) en de
effecten (zowel mentor als mentee bevinden zich binnen de school).
Vaak zijn leerlingmentoren ouder dan de leerlingen die zij begeleiden. Essentieel
is echter dat leerlingmentoren op een bepaald vlak meer kennis en ervaring heb-
ben dan hun mentee. Een leeftijdverschil heeft tevens als voordeel dat er auto-
matisch een soort overwicht van de leerlingmentor aanwezig is. De leerlingmen-
toren dienen overigens net als alle mentoren zorgvuldig geworven en geselecteerd
te worden. Voor scholen is het goed om voor ogen te houden dat leerlingmento-
ren echt niet altijd de meest perfecte, probleemloze en slimme leerlingen hoeven
te zijn. Integendeel: om geloofwaardig voor medeleerlingen te zijn, moeten leer-
lingmentoren een brede afspiegeling van de leerlingpopulatie zijn. Durf als school
ook minder voor de hand liggende leerlingen als leerlingmentor te selecteren.
Zolang deze maar voldoende inlevingsvermogen naar jongere leerlingen toe heb-
ben en zelf bijvoorbeeld bepaalde problemen in hun schoolcarrire overwonnen
hebben. Bovendien kunnen juist deze leerlingen het meest profiteren van het leer-
lingmentorschap. Ook voor leerlingmentoring is training en begeleiding een van
de meest essentile succeskenmerken van een mentoringproject.
Tot slot is het belangrijk voor ogen te houden dat leerlingmentoring ingezet moet
worden als aanvulling op een goed functionerend leerlingzorgsysteem. Leerling-
mentoring is een vorm van begeleiding met haar eigen sterke kanten ten opzich-
te van bijvoorbeeld begeleiding door volwassen professionals.

Brugklasmentoring Alfrink College, Zoetermeer.


FOTO: E. BRUNINGS

februari 2008 NartheX 17


NX 2008-1 vs2 (2-2) 04-02-2008 10:40 Pagina 18

Brugklasmentoring op het Alfrink College in Zoetermeer


Het Alfrink College te Zoetermeer is een r.-k.-scholengemeenschap voor havo en vwo,
waar veiligheid, sfeer, verantwoordelijkheid en zorg voor elkaar centraal staan. In 2003
startte de school met leerlingmentoren (plu-leerlingen genaamd, verwijzend naar het
logo met een beschermende paraplu), die brugklasleerlingen ondersteunen. De school
zag de leerlingenpopulatie destijds snel groeien en wilde persoonlijke en laagdrempelige
aandacht voor eerstejaarsleerlingen vorm blijven geven. Leerlingmentoring werd een wel-
kome aanvulling op het bestaande leerlingzorgsysteem.
Per brugklas worden twee vierdejaars leerlingmentoren aangesteld, die vr de zomer-
vakantie geselecteerd worden. Hun training (zes lessen van twee uur) start ook vr de
zomer, maar loopt door tot de kerstvakantie. Leerlingmentoren helpen bij introductie-
dagen, zoeken brugklasleerlingen op in pauzes, geven soms mentorlessen, hebben een rol
bij het pestproject en helpen bij feestjes, discoavonden, sportdagen en open dagen.
Het leerlingmentoringsysteem is enorm populair. Er zijn elk jaar veel aanmeldingen en
brugklasleerlingen uit de eerste jaren melden zich nu ook aan. De ervaring is dat brug-
klasleerlingen makkelijk afstappen op een leerlingmentor.Plu-leerlingen vinden het een
eer om leerlingmentor te zijn en leren er veel van. Brugklasmentoren ervaren het als een
taakverlichting en een welkome hulp. Ouders zijn ook erg tevreden. Na het succes van
de leerlingmentoren is de school ook gestart met het inzetten van leerlingtutoren (leer-
lingen uit de vierde en vijfde klas die huiswerkbegeleiding geven).

Sociaal welbevinden
Peer counseling (ook wel vertrouwensleerlingen genoemd) is een tweede vorm van
peer coaching. Naast de al bestaande counselors en vertrouwensleerkrachten wor-
den op sommige scholen vertrouwensleerlingen ingezet. Deze vertrouwensleerlin-
gen adviseren andere leerlingen bij problemen rond sociaal welbevinden. Sommi-
ge leerlingen stappen eerder met een vraag of probleem over bijvoorbeeld pesten
op een medeleerling af dan
Plu-leerlingen Alfrink College, Zoetermeer. op een vertrouwensleer-
kracht of volwassen coun-
selor. Hoe eerder een pro-
bleem gesignaleerd en aan-
gepakt wordt, hoe beter.
Een groep vertrouwens-
leerlingen wordt vaak voor
de hele school aangesteld.
Deze vertrouwensleerlingen
worden zorgvuldig gewor-
FOTO: E. BRUNINGS
ven en getraind. In de trai-
ning komen aspecten aan

18 NartheX februari 2008


NX 2008-1 vs2 (2-2) 04-02-2008 10:40 Pagina 19

de orde als het stellen van vragen, zorgvuldig omgaan met vertrouwelijke infor-
matie (zonder geheimhouding te garanderen), het stellen van grenzen in verant-
woordelijkheid en wat te doen bij grote problemen. In tegenstelling tot de eerder
beschreven vorm van leerlingmentoring gaat het bij vertrouwensleerlingen niet om
het langdurig begeleiden van medeleerlingen, maar meer om het incidenteel advi-
seren bij vragen en problemen op het vlak van sociaal welbevinden.

Vertrouwensleerlingen op het Krimpenerwaard College


Scholengemeenschap voor vmbo, havo en vwo Het Krimpenerwaard College te Krim-
pen aan den IJssel werkt al zeven jaar met vertrouwensleerlingen. Dit jaar zijn er vijftien
vertrouwensleerlingen actief op school. Dit zijn leerlingen uit klas drie tot en met zes
(van alle schooltypen).
De leerlingen zijn in de grote pauze beschikbaar in hun eigen vertrouwenskamer. Zij bie-
den een luisterend oor aan alle medeleerlingen die daarom vragen. Leerlingen benade-
ren hen bijvoorbeeld vanwege pesten, conflicten, verliefdheden of problemen thuis. Als
de stap naar de vertrouwenskamer te groot is, kunnen leerlingen hun vragen mailen of
de vertrouwensleerlingen op andere momenten opzoeken.
Vertrouwensleerlingen luisteren, bemiddelen, adviseren en zoeken samen met de leer-
ling naar een oplossing. De school is enthousiast over de inzet van vertrouwensleerlin-
gen. Deze vorm van coaching is laagdrempelig en kan escalaties voorkomen.Vorig jaar
hebben vertrouwensleerlingen een grote rol gespeeld bij de opvang van medeleerlingen,
toen twee jongens door een auto-ongeluk om het leven waren gekomen.
Soms waarschuwen vertrouwensleerlingen ook zelf als er iets met een leerling aan de
hand is. Zij participeren in het antipestproject in de brugklassen en werken mee aan de
groepssfeer in hun brugklas.Vertrouwensleerlingen werken ook samen met de leerling-
mentoren in de brugklassen.

Ruzie
Een derde vorm van peer coaching die sterk in opkomst is, is peer mediation, ook
wel mediation door leerlingen of leerlingbemiddeling genoemd. Bij deze vorm
van ondersteuning worden leerlingen als onafhankelijke derde ingezet om te bemid-
delen bij ruzies tussen leerlingen. Leerlingen leren zo om in eerste instantie zelf
hun conflicten op te lossen. Leerlingbemiddelaars bemiddelen meestal met zijn
tween en worden alleen ingezet bij het oplossen van conflicten in andere klas-
sen. De begeleiders zijn daarbij niet aanwezig, maar wel oproepbaar en in de nabij-
heid aanwezig. De werving en selectie van leerlingbemiddelaars is zeer streng.
Leerlingen moeten heel wat in hun mars hebben om peer mediator te kunnen wor-
den. Vaak worden zij genomineerd door hun medeleerlingen. In een intensieve trai-
ning leren ze in stappen hoe ze kunnen bemiddelen bij een ruzie. Tijdens het tra-
ject worden zij intensief begeleid.

februari 2008 NartheX 19


NX 2008-1 vs2 (2-2) 04-02-2008 10:40 Pagina 20

Meestal staat de inzet van leerlingbemiddelaars niet op zichzelf binnen de school,


maar beslaat deze een heel traject. Zo worden ook docenten, concirges en ande-
re medewerkers van de school geschoold in bemiddelingsvaardigheden en krijgen
alle leerlingen voorbereidende lessen.

Tips
Welke vorm van peer coaching je ook kiest als school, het is belangrijk om een
aantal aspecten goed voor ogen te houden. Hier volgen zeven tips.

1 Ga bij de start na of het past in de schoolcultuur om leerlingen meer taken en


verantwoordelijkheden te geven. Gelooft men in het concept en de meerwaar-
de ervan voor de school?
2 Zorg vanaf de start voor een breed draagvlak en voldoende financile onder-
steuning (bijvoorbeeld in de vorm van uren om de coaching uit te voeren).
3 Begin klein en met lichte vormen van peer coaching.
4 De leerlingen zijn niet eindverantwoordelijk voor een goede zorg aan leerlin-
gen. Dat is de school. Zorg voor goede training en tussentijdse begeleiding van
peer coaches.
5 Bewaak te allen tijde de grenzen in verantwoordelijkheid van de leerling. Leer-
lingen zijn er voor de lichtere en meer alledaagse problemen en vragen van
medeleerlingen.
6 Bedenk dat peer coaches nooit volledige geheimhouding mogen garanderen
naar medeleerlingen toe, maar wel de grootst mogelijke zorgvuldigheid betrach-
ten in het omgaan met gevoelige informatie.
7 Zorg voor een goede inbedding van peer coaching in het gehele leerlingzorg-
systeem en zie het als een aanvulling op de reguliere leerlingzorg.

Literatuur
- Mentorschap: een hype of iets van alle tijden? Themanummer van Vernieuwing, tijdschrift
voor onderwijs en opvoeding, jrg. 66, nummer 2, april 2007.
- Karsten, S. (red.) (2007) Conflicten en mediation in schoolorganisaties. Deventer: Kluwer
(MESOfocus 64).
- Kennispunt Mentoring (2007) Koersen op kansen; voorbeelden uit de mentoringpraktijk.
Utrecht: Sardes.
- Dubois, D.L., en M.J. Karcher (2005), Handbook of youth mentoring, California/London/India:
Sage publications inc.
- Sardes (2000) Tien tips voor het invoeren van leerlingmentoring. Utrecht: Sardes.
- Bongers, B., e.a. (2001), De ongekende kracht van leerlingen. Mentoring in het onderwijs, Den
Haag: Procesmanagement Primair Onderwijs.
- Sardes (1999) Leerlingen ondersteunen leerlingen; training en handreiking. Utrecht: Sardes.

Voor meer informatie over het Kennispunt Mentoring zie www.mentoringwijzer.nl

20 NartheX februari 2008

Anda mungkin juga menyukai